De nachtmerrie van de CEO

De meeste topmanagers praten niet graag over hun slaap, zeker niet als ze wat meer uren rust nodig hebben. “‘Goed presteren’ wordt nog altijd zeer sterk gelinkt aan ‘vroeg uit de veren zijn’.”

Volgens de Amerikaanse pers begint Tim Cook, de CEO van Apple, al om halfvijf ‘s ochtends e-mails te verzenden. Hij is zeker niet de enige topmanager die op zijn slaap beknibbelt om langer te kunnen werken. In Frankrijk bracht een onderzoek van het Amarok-observatorium – dat de gezondheid van kmo-bazen monitort – aan het licht dat bedrijfsleiders gemiddeld 6,5 uur per nacht slapen. Bij Jan Modaal is dat ruim zeven uur.

In 2012 deden vorsers van de universiteit van Luik het onderzoek over bij Belgische kmo-leiders. Van de 1161 respondenten zei 22 procent minder dan zes uur te slapen. Het meest aangehaalde gezondheidsprobleem was overigens algehele vermoeidheid. 74,7 procent van de geënquêteerden had daar last van, tegenover slechts 34 procent van de actieve bevolking. Daarna volgden spierpijn, rugpijn, slapeloosheid en problemen om in te slapen bij 58,2 procent van de kmo-leiders, tegenover 20 procent bij de actieve bevolking. Toch praten maar weinig bedrijfsleiders daar openlijk over.

Schrijven

Al die kortslapers inspireerden de populaire lifecoach Hal Elrod tot het boek The miracle morning. Het boek, dat al enige tijd furore maakt in de Verenigde Staten, legt in 172 bladzijden uit dat vroeg uit de veren zijn hét geheim is van de groten der aarde. Halfvijf ‘s ochtends is misschien net wat te vroeg om op te staan, maar volgens Elrod staan we beter vroeger op dan we gewend zijn. In elk geval voor 8 uur – al zijn er maar weinig werknemers met kinderen die zich het tegendeel kunnen veroorloven – en zonder uitstel. Tien keer na elkaar op de snoozeknop duwen is dus uit den boze.

Wie vroeg opstaat, heeft meer tijd. Om wat te doen? Misschien om een partijtje te tennissen zoals Anna Wintour, de hoofdredactrice van de Amerikaanse Vogue, of om aan yoga te doen, zoals de Virgin-stichter Richard Branson. Hal Elrod raadt aan te mediteren, te lezen, te sporten, maar ook schrijven is een goed idee. Schrijf op wat u die dag hoopt te bereiken, de gedachten die op dat moment bij u opkomen of een citaat dat u inspireert, raadt hij aan. Schrijven op papier is een handeling die naar verluidt onvermoede heilzame effecten heeft. Al die ochtendlijke gewoontes zouden uiteindelijk een positieve impact hebben op onze efficiëntie, onze stemming en ons geluk. Drie Belgische managers leggen uit hoe ze naar een evenwicht zochten tussen voldoende slaap en voldoende tijd om efficiënt te kunnen werken.

Discipline

Tom Van de Cruys, de managing director van de energieleverancier Lampiris, werkte in het begin van zijn loopbaan zeven dagen op zeven. Nu maakt hij er een erezaak van een duidelijke scheidingslijn te trekken tussen zijn werkweek en het weekend. “Ik weet dat ik op maandag minder efficiënt ben als ik op zaterdag en zondag werk, en dat de rest van de week eronder zal lijden”, klinkt het. “Ik sta ‘s maandags nog liever om 4 uur op dan in het weekend te werken.”

De man is hoe dan ook een vroege vogel. Hij staat om 5.30 uur op, na zeven tot acht uur slaap. Meestal gaat hij rond 22 uur naar bed. In de vroege uurtjes neemt hij de kranten door. Vaak sport hij ook vóór hij naar kantoor gaat: joggen, fietsen of zwemmen. Het is een manier om de stress kwijt te raken. “Als ik ‘s avonds sport, kan ik de slaap niet vatten, mijn lichaam is dan nog te verhit.”

Tom Van de Cruys drinkt geen koffie, eet geen suikers en houdt het ‘s avonds altijd bij een lichte maaltijd. “Het is bijna een ritueel en het helpt me heel erg om de slaap te vatten. Vanaf 20 uur raak ik niets meer aan dat met het werk te maken heeft.” Die ijzeren discipline heeft hij zichzelf beetje bij beetje opgelegd. “In het begin werkte ik de hele tijd. Maar op een bepaald moment ga je beseffen welke impact dat heeft. Vooral als je kinderen hebt. Je ziet dan in dat je alles meer in evenwicht moet brengen.”

E-mails

Om zijn privéleven en werk in balans te houden, woont de baas van Lampiris ook maximaal twee avondevenementen per week bij. Dat is een regel waaraan ook Jean-Jacques Cloquet, de CEO van de luchthaven van Charleroi, zich houdt. “We hebben zeer veel externe verplichtingen. Je moet echt proberen jezelf discipline op te leggen”, vindt hij. Vergaderingen, cocktailparty’s, lezingen of netwerkevents, een bedrijfsleider die dat wil, kan elke avond van huis zijn.

Na 19 uur leest Cloquet geen e-mails meer, tenzij er echt dringend iets moet worden geregeld. “Dan kan ik tenminste met een hoofd zonder zorgen gaan slapen.” ‘s Morgens is hij er dan weer vroeg bij. Het is het niet ongewoon al om 4.30 uur een e-mail van hem te krijgen. “Ik heb het geluk dat ik vanzelf wakker word tussen 4 uur en 4.15 uur, zonder dat het me moeite kost. Dat is al zo sinds ik zestien jaar was. Ik heb niet veel slaap nodig. Aan vijf uur heb ik genoeg, zelfs wanneer ik met vakantie ben.” Hij benut die rustige ochtendlijke uren om te werken in zijn thuiskantoor. “Daar werk ik het best, daar kan ik me het best concentreren. Want zodra de dag echt begint, heb je niets nog zelf in de hand.”

Microsiësta

Om 7 uur gaat de wekker van Philippe Stassen, de directeur van Néobulles. De producent van alcoholloze dranken is vooral bekend van Kidibul. Stassen slaapt uitstekend, behalve wanneer hij op reis is. Omdat lange vliegtuigreizen bijzonder afmattend zijn, kiende de Luikse directeur van het Henegouwse Néobulles zijn eigen tactiek uit. Hij doet tijdens de heenreis zijn uiterste best om niet in slaap te vallen, om zo veel mogelijk vermoeidheid op te stapelen. Tijdens de terugreis slaapt hij zoveel hij maar kan, soms wel 16 à 17 uur. Om diep te kunnen slapen, drinkt hij geen alcohol, kiest hij voor lichte maaltijden, reserveert hij een comfortabel plekje in het vliegtuig en durft hij af en toe al een keer een half slaaptabletje te nemen.

Elk zijn tactiek dus. Een microsiësta is er ook een. “Typisch voor mensen die een chauffeur hebben”, weet Olivier Willocx, de gedelegeerd bestuurder van de Kamer van Koophandel Brussel Beci. “Voor een microsiësta moet je zitten, niet liggen. Drie of vier minuten volstaan om geweldig op te kikkeren. Ik ken er die dat doen tijdens vergaderingen.” Willocx weet overigens waarom zo veel topmanagers discreet blijven over hun slaapgewoontes. “Het raakt sterk aan de intimiteit. Er zijn er die aan vier uur slaap per nacht genoeg hebben. Anderen hebben negen uur nodig, maar zullen dat niet zeggen. ‘Goed presteren’ wordt nog altijd zeer sterk gelinkt aan ‘vroeg uit de veren zijn’.”

Mélanie Geelkens

“Vanaf 20 uur raak ik niets meer aan dat met het werk te maken heeft” – Tom Van de Cruys, Lampiris

“Thuis werk ik het best, daar kan ik me het best concentreren. Want zodra de dag echt begint, heb je niets nog zelf in de hand” – Jean-Jacques Cloquet, luchthaven Charleroi

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content