De proefkonijnen zijn computermuizen

Biotechnologie zonder proefbuizen en witgejaste laboranten? Dat is het leven van de specialisten in bio-informatica. De juiste software lijkt voor biotechbedrijven de komende jaren de kritische factor. In de Benelux heeft AlgoNomics de boot niet gemist.

C elera Genomics, een Amerikaans biotechbedrijf, beweert bijna klaar te zijn met het erfelijk materiaal van de mens in kaart te brengen. Best mogelijk, maar daarna begint het werk pas echt: de functie van de meeste genen is nog een raadsel. In het jargon heet de discipline die zich daarop concentreert functional genomics.

Bio-informatica is daarbij een noodzakelijke hulpwetenschap. In eerste instantie helpen de computers de massa gegevens door te lichten op analogieën. Belangrijker voor de toekomst is evenwel computer modelling. Daarin wordt met software de driedimensionele structuur van een eiwit berekend. In die veelbelovende niche beweegt AlgoNomics zich.

Tot op heden genereerde het bedrijf uitsluitend inkomsten door het leveren van gespecialiseerde informaticadiensten aan biotechbedrijven. Later deze maand gaat AlgoNomics zijn Algotools-software aanbieden via internet. “We kiezen voor elektronische handel omdat we onze knowhow beter willen beschermen,” zegt oprichter Johan Desmet. “We krijgen de gegevens binnen, verwerken ze en sturen de resultaten terug. Geen lab nodig en geen enkele buitenstaander weet precies hoe we te werk gaan.”

AlgoNomics – een spin-off van de KU Leuven, afdeling Kortrijk – ging vorig jaar van start met een kapitaal van 50 miljoen frank. De belangrijkste geldschieters waren het Gemma Frisius Fonds, Investco, VIV en TrustCapital Partners. Onlangs kende het IWT ook een subsidie van 25 miljoen toe.

Patentloze pioniers.

Al in 1992 publiceerden oprichters Johan Desmet en Ignace Lasters in het gezaghebbende tijdschrift Nature een paper dat baanbrekend bleek voor de bio-informatica. Het algoritme dat ze bedachten kan de structuur van aminozuurketens – de bouwstenen van eiwitten – berekenen. Ze doopten hun theorie Dead End Elimination en die werd al snel internationaal erkend als de standaardmethode. Het Amerikaanse Xencor baseerde zich volkomen op hun bevindingen om zich als bio-informaticabedrijf te profileren. Vandaag is het één van de belangrijke concurrenten. “We hadden geen patent genomen,” zucht Lasters. “Intussen hebben wij onze methode verfijnd. Achteraf bekeken is het misschien beter zo.” De geactualiseerde benadering (Extended Dead End Elimination) is nauwkeuriger en vooral sneller, zo beweren de onderzoekers. “Deze keer hebben we wel een patent genomen,” aldus Ignace Lasters.

Snelheidsduivels.

Snelheid is in de biotechwereld belangrijk. Dus heeft AlgoNomics een troef in handen. Bio-informatica moet de onderzoeksresultaten ordenen en handelbaar maken. Wanneer een onderzoeker een nieuwe DNA-sequentie ontdekt, moet hij weten of die al eerder is geformuleerd. Dat betekent: vergelijken met zes miljard sequenties die al bekend zijn. “Vandaag is daarvoor software voorhanden die je zo van het net kan halen,” zegt IT-manager Philippe Stas.

De grote spelers in die markt zijn bedrijven met honderden werknemers. AlgoNomics stelt zeven mensen tewerk. “Met onze diensten richten we ons op de kleinere biotechbedrijven. Onze klantenkring telt onder meer CropDesign en het Nederlandse Keygene. Met Algotools ligt de zaak iets anders. Daarmee willen we ook de grote farmabedrijven bereiken voor specifieke toepassingen.”

Een van die toepassingen zou goud waard kunnen zijn. Erfelijk materiaal patenteren is ingewikkeld. Het volstaat om een eiwit een beetje te veranderen om het patent te ontwijken. “Wij kunnen met onze modelling software alle mogelijke variaties incalculeren. Op die manier is het mogelijk een sluitende octrooiaanvraag op te stellen,” aldus Lasters.

Ambities.

AlgoNomics telt vandaag zeven werknemers, verspreid over een vestiging in Kortrijk en één in Gent. Tegen het einde van het jaar wil het bedrijf tien mensen in dienst hebben. Afhankelijk van de mate waarin hun product aanslaat, kan de omzet binnen drie jaar schommelen tussen 100 en 500 miljoen frank. Zegt Desmet: “We staan aan het begin. Momenteel proberen we ons netwerk in het biotechwereldje op te bouwen. We merken dat onze credibiliteit groeit. Een extra contract en we zijn vertrokken.”

r.b.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content