De revival van kernenergie
De Franse president Nicolas Sarkozy kondigde eind januari de bouw aan van een nieuwe kernreactor in het Normandische Penly. Elders in Europa, in Bulgarije, Slowakije en Roemenië, zijn er plannen om telkens twee nieuwe centrales te bouwen of de levensduur van bestaande reactoren te verlengen. Tot nader order zijn dat echter alleen plannen: echt in aanbouw zijn er in Europa slechts twee centrales, één in het Franse Flamenville en één in Olkiluoto in Finland. Elders in de wereld worden er nog 42 andere reactoren gebouwd.
Volgens Foratom, de Europese federatie van de nucleaire industrie, is de revival van kernenergie niet alleen een feit, maar vindt ze zelfs versneld plaats. Het Verenigd Koninkrijk heeft een groot nieuwbouwprogramma voor acht reactoren aangekondigd. In Finland hebben drie bedrijven -TVO, Fortum en Fennovaima- een aanvraag ingediend om drie reactoren te mogen bouwen. De Baltische staten Estland, Letland en Litouwen hebben besloten samen een kerncentrale te bouwen in Ignalina in Litouwen. De Poolse regering wil dan weer tegen 2020 twee reactoren bouwen. Tsjechië en Italië overwegen het verbod op nieuwe kerncentrales op te heffen, en in Duitsland en België wordt de druk opgevoerd om de wet op de kernuitstap te herzien.
Klap op de vuurpijl was de beslissing van de Zweedse regering, begin februari, om de uitfasering van nucleaire energie te stoppen. Sinds de wet daarop werd goedgekeurd in 1980, sloten de om hun duuurzaamheids- en milieubewustzijn geprezen Scandinaven twee van hun tien centrales, die 47 procent van hun elektriciteit produceren. Maar in het kader van een nieuw klimaat- en energiebeleid – lees: de verplichte vermindering van de CO2-uitstoot die wordt opgelegd door het Europese Klimaatplan – willen ze toelaten dat er nieuwe nucleaire sites bijkomen.
Desondanks koesteren de milieubewegingen nog steeds een pak bedenkingen. “Er is vooral een revival bezig in de communicatie”, vindt Bram Claeys woordvoerder van de Bond Beter Leefmilieu. “Er worden her en der wel nieuwe centrales gebouwd, maar er worden er ook veel gesloten. Kernenergie is juist een sector in moeilijkheden: als je kijkt naar de benutte capaciteit, dan is er de laatste jaren juist een daling.”
De cijfers geven hem gelijk, al is het een vrij lichte daling. Het aantal kernreactoren klom tussen 1956 en 1989 explosief, van 1 naar 423. In 2002 waren er 444 actief, anno 2009 zijn dat er vijf minder. Ook de energiebeschikbaarheidsfactor – de energie die de beschikbare capaciteit had kunnen produceren (dus: wat ze effectief heeft geproduceerd, minus de interne en externe energieverliezen), ten opzichte van de totale theoretische capaciteit – daalde in de periode 2002-2007 van 83,8 procent naar 80,9 procent.
Aan de andere kant: indien alle plannen worden gerealiseerd, komen er de komende jaren toch een pak kernreactoren bij. Afhankelijk van de bron zullen er in 2030 wellicht 500 tot 700 centrales actief zijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier