De Vooght is helemaal terug

In de Oostenrijkse Open pakte Didier de Vooght een uitstekende derde plaats, nadat hij er zelfs even aan de leiding had gestaan.

In de Oostenrijkse manche van de Challenge Tour speelde Antwerpenaar Didier de Vooght 68-67-65-72 bij elkaar. Goed voor een cheque van 5628 euro, maar vooral een flinke sprong in de Orde van Verdienste: van de 91ste naar de 22ste plaats. Nog zo’n prestatie en hij kan tot in de topvijftien van de Challenge Tour klimmen. Dat deed hij twee jaar geleden al, toen hij op die manier zijn kwalificatie voor de Europese Tour afdwong.

“Ik ben heel tevreden over mijn prestatie in Oostenrijk,” zegt De Vooght. “Ik strandde op twee slagen van de winnaar, de Engelsman Chris Gane, en op amper één slag van zijn landgenoot Andrew Marshall. Maar dat is bijzaak. Veel belangrijker is dat ik weer goed bezig ben, hoewel ik de laatste dag drie bogeys sloeg. Mijn coach, Michel Vanmeerbeek, had me ingeprent dat het wel weer goed zou komen, en hij heeft gelijk gekregen.”

Toch had De Vooght het bijwijlen erg moeilijk. Zijn swing zat goed, maar hij had eindeloze problemen om te putten. De oplossing lag in een oud recept: hij greep terug naar de putter die hem vroeger al hielp. “Een lang model, dat me opnieuw vertrouwen inboezemde.”

Vorig jaar zorgde een slechte putting ervoor dat De Vooght zijn kaart voor de Europese Tour verloor. “Ik putte toen met een traditioneel model, en het ging van kwaad naar erger. Als je de kans krijgt om birdies vanop een paar meter binnen te slaan en je mist ze altijd, dan zakt de moed je in de schoenen.” Dus ging hij les volgen bij een coach die gespecialiseerd is in putting, en het vertrouwen kwam stilaan terug. “Ik ben niet langer bang van de green. In Oostenrijk presteerde ik drie dagen lang zoals de andere spelers, alleen de vierde dag ging het wat minder.”

Van Oostenrijk trok De Vooght naar Saint-Omer. Daarna staan Denemarken en Zweden op het programma. Tijdens de week rust die daarop volgt, kan hij zich voorbereiden op de Dexia-Bil Luxemburg Open, waar hij twee jaar geleden schitterde. Zit er weer zo’n prestatie in? “Mij interesseert voortaan maar één statistiek: 29 putts minder slaan,” zegt de Antwerpenaar. “Omdat ik weet dat ik dan tot onder de 65 kan duiken. Nu moet ik alleen nog rustig kunnen blijven en de bal mooi in de perfecte lijn van de putt tikken. Want daar liep het de jongste tijd mis.”

John Baete