‘De VS verwelkomen het nieuwe, Europa beschermt wat bestaat’
In zijn nieuwe boek ‘A Giant Reborn’ voorspelt minister van Financiën Johan Van Overtveldt een tijdperk van ‘turboverandering’, met de herboren Amerikaanse economie als gedoodverfde winnaar. Europa en vooral China zijn op achtervolgen aangewezen.
Geen betere plek om een boek als A Giant Reborn voor te stellen dan Washington DC, hoofdstad van een wereldmacht in verval, althans volgens de critici die hardop het einde van de Amerikaanse hegemonie verkondigen. Johan Van Overtveldt weigert mee te huilen met de wolven. Integendeel, zijn boek met als ondertitel Why the US Will Dominate the 21st Century is een onderbouwde voorspelling van de blijvende dominantie van de Amerikaanse economie.
De N-VA-minister stelde zijn boek voor in de Belgische ambassade in Washington, waar hij onlangs deelnam aan de lentevergaderingen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank. Hij verzekerde het publiek dat hij het boek al geschreven had voor hij minister werd en er dus tijd voor had.
Van Overtveldt ontkent niet dat de VS problemen hebben, maar hij is ervan overtuigd dat de VS veruit de beste kaarten hebben om het aanstormende tijdperk van ‘turboverandering’ enthousiast het hoofd te bieden. Hij wijst naar een reeks troeven, zoals topuniversiteiten en de typische ‘frontier’-mentaliteit waarmee altijd weer grenzen verlegd worden.
We hadden een exclusief gesprek in de hoofdzetel van het IMF.
Dit is niet uw eerste boek over Amerika. U schreef al The Chicago School, over de invloedrijke school van het vrijemarktdenken van de University of Chicago. Verraadt dat een fascinatie of bewondering voor de VS?
JOHAN VAN OVERTVELDT. “Fascinatie wel, bewondering is iets anders. De VS blijven het belangrijkste land op vele vlakken. Wat mij altijd gefascineerd heeft, is de constante rusteloosheid van dit land. Alles is hier voortdurend in beweging.
“Voor iemand met een Europese achtergrond is dat niet vanzelfsprekend: wij zijn sneller geneigd naar rustpunten te zoeken. Van mijn verblijven aan de University of Chicago herinner ik me levendig hoe de ene paper nog maar net klaar was of de volgende kwam al op tafel. Je bent hier maar zo goed als je laatste paper, zelfs als je een Nobelprijs hebt gewonnen.
“Dit boek is ontstaan doordat ik begon na te denken over de drijfveren van economische groei. Dat denkproces is dan overgelopen in een analyse van het Amerikaanse model.”
Het uitgangspunt van uw boek is dat de wereld voor een tijdperk van “turboverandering” staat. Die snelle en intense veranderingen worden voortgestuwd door een “aardse drievuldigheid”, zoals u het noemt: menselijk kapitaal, ondernemerschap en globalisering. Waarom die drie?
VAN OVERTVELDT. “Economische groei is het resultaat van twee zaken: stijgende arbeidsparticipatie en stijgende productiviteit. In het verleden droegen beide elementen ongeveer evenveel bij tot de groei, afhankelijk van het land en de periode. Maar in het Westen komt de bijdrage van de arbeidsparticipatie onder druk door de vergrijzing, al onderscheiden de VS zich hier nog dankzij hun immigratiecultuur, ook ten opzichte van China of Japan.
“Een groter deel van de economische groei zal dus van productiviteitswinsten moeten komen, en dan komen we bij technologische vooruitgang en innovatie. Die worden gedreven door het huwelijk van menselijk kapitaal — of kennis — met ondernemerschap. Ondernemerschap is belangrijk om kennis te vertalen naar een constante stroom van producten en ideeën. De geïmplodeerde Sovjet-Unie illustreerde dat: er was veel menselijk kapitaal door het goede basisonderwijs, maar het ondernemerschap ontbrak.
“Na de val van de Muur was ondernemerschap niet langer beperkt tot een relatief kleine groep van de wereldbevolking, maar werd het een activiteit op wereldschaal, tot en met het voormalige Oostblok en China. Dat gebeurde weliswaar met vallen en opstaan, met toestanden van ‘crony capitalism‘ (vriendjespolitiek en corruptie, nvdr), maar het resultaat was wel een explosie van ideeën.
“Die ideeën voeden nieuwe ondernemingen. De succesverhalen in de bedrijfswereld zijn vaak ontstaan uit ideeën of initiatieven die bij grote ondernemingen van tafel zijn gevallen. Grote bedrijven zijn uiteindelijk bureaucratieën die vooral proberen hun productengamma uit te bouwen.”
U signaleert ook een opwaartse spiraal in menselijk kapitaal.
VAN OVERTVELDT. “Economen zijn gebiologeerd door dalende meeropbrengsten. Wanneer je extra eenheden arbeid en kapitaal inzet in een productieproces, nemen de meeropbrengsten van die extra input doorgaans af. De productiefste mensen zijn immers eerder ingezet. Maar bij menselijk kapitaal — een derde belangrijke productiefactor — heb je die dalende meeropbrengsten niet. Integendeel, dankzij de intense kruisbestuiving van mensen en kennis krijg je meer menselijk kapitaal.
Economen als James Galbraith waarschuwen dat we ons moeten neerleggen bij een lagere economische groei. Deelt u die mening?
VAN OVERTVELDT. “De economische groei zal misschien een klein beetje afnemen, maar belangrijker is dat de dalende arbeidsparticipatie deels gecompenseerd wordt door stijgende productiviteit. De onderliggende dynamiek van de economische groei verandert, met een grotere doorstroming van nieuwe ideeën. Dat zal de samenleving radicaal veranderen, de zogenoemde disruptie.”
En de VS zullen het best met die disruptie kunnen omgaan?
VAN OVERTVELDT. “Het gaat om de bereidheid turboverandering en ‘creatieve vernietiging’ te aanvaarden, daar enthousiast over te zijn. Dat is een constante in de Amerikaanse samenleving.
“De schaliegasrevolutie is daarvan een goed voorbeeld. Het is een uiting van typisch Amerikaanse ‘exuberance‘, de bereidheid nieuwe dingen te doen en massaal te investeren. Met ook nog eens de ambitie energieonafhankelijk te worden en talloze technologische spin-offs te creëren.
“Dat systeem drijft voor een deel op zeepbellen, ook bij schaliegaswinning. Amerikanen overdrijven altijd in onze ogen. Maar ze leren met vallen en opstaan, brengen al doende correcties aan en eindigen met iets anders dan gepland. Dat gaat gepaard met faillissementen en verdwenen jobs. Maar aan het einde blijft wel een kern van toegevoegde waarde over.”
U voorspelt dat turboverandering gepaard zal gaan met grotere onzekerheid en sociale spanningen, met een ‘winner takes all’-samenlevingsmodel als mogelijke uitkomst. Een aangenaam toekomstperspectief is dat toch niet?
VAN OVERTVELDT. “Ik wil benadrukken dat mijn boek geen pleidooi is om het Amerikaanse model over te nemen. Ik spreek mij niet uit over de vraag of mensen in een Amerikaans model gelukkiger zullen zijn: ik weet dat niet. Als Europa zou kiezen voor een model dat het moeilijker maakt in te haken op turboverandering en we daardoor economisch zouden achterlopen, heb ik daar geen probleem mee. Als dat een democratische keuze is, leg ik me daar- bij neer.
“Mijn analyse gaat over het in de spits lopen van turboverandering. Maar je kan evengoed achteraf inhalen. Dat is trouwens wat Europa al sinds de Tweede Wereldoorlog voortdurend heeft gedaan.”
Zou u gedijen in een Amerikaans model?
VAN OVERTVELDT. “Ik heb daar een dubbel gevoel bij. De drive om mee te lopen in de spits spreekt me aan, maar aan de andere kant stel ik vast dat ik altijd blij ben terug te keren naar België wanneer ik langere tijd in de VS heb verbleven. In steden als New York of Chicago geraak je buiten adem. Het heeft iets vermoeiends. Als je om halfvijf ‘s ochtends gaat joggen in Central Park, loop je daar echt niet alleen.
Turboverandering creëert niet enkel ongekende opportuniteiten, maar ook serieuze uitdagingen. Zo verwacht u dat de inkomensongelijkheid nog zal groeien.
VAN OVERTVELDT. “Als mijn analyse van toenemende technologische vooruitgang klopt, zal de inkomensongelijkheid waarschijnlijk toenemen. Mensen met de juiste technische vaardigheden zullen mee op kop lopen en goed betaald worden. Als maatschappij zullen we moeten bepalen welk niveau van ongelijkheid we aanvaardbaar vinden. In de VS bestaat daar een grotere tolerantie voor dan in Europa. Mijn boodschap is dat er geen gemakkelijke keuzes zijn. Je kunt niet tegelijk in de spits lopen én minder ongelijkheid nastreven.
“Om even de vertaling te maken van mijn boek naar de hervormingen die we met de federale regering nastreven: om de inkomensongelijkheid tegen te gaan, is het belangrijk de fiscale druk voor de laagste lonen verder te verminderen. Netto en bruto moeten voor die groep zo dicht mogelijk bij elkaar liggen.”
Vanuit welke hoek zal de meeste weerstand komen tegen de ontwrichtende turboverandering?
VAN OVERTVELDT. “Vanuit ‘gevestigde belangen’: mensen die zich organiseren om hun verworven posities veilig te stellen. Nieuwe technologische alternatieven zullen bedrijfsmodellen onder druk zetten, van medische verzorging tot taxidiensten. Ik stel vast dat de taxi-app Uber consumenten aanspreekt, maar dat tegelijk problemen ontstaan met de concurrentie tussen het oude en het nieuwe model.
“De vraag is of we bereid zijn de onvolkomenheden van het nieuwe te accepteren, of dat we het nieuwe meteen afremmen. Ik merk daar een verschil tussen de VS en Europa. De VS rollen de rode loper uit voor een vernieuwer als Uber, terwijl Europa eerder de kant kiest van de bestaande taxidiensten. Europa is geneigd te beschermen wat al bestaat, terwijl de VS het nieuwe verwelkomen. Dat is geen waardeoordeel, maar een vaststelling.”
Geldt dat ook voor vrijhandel? Het Trans-Atlantisch Vrijhandels- en Investeringsverdrag TTIP botst op veel protest in Europa. Is men in de VS enthousiaster? Nochtans bestaat ook in Amerika een protectionistische onderstroom.
VAN OVERTVELDT. “Bij het ontstaan van de VS hadden politici als George Washington en Alexander Hamilton een heel protectionistische instelling. Ook vandaag klinken protectionisten soms luid in de VS, maar hun impact op het besluitvormingsproces is minimaal. TTIP is een prioriteit voor de Amerikanen, want hun sterke economie heeft belang bij open markten.
“Maar ook Europa heeft belang bij een TTIP-akkoord, al betekent dat niet dat wij zomaar onze normen voor bijvoorbeeld voedselkwaliteit overboord moeten gooien. Het komt erop aan onze normen in te passen in een nieuw vrijhandelsakkoord, zonder de filosofie van vrijhandel te ondergraven.”
Nog een keerzijde van turboverandering zijn toenemende systeemrisico’s, onder meer omdat de wereld steeds meer geïntegreerd is. Een ‘perfecte storm’ zoals de Amerikaanse huizencrisis kan zo een wereldwijde ravage aanrichten. Hoe kunnen internationale instellingen hierop antwoorden?
VAN OVERTVELDT. “Het IMF of de Bank voor Internationale Betalingen (BIS) heeft een rol te spelen in het globale financiële systeem. Voor mij is het belangrijk tot eenvoudige regels te komen. Dat kan contradictorisch lijken in een wereld die steeds complexer en verstrengeld is, maar complexe regels hoeven echt niet. We hebben transparante en duidelijke regels nodig die ook nageleefd worden.”
Kunt u een voorbeeld geven?
VAN OVERTVELDT. “Ik denk aan regels over de kapitaalvereisten voor banken en de toegestane leverage (schuldhefboom). Die moeten eenvoudiger, transparanter en ook universeler zijn, anders zoeken financiële instellingen tussenstations die buiten de regelgeving vallen. Dat is geen gemakkelijke opdracht. Momenteel ontbreekt een echte autoriteit die op wereldniveau financiële regels kan afdwingen. We zien al hoe moeilijk het is op Europees niveau. Centraal staat de spanning tussen de bevoegdheid van een Europese autoriteit en die van soevereine staten.”
De toekomst van de Europese Unie in het tijdperk van turboverandering oogt vrij somber. Het idee dat Europa de VS naar de kroon zou kunnen steken als wereldmacht, is sinds de Tweede Wereldoorlog nooit minder geloofwaardig geweest dan vandaag, schrijft u. Dat klinkt pessimistisch.
VAN OVERTVELDT. “Niet pessimistisch, realistisch. Het Europese elan staat onder druk. Europa moet nadenken hoe het opnieuw brandstof kan genereren om de Europese trein op snelheid en zelfs op de sporen te houden. In het verleden werd de Europese integratie getrokken door de Duits-Franse locomotief, met Duitsland als economisch zwaargewicht en Frankrijk als politiek zwaargewicht.
“Maar vooral economisch is de kloof tussen beide landen enorm groot geworden. Frankrijk zit in slechte papieren, terwijl Duitsland er economisch riant voorstaat. De Fransen kunnen niet, terwijl de Duitsers — waarschijnlijk om historische redenen — nog erg terughoudend zijn om datgene te doen wat ze willen doen. En dus kijken ze naar elkaar. Het is niet gemakkelijk die locomotief weer onder stoom te krijgen.”
China wordt vaak genoemd als grootste bedreiging voor Amerika’s dominante positie, maar u gelooft daar duidelijk niet in.
VAN OVERTVELDT. “Het Chinese model zit helemaal fout. Sinds Deng Xiaoping bestaat er een impliciet contract tussen de Chinese autoriteiten — zeg maar de communistische partij — en de bevolking. De partij zegt ‘wij voeren een aantal veranderingen door, wij zorgen voor economische groei en een stijgende levensstandaard, maar wij willen wel alles strak in de hand houden’. De bevolking aanvaardt dat ze in ruil een stuk vrijheid — democratische rechten, noemen wij dat in het Westen — opgeeft.
“Tot nu toe heeft de partij dat contract nageleefd, met een enorme economische groei en een gigantische daling van de armoede als resultaat. Maar de vraag is wat er in China zal gebeuren zodra de levensstandaard niet meer stijgt en de werkloosheid toeneemt.”
We zullen dit mogelijk snel ontdekken, want u vreest dat de enorme schuldopbouw in China onhoudbaar is.
VAN OVERTVELDT. “Op korte termijn ben ik pessimistisch over China. De ongeziene toename van de schulden kan niet blijven duren. Tussen 2008 en 2014 steeg de Chinese schuld van 147 procent van het bruto binnenlands product naar 255 procent. Daarvan zijn de overheidsschulden weliswaar een vrij beperkt deel gebleven, maar we weten intussen dat als het fout loopt in de private schuldenmarkt, die schulden getransfereerd worden naar de overheid.
“Vergeet niet dat achter al die kredieten ook een tegenpool in de reële economie schuilgaat: de fabrieken en huizen die massaal gebouwd werden en waarvan nu een gigantische overcapaciteit is. Er staan hele steden leeg in China. Wanneer die schuldexplosie stopt, zal de overheid wel de middelen hebben om het financiële aan te pakken, maar is het probleem van al die leegstaande fabrieken en huizen nog niet opgelost.
“Er zal een uitzuivering van het economisch systeem nodig zijn, met een recessie en een grondige herschikking. De vraag is of de Chinese overheid dat zal aandurven. Ik verwacht in ieder geval een Japan-scenario in het kwadraat, een aanslepende malaise die op termijn dodelijk is voor de vitaliteit van het economische systeem.”
Kris Van Hamme in Washington DC
“Amerikanen overdrijven altijd in onze ogen. Maar ze leren met vallen en opstaan”
“De Fransen kunnen niet, terwijl de Duitsers nog erg terughoudend zijn om datgene te doen wat ze willen doen”
“Ik spreek mij niet uit over de vraag of mensen in een Amerikaans model gelukkiger zullen zijn: ik weet dat niet”
“Ik verwacht voor China een Japan-scenario in het kwadraat”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier