De paradox van de jobmarkt
De Belgische arbeidsmarkt stabiliseert, maar er wachten zowel een stijgende werkloosheid als toenemende problemen om vacatures met geschikt personeel in te vullen. Bedrijven en rekruteerders proberen een antwoord te vinden op die paradoxale situatie.
De jongste tewerkstellingsbarometer van het uitzendbedrijf Manpower laat er weinig twijfel over bestaan: Belgische bedrijven zullen de komende maanden amper nieuwe werknemers aanwerven. Nauwelijks 4 procent van de werkgevers is van plan in het laatste kwartaal van 2012 nieuwe werkkrachten binnen te halen. Wel is het zo dat slechts 3 procent overweegt mensen te ontslaan. 90 procent houdt het op een status-quo. De Belgische arbeidsmarkt stabiliseert dus in economisch onzekere tijden, maar veel redenen tot optimisme is er niet.
Volgens het Planbureau stijgt de werkloosheid in België de komende jaren, om pas in 2016 weer af te nemen. Intussen blijven de bedrijven smeken om geschikte werkkrachten. Dat blijkt duidelijk uit de spanningsindicator van de arbeidsmarkt, die de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) geregeld publiceert. De VDAB deelt daarvoor het aantal niet-werkende werkzoekenden door het aantal vacatures (zonder de uitzendopdrachten). Hoe lager dat cijfer uitvalt, hoe groter de krapte op de arbeidsmarkt.
Sinds de zomer van 2011 is de arbeidsmarkt iets minder krap geworden, maar als we de indicator op lange termijn bekijken, dan is de krapte structureel gezien nog altijd veel sterker dan in het verleden (zie grafiek Evolutie spanningsindicator arbeidsmarkt). De indicator van de VDAB houdt geen rekening met de vereisten van de vacatures of de eigenschappen van de werkzoekenden, en geeft dus geen beeld van het aantal werkzoekenden dat effectief voor elke vacature geschikt is.
Volgens Dries De Vos, directeur van OfficeTeam, is de knelpunteconomie een blijver. OfficeTeam is de uitzendpoot van het rekruteringsbedrijf Robert Half, dat gespecialiseerd is in administratieve profielen. De Vos heeft het over de “paradox van de duale arbeidsmarkt”. “Enerzijds is er een stagnerende jobmarkt, anderzijds blijft het moeilijk om vooral gespecialiseerde, goed geschoolde en gemotiveerde profielen te vinden. Ook in economisch onzekere tijden wordt constant gevochten om die mensen te vinden.”
Bekende oorzaken
De Belgische arbeidsmarkt lijkt veroordeeld om lang met die combinatie van werkloosheid en arbeidsschaarste geconfronteerd te worden. “De oorzaken zijn bekend”, verklaart De Vos. “Mensen met de juiste competenties vinden is zeer moeilijk.” Een voorbeeld uit de financiële sector: banken en verzekeringen hebben dringend nood aan mensen met een diepgaande kennis van de reglementeringen rond Basel III en Solvency II. En dat is niet zo gemakkelijk.
“Onderschat ook niet het element ‘imago’ van bedrijven en zeker van bepaalde sectoren”, zegt De Vos. “Veel jongeren denken nog altijd dat de functie van management assistant enkel bestaat uit saai administratief werk.” Dat bevestigt Aat Van Der Meer, die met het logistieke bedrijf Dachser in België actief is. “Ik heb constant vacatures openstaan. Jonge mensen zijn gewoon niet geïnteresseerd om in de logistieke sector een baan te zoeken. Ze kennen onze branche te weinig. In Nederland heeft de overheid campagnes gevoerd om de sector aantrekkelijker te maken. Met resultaat.”
“Een ander bekend probleem is het onderwijs”, stelt De Vos. “Het zou een goede zaak zijn als we jongeren naar opleidingen in knelpuntberoepen konden loodsen.”
Mensen genoeg
Er is met andere woorden een kwalitatieve krapte op de arbeidsmarkt, geen kwantitatieve. Want het reservoir aan potentiële werkkrachten is groot. En het zal nog toenemen, leren de vooruitzichten. De beroepsbevolking (het aantal mensen dat zich beschikbaar stelt voor de arbeidsmarkt) zal blijven groeien.
Lange tijd werd ervan uitgegaan dat de beroepsbevolking vanaf 2010 sterk zou afnemen door de vergrijzing. Maar nu blijkt dat de beroepsbevolking groeit. Volgens het Planbureau neemt ze tussen 2011 en 2017 met 260.000 eenheden toe. Enerzijds is er een grotere instroom door migratie, vooral van -35’ers met bovendien een hogere vruchtbaarheidsgraad. Anderzijds zetten de regeringsmaatregelen (zoals degressiviteit van de uitkeringen, een strenger vervroegd pensioen en tijdskrediet) mensen ertoe aan zich meer en langer beschikbaar te houden voor de arbeidsmarkt.
En die tendens zal niet snel keren. Onder andere de Vergrijzingscommissie voorspelt dat de daling in de beroepsbevolking er niet voor 2026 komt. Jan Denys, arbeidsmarktdeskundige van Randstad, voorspelt dat de krimp zelfs dan nog niet zal inzetten, vooral door de sterke migratie.
Insiders en outsiders
Maar dat betekent nog niet dat het toegenomen aantal mensen dat zich op de arbeidsmarkt zal (moeten) aanbieden, automatisch de vrijgekomen jobs invult. De Belgische arbeidsmarkt werkt niet efficiënt genoeg om de doorstroming vlot te laten verlopen.
Het is de bekende insider-outsidertheorie: de insiders zijn onder andere dankzij lange opzegtermijnen en dure ontslagregeling zeker van hun job. De outsiders hebben het daarentegen zeer moeilijk om toegang te krijgen tot de arbeidsmarkt. Daardoor dreigt wie in België werkloos is of inactief wordt, lange tijd uit de arbeidsmarkt te verdwijnen. Zeker als we de cijfers in internationaal perspectief bekijken, scoort België slecht, blijkt uit het jaarverslag van de Hoge Raad voor Werkgelegenheid. Van de Nederlandse werkzoekenden heeft 53 procent een jaar later een baan. In Denemarken is dat 44 procent en Zweden 43 procent. Aan het andere uiterste van de rangschikking liggen die percentages rond 20 procent, met 21 procent in België en 18 procent in Griekenland.
Bedrijven zijn op de hoogte van de nog altijd te weinig efficiënte Belgische arbeidsmarkt en proberen erop te anticiperen. Ze merken dat de uittreding van de babyboomers al een tijdje bezig is. Het studiewerk van Luc Sels, decaan van de faculteit Economie van de KU Leuven, fungeert daarbij als benchmark.
In de periode 2010-2015 zullen meer dan 500.000 vacatures vrijkomen door de vergrijzing. “Wij merken dat in ons personeelsbestand”, zegt René Van den Bosch, CEO van de risicobeheerder ADD, een dochter van KBC. “Op honderd mensen gaan er elk jaar drie tot vier met pensioen. In tien jaar moeten we dus minstens een derde van het personeelsbestand vervangen. Wij anticiperen daarop door zeer gericht nieuwe werkkrachten aan te trekken. Het is echter niet de bedoeling dat die na korte tijd weer vertrekken. Daarom kiezen we niet voor schoolverlaters. Ik wil mensen die de sector kennen en weten dat ze er zich goed zullen voelen. ADD is een verzekeringsmakelaar die zich vooral richt op bedrijven. De bedrijfscontinuïteit garanderen door het verzekeren van een fabrieksgebouw of een raffinaderij is echt maatwerk. Dat maakt de job tot een moeilijker en boeiender opdracht dan het afsluiten van een brandverzekering. Voeg daar de ruimte voor creativiteit en een aantrekkelijke korf verzekeringen als verloning aan toe. Dat maakt de job van verzekeringsmakelaar toch aantrekkelijk voor mensen die zich in de materie van ondernemingsrisico’s willen verdiepen.”
Minder jobmobiliteit
Dries De Vos van OfficeTeam bevestigt de analyse. “Ik merk dat de vergrijzing toeslaat en dat bedrijven anticiperen op die demografische wissel. Dat betekent dat rekruteringsprocessen langer duren dan vroeger. Bedrijven willen er zeker van zijn dat ze de juiste man of vrouw binnenhalen. De economische onzekerheid versterkt dat nog. Waar de rekrutering van belangrijke profielen vroeger drie weken tot een maand duurde, neemt die nu twee tot drie keer meer tijd in beslag. Dan gebeurt het dat de kandidaten vinden dat ze te lang in de procedure zitten, afhaken en voor een andere functie kiezen.”
“In economisch onzekere tijden neemt de jobmobiliteit sowieso af”, zegt Kurt Schreurs van de rekruteerder SThree Benelux. Het bedrijf richt zich op vier specifieke bediendecategorieën: juridisch-financieel, ICT, engineering en farma. “De vraag naar specialisten en experts op dat niveau blijft hoog”, zegt hij. “Die zeldzame profielen zoals hogere ICT’ers en ingenieurs zien hun inkomen ook in economisch onzekere tijden elk jaar met 10 tot 15 procent toenemen. De vraag is er, omdat bedrijven nu investeren in talent in afwachting dat de schaarste nog groter wordt. Een groeivertraging heeft hier weinig effect. Farmadrijven hebben investeringsprojecten en budgetten over zeven tot tien jaar. Die gaan niet direct stoppen met aanwerven.”
Onderzoek, onder andere van Jobat, meet dat tot 90 procent van de werknemers de komende zes maanden niet van plan is op zoek te gaan naar een andere job. In België ligt de arbeidsmobiliteit sowieso al structureel laag. Bij 55-plussers werkt meer dan 80 procent al meer dan acht jaar bij hetzelfde bedrijf. Bij 45-plussers is dat 70 procent en bij 35-plussers 50 procent. Die gebrekkige arbeidsmobiliteit zorgt voor een sneeuwbaleffect: werknemers begeven zich niet op de arbeidsmarkt, waardoor de schaarste nog versnelt.
Rekruteerders als SThree proberen proactief met deze situatie om te gaan. Zo gebruiken ze meer en meer sociale media zoals LinkedIn om mensen op te sporen. “Het onderscheid tussen de actieve zoeker die ontslagen is of echt weg wil enerzijds en de passieve of latente zoeker anderzijds is nog altijd van toepassing”, zegt Schreurs. “Als rekruteerder moet je vooral die passieve jobzoeker opsporen, met hem praten en er een goede relatie mee opbouwen. Op een bepaald moment kan je die dan een zeer interessante job aanbieden.”
Maar is het wel mogelijk om pakweg via Facebook het juiste profiel te vinden? Schreurs: “De loopbaan, de ervaring, de kwaliteiten van een kandidaat kan iedereen snel detecteren. Maar dat is niet genoeg. Er zijn ook nog de zogenaamde soft skills of persoonlijke, emotionele en sociale vaardigheden. Hier doen wij als rekruteerders ons werk.”
ALAIN MOUTON
De Belgische arbeidsmarkt lijkt veroordeeld om lang met die combinatie van werkloosheid en arbeidsschaarste geconfronteerd te worden.
In België ligt de arbeidsmobiliteit structureel laag. Dat versterkt de schaarste op de arbeidsmarkt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier