DE STRIJD OP HET NET

Sega ziet zichzelf evolueren tot een soort kruising tussen een Internet Service Provider en een ontwikkelaar van games. Dankzij America Dreamcast, zijn Amerikaanse dochter, kunnen jongeren in de VS al American football, basketbal en andere spelletjes on line spelen. Hun tegenspelers kunnen zich eender waar ter wereld bevinden, op voorwaarde dat ze een internetaansluiting hebben. Het moederbedrijf trekt nu een budget uit van 100 miljoen dollar voor de lancering van SegaNet. Bedoeling is om te profiteren van de voorsprong door de marktpositie zo sterk mogelijk uit te bouwen.

Dat de jeugd nu on line kan gaan spelen, kan vervelende gevolgen hebben voor de computerverkopers. Tot dusver was de pc de aangewezen weg om op internet te gaan. Nu ook de gamemachine de link naar internet kan leggen, zou de verkoop van pc’s kunnen terugvallen. Sega heeft bij de lancering van SegaNet alvast de prijs voor het Dreamcast-systeem met 25% verlaagd. Vanaf de lancering in september 1999 werden al 2,1 miljoen consoles verkocht. Of de machtsgreep van Sega zal slagen, is echter nog onzeker. De analisten wijzen erop dat de bezoekers op internet al op tientallen bestaande websites gratis games kunnen spelen. De vraag moet daarom worden gesteld of de internetbezoekers geld willen betalen voor het spelen van hun favoriete spelletje.

De PlayStation 2 van Sony kan ook het internet op. Het bedrijf sloot daartoe trouwens een samenwerkingsakkoord af met NTT DoCoMo – een meesterzet.

En Microsoft lanceert volgend jaar de X-box: een spelletjesmachine met internetconnectie. Het wordt de eerste stap van de softwarereus op de spelletjesmarkt.

Nintendo heeft een traditie om op het juiste moment met het juiste product uit te pakken. In de tweede helft van augustus lanceerde de onderneming de Gameboy Advance en de Gamecube, twee nieuwe producten waar Nintendo veel van verwacht. Gameboy Advance is sneller dan zijn voorgangers. Met Gamecube wordt het mogelijk om de connectie met internet te leggen. Beide nieuwkomers zijn attractief geprijsd, dit om de doelgroep (jongeren uiteraard) niet af te schrikken.

Het sterke punt van Nintendo is dat het er steeds in is geslaagd populaire iconen te ontwerpen: Pokémon, Super Mario en Donkey Kong zijn sterke merknamen in de sector. Bovendien zit het bedrijf op een grote voorraad liquiditeiten (meer dan 5 miljard dollar), zodat de gedane investeringen niet dadelijk moeten gaan renderen. Toch is het succes van Nintendo niet gegarandeerd: voor Gameboy Advance is een liquid crystal display(LCD)-scherm vereist dat meer dan 50% groter is dan dat van zijn voorganger. Het aanbod aan dergelijke schermen is kleiner dan de vraag, onder meer als gevolg van de explosieve toename van mobiele telefoons.

Een bedreiging waar alle computer- en videogamesbedrijven mee worden geconfronteerd, is die van de piraterij op internet. Dertien bedrijven uit de sector hebben processen ingespannen tegen een aantal websites die illegaal gekopieerde spelletjes verkopen. De sector is van plan in de toekomst hard op te treden tegen deze vorm van oneerlijke concurrentie.