De verdwijnende computer
Zullen we in 2010 nog omringd worden door computers? Ja, maar we zullen het niet meer weten, zegt Bill Gates, de voorzitter en belangrijkste softwarearchitect van Microsoft.
Binnen enkele jaren zal het doorsnee home-entertainmentsysteem uiterlijk misschien niet veel verschillen van nu, maar het zal waarschijnlijk wel uitgerust zijn met een internetverbinding die het mogelijk maakt om digitale muziek en videobeelden te downloaden en af te spelen. Het zal beschikken over een centrale processor, ruimte voor gegevensopslag, hardware met grafische mogelijkheden en een of andere vorm van intuïtieve gebruikersinterface. Voeg daar nog een draadloze muis en toetsenbord aan toe en u zult zien dat zo’n home-entertainmentsysteem aardig begint te lijken op een pc.
Zullen de mensen dergelijke systemen in groten getale kopen? Absoluut. Zullen zij ze beschouwen als computers? Waarschijnlijk niet.
Volgens Gartner Dataquest, een Amerikaans onderzoeksbedrijf, verscheepte de computerindustrie in 2002 haar miljardste pc. Verwacht wordt dat het tweede miljard in de komende zes jaar zal worden gebouwd. Het grootste deel van dat eerste miljard bestond uit desktops en laptops, maar het tweede miljard zal er helemaal anders uitzien. De apparaten zullen geoptimaliseerd zijn voor de zaken waarvoor de mensen ze willen gebruiken: we zullen paginagrote pc’s hebben om notities te nemen tijdens een vergadering of om e-mails te lezen op de sofa, ontspannings-pc’s die muziek en films afspelen op de tv in de huiskamer, en zak-pc’s die mensen met elkaar verbinden en inlichten, waar ze zich ook bevinden.
Dat scenario staat in schril contrast met de computers van slechts een paar jaar geleden – tijdens het pre-internettijdperk – die vaak slechts passieve toestellen waren die ergens in de hoek van de hobbykamer of living stonden. In die tijd gebruikten de mensen hun pc voor niet veel meer dan brieven schrijven en documenten aanmaken, spelletjes spelen of de gezinsfinanciën beheren. Als communicatie-instrument waren ze grotendeels ondoelmatig, behalve dan voor een paar primitieve e-mailnetwerken en prikbordsystemen.
Vandaag staan we evenwel aan de vooravond van een volledig gedigitaliseerd tijdperk waarin de intelligentie van de pc de weg vindt naar allerlei apparaten, die hij zal omvormen van passieve toestellen in veel meer betekenisvolle en onmisbare werktuigen voor het leven van elke dag. Heel wat van de sleuteltechnologieën van de computerwetenschap – verwerkingsvermogen, opslagcapaciteit, grafische mogelijkheden en netwerkconnectiviteit – gaan vooruit tegen een ritme dat gelijkloopt met dat van de wet van Moore (die op correcte wijze voorspelde dat het aantal transistors op een computerchip om de twee jaar zou verdubbelen) of het zelfs overtreft.
Computers worden kleiner, krachtiger, minder energieverslindend en veel goedkoper, zodat het veel makkelijker wordt om computerkracht en connectiviteit in te bouwen in alledaagse toestellen. Daarnaast worden ook de gebruikersinterfaces – waaronder spraak- en handschriftherkenning – steeds doeltreffender en gebruiksvriendelijker.
Nu wordt het pas interessant
Naarmate de mensen meer manieren vinden om die goedkope, flexibele en oneindig aanpasbare toestellen in hun leven in te bouwen, zullen de computers zelf geleidelijk ‘verdwijnen’ in het weefsel van ons dagelijks leven. We zijn nog ver verwijderd van een wereld vol lichaamloze intelligente machines, maar de computerervaring zal in het komende decennium zo naadloos en intuïtief verlopen dat we er steeds minder van zullen merken. Tegelijk zal werken met computers in voldoende mate verspreid geraken om het als een vanzelfsprekendheid te beschouwen, net zoals de meeste mensen in de industrielanden betrouwen op de telefoondiensten.
De alomtegenwoordigheid en de bijna onzichtbaarheid van de computer zal nog worden bevorderd door nieuwe technologieën, zoals goedkope, flexibele displays, MEM’s (microelektromechanische systemen) ter grootte van een vingernagel, chips die terabytes aan gegevens kunnen opslaan of inductie-aangedreven computers die de hitte of de bewegingen in hun omgeving aftappen om zonder batterijen te kunnen werken.
Ook de economische wetmatigheden van de computer zullen tot veranderingen leiden. Dalende kosten zullen het voor de elektronicafabrikanten gemakkelijker maken om pc-achtige intelligentie en connectiemogelijkheden in te bouwen in zelfs de meest alledaagse voorwerpen.
Dat alles zal leiden tot een fundamentele verandering in de manier waarop we tegen computers aankijken. Een computer gebruiken zal net hetzelfde worden als elektriciteit verbruiken wanneer u een lamp aansteekt. Net als elektriciteit, zullen de computers een rol spelen bij zowat alles wat u doet, maar het computeren zelf zal niet langer een discrete ervaring zijn. We zullen ons toespitsen op wat we met computers kunnen aanvangen, niet op de toestellen zelf. Ze zullen zich overal om ons heen bevinden, een essentieel deel uitmaken van bijna elk onderdeel van ons leven, maar tegelijkertijd zullen ze ook feitelijk ‘verdwijnen’.
“Een computer gebruiken zal net hetzelfde worden als elektriciteit verbruiken wanneer u een lamp aansteekt.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier