DE MYTHE VOORBIJ ?

Premier Jean-Luc Dehaene ( CVP) trekt naar Chili, Uruguay en Argentinië. Tractebel wordt actief in Peru. Krijgt Latijns-Amerika, in de jaren ’70 synoniem van schuldenbergen en hyperinflatie, in de jaren ’90 een nieuwe adem ? Willy J. Stevens, Belgisch ambassadeur voor Centraal-Amerika, geeft in zijn nieuwe boek ” Uitdagingen voor Latijns-Amerika op de drempel van het derde millenium” (Uitgeverij Garant) een hoopvolle maar relativerende kijk op het continent. Stevens, ambassadeur in Colombia tussen 1985 en 1989, is sinds 1995 op post in Costa Rica. Is het aanschijn van Latijns-Amerika veranderd ?

AMBASSADEUR WILLY J. STEVENS. Zeker, zij het niet altijd ten goede. De dictaturen ruimden plaats voor electorale democratieën, maar die leidden eerder tot ontgoochelingen dan tot veranderingen. De socio-economische tweespalt vergroot ; de factor arbeid speelt nergens nog als primair inkomensmechanisme. De meeste regeringen van de 24 landen uit de regio slagen er niet in de inkomensongelijkheid te vernauwen. De nieuw gecreëerde rijkdom sijpelt niet door naar de armen.

Nochtans kent Latijns-Amerika groeicijfers waarvan Europa alleen maar kan dromen ?

Chili haalde in 1995 8,2 % economische groei ; de loonmassa steeg datzelfde jaar met 2,1 %, maar de tewerkstelling stagneerde. Van die 8,2 % groei ging 0,7 % naar de factor arbeid, de rest naar kapitaal en technologie. Brazilië, zo berekende de Wereldbank, kent ‘s werelds grootste inkomensongelijkheid : de 20 % rijksten hebben er 34-maal meer dan de 20 % armsten. In België bedraagt dat cijfer 6,1, in Japan 4,1. En de inkomensongelijkheid in de regio blijft groeien.

Toch lijken de gloriedagen van de linkse revolutie verleden tijd.

De overgebleven guerilla leeft. Kijk naar Mexico, Colombia of Peru. Wie dacht dat, met de val van de Berlijnse Muur, de guerilla, bij gebrek aan internationale financiering, zou uitsterven, zit fout. De guerilla staat, onder meer via revolutionaire belastingen, financieel sterker dan ooit. En wapens zijn er in overvloed. Bovendien zijn ook de oorzaken voor sociale explosies aanwezig. Die behoeven geen ideologische voeding door de linkse guerilla.

Waardoor dan wel ?

Door illusiescheppers zoals de pas afgezette president van Ecuador. Of door regeringen die, in het nauw gedreven door de schuldenlast en het verlies van invoerrechten, weigeren hogere belastingen te innen om aan sociale herverdeling te doen. Oorspronkelijke populisten zoals Menem in Argentinië, Fujimori in Peru of Caldera in Venezuela, doen als president precies wat ze beloofd hadden niet te doen. Maar er is meer. De misdaad neemt fenomenaal toe in Latijns-Amerika. Twaalf jaar burgeroorlog in El Salvador kostte 80.000 mensen het leven : 6600 per jaar. Sinds de vrede in 1992 worden er jaarlijks 7840 moorden gepleegd ; procentueel meer dan waar ook ter wereld. Is dat een gevolg van extreme armoede ? Niet echt. Armoede schept kleine boefjes die stelen om te overleven. In Latijns-Amerika gaat het om meer : het banditisme is er de meest gepraktiseerde toepassing van het particulier economisch initiatief. Bandiet zijn is er een sterk gegeerd beroep : het levert maximale winst met minimale kosten én risico’s. De oorzaak van het geweld ligt naast de geweldcultuur én de verstedelijking in een onvoorstelbare straffeloosheid en een totaal ondermaatse justitie en politie.

Toch lijkt Latijns-Amerika mondiaal een belangrijke speler te worden ?

De regio bouwt uitdrukkelijk aan een nieuwe geopolitieke rol. Voor Mercosur, de gemeenschappelijke Zuid-Amerikaanse markt, zie ik een magneetfunctie weggelegd zoals destijds voor de Europese Gemeenschap. Via vrijhandelsakkoorden met alle regiolanden kan Mercosur leiden tot één Pan-Latijns-Amerikaanse handelszone. Latijns-Amerika heeft veel troeven. De regio voert jaarlijks voor 250 miljard dollar in ; in 1996 werd 30 miljard dollar geïnvesteerd, zij het vooral via privatisering en omzetting van schulden. Inzake leefmilieu kan Latijns-Amerika, met een regenwoud van 792 miljoen hectare, een wereldrol spelen ; zeker na de Natuurwereldconferentie in Rio in 1992. Noorwegen, dat in eigen land de CO2-normen niet tijdig haalt, kocht grote delen regenwoud in Costa Rica om zo toch aan de normen te voldoen.

Speelt België een rol in Latijns-Amerika ?

Amper 1 % van onze uitvoer komt naar de regio ; ooit was dat 7 %. Mensenrechten, straatkinderen, landloze boeren, syndicale vrijheden ? De Belgische regering kaart die onderwerpen best aan via Europa, de Uno, de Internationale Arbeidsorganisatie of middels steun aan Amnesty International of NGO’s. België moet geen cavalier seul spelen. Ook al hebben we hier meer invloed dan gedacht. Het concept van een noodzakelijke, grotere eigen inbreng van de derdewereldlanden, geïntroduceerd in 1996, door minister van Buitenlandse Zaken Eric Derycke ( SP), is in een mum van tijd bespreekbaar geworden. Een herverdeling van de rijkdom is hier alleen mogelijk als de geïnde belasting stijgt. Guatemala kent een fiscale druk van amper 7,1 % van het BNP, El Salvador 10,5 % ; Colombia 13 % en Peru 9 % (België : 47 %). Wel : al die lage-belastinglanden zitten of zaten met de guerilla. Het massaal inkrimpen van de invoerrechten in het kader van de globalisering heeft de begrotingsmiddelen in Latijns-Amerika fel afgeslankt. Zo creëer je sociale rampen. Derycke heeft gelijk : het gaat niet op landen te steunen opdat een rijke minderheid kan blijven pochen geen belastingen te betalen. Mij lijkt een belastingdruk van 15 % waarvan een derde via inkomensbelasting het minimum. Alleen zo kan je aan herverdelen denken.

Blijven we intussen ijveren voor een radicale breuk tussen business en ontwikkelingssamenwerking ?

Zeker niet als enig land. De anderen doen het helemaal niet, integendeel. Nederland predikt vandaag precies het tegenovergestelde van wat staatssecretaris Reginald Moreels ( CVP) verdedigt. Indien alle donorlanden een ontbinding tussen business en ontwikkelingssamenwerking zouden voorstaan én dus alleen contracten zouden toewijzen op basis van open aanbestedingen zouden de Belgische bedrijven, volgens mijn berekeningen, op wereldvlak via ontwikkelingshulp 3,2 maal meer contracten binnenhalen dan nu.

Maar zo ver staan we dus nog lang niet.

RON HERMANS

WILLY J. STEVENS (AMBASSADEUR CENTRAAL-AMERIKA) We moeten geen landen blijven steunen opdat de rijksten geen belastingen zouden moeten betalen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content