DE WIEDERGUTMACHUNG?

A ndré Leysen laat van zich horen. Na de “vervlaamsing” van zijn holding Gevaert (en het vertrek van Cobepa/Paribas) en de feitelijke fusie met Almanij, kondigde hij verleden week opnieuw belangrijk nieuws aan. Zijn holding (32,6 miljard frank eigen vermogen; 31 miljard frank latente meerwaarden) zal, na de verhoopte beursgang van Agfa-Gevaert in het voorjaar van 1999, 25% kopen van het Mortselse bedrijf. Tegen zijn gewoonte in bracht Leysen dit nieuws erg vroeg, zonder concrete cijfers. “We wilden continuïteit brengen in de discontinuïteit,” verantwoordt de Gevaert-topman. “Toen Bayer aankondigde dat het eerst 75% en later de rest van de aandelen zou verkopen, was er een signaal nodig en wilden we rust brengen door ons als langetermijninvesteerder op te werpen.”
TRENDS. Wat noemt u lange termijn? In België is dat drie tot vijf jaar. In Japan twintig jaar of langer.
ANDRÉ LEYSEN (GEVAERT). Ik ben een Belg, geen Japanner. We zijn als stabiele aandeelhouder niet uit op een snelle beurswinst.
Wordt Gevaert de nieuwe referentie-aandeelhouder van Agfa-Gevaert?
Het is absoluut niet onze bedoeling referentie-aandeelhouder te worden. Maar het is evident dat, áls Bayer zijn pakket aandelen verkoopt en áls er zich geen nieuwe aandeelhoudersgroepen vormen, we uiteraard in die positie komen. Het is echter niet onze roeping, nooit geweest trouwens. We hebben geen ambitie om meer dan 25% te kopen.
Waarom kan vandaag wat vroeger niet kon: een Vlaams belang in Agfa-Gevaert tot stand brengen?
De moederholding nam afstand van Agfa-Gevaert omdat die als chemisch bedrijf via zijn cashflow geen middelen ter beschikking wilde stellen om te groeien in de meer technologische, digitale niche. Ze hadden Agfa-Gevaert ook kunnen verkopen aan een concurrent, maar bij Duitse bedrijven heerst – gelukkig – een grote verantwoordelijkheidszin tegenover het personeel. Vandaag is de beurswereld dusdanig veranderd dat er in Vlaanderen – in tegenstelling tot vijftien jaar geleden – mogelijkheden zijn om publiek kapitaal aan te trekken.
De markt waarop Agfa-Gevaert actief is, kent turbulente tijden (zie ook blz. 22). Wil u vanuit Mortsel de wereld veroveren?
Mortsel heeft al een stuk van de wereld veroverd. Wij blijven goed standhouden in vergelijking met grotere concurrenten, zoals Kodak. Tien jaar geleden was Kodak vier keer zo groot als Agfa-Gevaert. Vandaag is dat 3,5 keer. Wij zijn de leider in de grafische sector en nummer twee in de medische. En in de consumentenfotografie zijn we de wereldwijde nummer drie. Agfa-Gevaert is een sterk gedifferentieerd bedrijf met verschillende stielen die elk hun eigen wetten hebben en eisen zullen stellen in de toekomst.
Misschien té gedifferentieerd? Zal Agfa-Gevaert zich, net zoals andere Vlaamse topbedrijven als Barco en Bekaert, specialiseren in de niche waar het bedrijf kwalitatief en qua marktaandeel sterk staat? Wordt, met andere woorden, de consumentenfotografie verkocht aan Fuji of Kodak?
Elke tak van het bedrijf zal maatregelen treffen en de oriëntatie zoeken om zich verder te ontwikkelen. Uiteraard zal de strategie verschillen van de ene tot de andere poot.
De consumentenfotografie behoort tot onze corebusiness. En dit zolang het management van Agfa-Gevaert dit beslist. Wij, aandeelhouders, oefenen het toezicht uit over de medebestuurders-directieleden, die het dagelijks bestuur verzorgen. Zij dienen de industriële projecten aan, waarover wij ons zullen buigen. Niet andersom.
Genereert Agfa-Gevaert voldoende cashflow om de groei intern te realiseren?
Er is geen reden waarom Agfa-Gevaert in de toekomst niet even sterk zal groeien als in het verleden. We moeten onze complexen afgooien. Voor zeer grote operaties zal het bedrijf weer een beroep kunnen doen op de kapitaalmarkt.
Stel dat de beurzen minder aantrekkelijk worden?
Als het minder goed gaat met de beurs, zijn de bedrijven ook goedkoop om over te nemen. In dat geval zullen we – gesteld dat de aangekondigde operaties lukken – van dat risico een opportuniteit maken. Hoe we dat zullen financieren, zien we dan wel.
Heeft Gevaert voldoende kapitaal om dit zelf te realiseren?
Gevaert heeft toch een vermogen van 60 miljard frank. Maar laten we ons houden bij de realiteit en minder bij hypotheses.
Zou de beursgang annex 25%-participatie door Gevaert mogelijk zijn geweest als uw vroegere aandeelhouder Cobepa ( Paribas) nog een stevige greep had gehad op de holding?
Goede vraag. Maar het is moeilijk erop te antwoorden. Maar alleszins is het nog makkelijker in de huidige context te werken.
Misschien heeft die Vlaamse verankeringsstrategie dan toch wel zin?
Tja. Grote verankeringsstrategieën zijn niet aan mij besteed. Een goede ondernemer laat zich eerder leiden door zijn intuïtie dan door grootse beleidsplannen.
Albert Frère wierp zich in het verleden op als de Belgische verankeraar, en verkocht de meeste van zijn bedrijven. U zet zich af tegen de Vlaamse verankeringsidee en neemt de rol op van Vlaamse stabiele aandeelhouder. Toch verwees een Vlaamse kwaliteitskrant naar u als de “Vlaamse Frère”.
(Lange pauze) Ik zal geen commentaar geven op de heer Frère, die ik goed ken. We hebben elk onze politiek. Ieder is op zijn gebied erin geslaagd zijn doelstellingen te bereiken. Maar je moet Bordeaux niet met Bourgogne vergelijken.
U staat voor Bordeaux, neem ik aan.
( Lacht) Geen commentaar.
De verkoop van Agfa-Gevaert aan Bayer bracht einde 1981 een golf van kritiek teweeg. Nu komt u, nadat u al heeft meegewerkt aan de verankering van Almanij, gedeeltelijk op uw stappen terug. Zoekt u een soort van Wiedergutmachung?
Indertijd werd ik door sommigen afgeschilderd als een landverrader. Ik heb me er niets van aangetrokken. Er was, bij gebrek aan kapitaal, geen alternatief voor de verkoop aan Bayer. Had Bayer indertijd Agfa-Gevaert niet overgenomen, was het Mortselse bedrijf geëindigd als de staalnijverheid. Met een faillissement. Het personeel wist dat ook. Maar van een Wiedergutmaching is geen sprake. In dat geval zou ik mij aan triomfalisme te buiten gaan, en daarvoor ben ik te rationeel.
HANS BROCKMANS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier