De toekomst van de jaretelle
Niet voor elke dag op kantoor, maar voor speciale gelegenheden of om je als vrouw beter te voelen. Dat zijn redenen waarom jaretellen gedragen worden. Chantal Thomass werkte onder meer voor Dorothée Bis, de meest modieuze winkel van Parijs, en had Brigitte Bardot als klant aan huis was. Zij ziet nog toekomst voor de jaretelle.
“Ik ben meer kunstenares dan zakenvrouw”, zegt Chantal Thomass, steunend op de ellebogen aan haar werktafel in haar Parijse studio waar het lijkt alsof er een bom ontploft is. Op tafel een kluwen van linten, reepjes fluweel, kanten biesjes, lapjes satijn, garens in alle zoete kleuren. Oude foto’s van meisjes in ondergoed, krabbels, hopen tijdschriften, papier, boeken met pin-ups. Uit deze artistieke chaos schept de koningin van de lingerie haar kunst.
Ze woont nog niet zo lang in een Parijs appartement in het 16de arrondissement. Een nieuw leven in een nieuwe woning die ingericht is als een bonbonnière. Vorig jaar sloeg ze ook beroepshalve een nieuwe weg in: na onaangename ervaringen met een Japans concern, is ze in de boot van de lingeriegigant Sara Lee gestapt. Alleen het laserscherp gesneden zwarte kapsel en haar bloedrode lippenstift bleven al die jaren onveranderd.
Na een tumulteuze periode ziet Thomass het weer helemaal zitten. Intussen voedt ze ook haar twee kinderen op: Louise is zestien, Robin twaalf. “Gisteren is hij met school naar Rome vertrokken. Een hele nacht in de trein, hij zal niet veel geslapen hebben.”
Waarom ze dan lingerie koos als kunstuiting? Thomass: “Toeval. Ik ben in de mode begonnen, maar steeds vaker vroeg men naar lingerie. Bij lingerie draait het om techniek. En, werkend met technici, heb ik het vak geleerd, malgré moi. De mode-ontwerpers hebben niet de knowhow van de techniek van de corsetterie en de techniciens van de lingerie zijn te technisch. Ik heb een beetje de kwaliteiten en de vereisten van de twee gemengd.”
Het is allemaal begonnen bij Dorothée Bis, begin jaren zeventig de meest modieuze boetiek van Parijs. “Ik was nog geen twintig – ze verkochten er alle merken en ik was dolgelukkig dat ze mijn ontwerpen wilden. Wij hebben twee à drie jaar samengewerkt.” Thomass ontwierp grappige mini-jurken in toile ciré, met ballonmouwen, heel futuristisch. Ze installeerde zich ook voor een poosje in Saint Tropez. Haar meest enthousiaste cliente daar was Brigitte Bardot, waardoor Thomass meteen uit de startblokken schoot. In 1975 lanceerde ze Ter & Bantine: voor het eerst prêt-à-porter onder haar eigen naam. “Mijn man was ook kunstenaar. Hij schilderde op stof, en ik maakte er kleren van.” Een jaar later kwam de lingerie er aan te pas. Het kind van mei ’68 lanceerde eind jaren zeventig opnieuw de grote macho-symbolen: de porte-jarretelles en de guêpière of tailleband. En het sloeg aan! Dat betekende een revolutie na de roaring sixties, het tijdperkk waarin Dolle Mina’s en feministes slogans als Ban the bra! scandeerden. Haar kanten kousen met het beroemde strikje maakten furore in 1980. Ze was de eerste designer die tijdens een prêt-à-porter-défilé ook lingerie toonde. Zij zag lingerie als een onafscheidelijk deel van een totale garderobe en presenteerde ze ook zo. In feite is Thomass de uitvindster van de Dessous-Dessus, nog voor Madonna en Gaultier er mee scoorden. Lingerie mocht gezien en getoond worden. Zo lang ze maar vrouwelijk, sensueel en – soms – een beetje grappig was.
Thomass kan niet beslissen wat ze haar meest sexy ontwerp vindt. “Ik heb er zoveel gemaakt. Jarretellehouders als de korte schortjes van dienstmeisjes, een beetje sado-macho spullen en hupsaflodder dingetjes met tule en veters.” Zelf houdt ze meer van de subtiele sexy zaken. “Het hangt af van de vrouw die ze draagt (lacht). Er is zéker nog toekomst voor de jarretelle. Om je mee te tooien, voor speciale gelegenheden. Soms om je zelf goed te voelen. Het is niets om alle dagen op kantoor te dragen.”
Naast het bekende sensueel vrouwelijke, onderscheiden de ontwerpen van Thomass zich door guitige humor. De trompe-l’oeuileffecten in haar panty- en kousencollectie zijn daarvan goede voorbeelden. Haar gevoel voor humor blijkt ook uit haar boek Trouvez votre style. Conseils d’amie (Flammarion). Hier krijgen lezeressen de raad geen nieuwe mantel te kopen voor bijvoorbeeld een vernissage: ‘Alleen de juffrouw van de vestiaire zal hem kunnen bewonderen’. Dit jaar in oktober verschijnt een nieuw boek van haar. “Ik heb het geschreven samen met Julien Cendres. Het is bedoeld als kijkboek. Met persoonlijke zaken, foto’s van défilés, schetsen.” De defilés van Thomass waren een lust voor het oog. Wanneer toont ze nog eens wat?
“Ik weet niet of ik nog ooit défilés zal organiseren. Ik wil beter, origineler zijn. Met een défilé is dat moeilijk. Tableaux vivants samenstellen, vind ik leuk. In juni vorig jaar stonden mijn levende, in lingerie verpakte mannequins in de etalages van de galeries Lafayette in Parijs.”
Dat zorgde voor opschudding bij een aantal feministes. Ik noem dat oprispingen: stoute reacties van een extremistisch groepje dat zich wilde doen opmerken. Toen we een paar maanden later in oktober 1999 in de Bijenkorf in Amsterdam hetzelfde deden, hebben we geen gebakkelei gehad.” Halfweg de jaren tachtig ging Thomass in zee met World, een grote modegroep uit het Japanse Kobe. Het is haar zuur opgebroken. “We hebben tien jaar samengewerkt, maar de laatste jaren was men het daar met veel zaken niet eens. In 1985 was de Franse mode belangrijk voor Japan. Bijna tien jaar later lagen de zaken anders. Door een directiewisseling bij World kreeg het succesverhaal een vervelende staart. De nieuwe bazen moesten haar niet en ontsloegen haar in 1995. De scheiding was tegelijk een soort bevrijding. “Het was vermoeiend werken met mensen die je niet mogen. Daarenboven mocht ik van 1995 tot 1998 mijn naam niet meer gebruiken: die was eigendom van het Japanse bedrijf. Dat leidde tot vreemde toestanden. Ik kreeg privédetectives achter mij aan omdat ik naar officiële gelegenheden ging als Chantal Thomass. Dat is nu eenmaal mijn naam. Ik mocht van de Japanners niet heten zoals ik heet. Ik mocht werken voor anderen, maar anoniem. Dus werkte ik intussen voor firma’s als Victoria’s Secret en Wolford. Men noemde mij toen Madame Chantal Thomass. Begin 1997 was het gedaan met de herrie. Met de steun van het Amerikaanse concern Sara Lee heb ik mijn naam kunnen terugkopen.”
“Duur? Duur genoeg, om mijn eigen naam weer te mogen dragen!” Sara Lee is een lingeriegigant, met onder zijn hoed onder andere de labels Rosy, Dim, Playtex, Wonderbra, Pretty Polly, Cacharel lingerie, Champion en Ralph Lauren lingerie. In het atelier van Thomass in Parijs worden de prototypes gemaakt; de uitvoering gebeurt in Frankrijk. Chantal Thomass heeft een eigen kleine productie eenheid van tachtig personen.
Voor de zomer van 2001 zijn het allemaal levendige kleuren bij Thomass: geel, turquoise, oranje. “Dat is om aan te tonen dat ze net zo goed als top kunnen gedragen worden. Met de transparante mode zal dat mooi combineren zijn.” Thomass heeft adepten onder de designers. ” Joe Lorré, zoon van Vivienne Westwood die in Londen de beroemde lingeriezaak Agent Provocateur heeft, kocht voor volgende winter veel bij mij: plumetis, pois & rayures, rayure corsaire. Natuurlijk zou het leuk zijn om met Agent Provocateur samen te werken! Zolang het imago van Sara Lee niet wordt geschaad, kan ik daarbuiten ook dingen doen. Theater- en filmcostuums ontwerpen bijvoorbeeld.” Fijn meegenomen is dat ze de knowhow van Sara Lee daarbij mag gebruiken. “Dat is het voordeel van een grote groep. Binnenkort gaan ik zelfs brillen lanceren!”
Stany Hemiger
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier