De musts van Brussel

Van 14 tot 24 januari etaleren de autoconstructeurs hun creaties op het Autosalon van Brussel. Geen exhaustief overzicht, maar een subjectieve selectie van gewoon leuke, extravagante, onwelvoeglijke, mooie, handige of toekomstige wielen die er te zien zijn.

We blijven er een beetje verliefd op, de MiTo van Alfa Romeo. Het blijft een van de leukste kleine auto’s. Omdat hij heerlijk rijdt, sportiviteit laat voelen en ademt. Maar tegelijk heel zuinig uit de hoek kan komen (de 1.3 JTDM turbodiesel van 95 pk heeft een officiële uitstoot van 104 gram CO2 per kilometer, goed voor de grootst mogelijke afschrijving in uw boekhouding), zelfs in zijn zinnenprikkelende sportieve versie: de Quadrifoglio Verde, 170 paarden en van nul naar honderd in 7,5 seconden, doet het met amper zes liter benzine. Dankzij MultiAir, een nieuwe technologie van de Italianen die anders omspringt met het luchtbeheer in de motor. Moet u zien. Hoewel, eigenlijk is de MiTo ook een smoes om eens langs te gaan bij Alfa Romeo: daar staat immers de bloedmooie 8C Competizione Spider geparkeerd. De dakloze versie van de 8C, jawel. Gewoon om u te laten watertanden, want de… twintig voor België bestemde exemplaren zijn al de deur uit. Niet voor huisvaders, dus.

‘Gezinswagen’

Die moeten eens gaan kijken bij Aston Martin, want daar valt de nieuwe gezinswagen van het Britse merk te bewonderen. Porsche heeft al een poos zijn Panamera, Lamborghini straks zijn Estoque en Aston Martin nu dus de Rapide. Hoewel, gezinswagen zouden we hem ook niet noemen. Veeleer een kruisraket met vier zitplaatsen en een koffer groot genoeg voor vier reiskoffers en een golftas. De twaalfcilinder van 6 liter stuwt het tuig in 5,3 seconden van nul naar honderd. En dan naar een topsnelheid van 313 per uur.

Bij Audi vinden bedrijfsleiders een alternatief voor de Mercedes S en de BMW 7: Audi heeft immers zijn nieuwe A8 klaar. Helemaal van aluminium gemaakt. En om even weg te dromen is er de R8 Spyder, dakloze versie van de indrukwekkende sportwagen, 525 paarden uit een V10 van 5,2 liter.

Bij aartsconcurrent BMW laten we ons alvast even bedwelmen door de M-versie van de X6. 555 paarden onder de kap, het kan tellen. Voor een SUV, denkt u? Dan hebt u nog nooit met de X6 gereden, want het ding gedraagt zich zowaar als een sportwagen. Zeer zeker in zijn onwelvoeglijk krachtige M-versie (kort voor Motorsport, jawel).

Bij Citroën zijn ze trouwens jaloers op de Duitse hegemonie in de premiumsegmenten. Vandaar die veelbesproken DS-lijn: beter uitgeruste versies, met materialen van een hogere kwaliteit maar ook leukere esthetische toetsen dan de bekende modellen. In afwachting van de DS5, die in de arena wil rijden met kleppers als de Audi A4, Mercedes C of BMW 3, kunt u de DS-filosofie al proeven in de kleinere DS3.

Belgisch

Bij Ford is er nieuws dat een beetje Belgisch mag worden genoemd: de S-Max en Galaxy, monovolumes die op de fleetmarkt de Espace van Renault serieus opzij zijn gaan drummen, worden immers in Genk gebouwd. En zijn op de Heizel te zien in hun opgefriste versie die dit jaar op de markt komt. Niet onbelangrijk: onder de kap verdwijnt de 1.8 turbodiesel, net zoals de voor fiscaal België te grote 2.2. Om alleen nog maar een tweeliter TDCi over te houden.

Hyundai heeft nieuws dat voor het Koreaanse merk heel belangrijk is: de Tucson, die het succes van het huis in onze contreien hielp opbouwen, heeft eindelijk een opvolger. En als je het ons vraagt, dan heeft de ix 35 met zijn veel minder hoekige contouren alles in huis om te scoren in het segment van de compacte SUV.

Jaguar is een ommetje waard voor de nagelnieuwe XJ, die breekt met de klassieke contouren van de voorbije eeuwen en voor een heel modern design gaat.

Bij Ferrari is de nieuwe 458 Italia, vervanger van de F430, een must. Een tweezitter met glazen motorkap achteraan, die een V8 van 570 pk laat zien.

Terrein

Minnaars van terreinwagens moeten langs bij Land Rover. Daar werden de koningen van het terrein, de Range Rover en Discovery 4, onlangs opgewaardeerd tot jaargang 2010. En hoewel dit officieel om een ‘facelift’ gaat, is er technisch heel wat veranderd. Zo zit er onder de motorkap een nieuwe drieliter turbodiesel die niet alleen 50 paarden sterker is dan zijn voorganger van 2,7 liter, maar ook zuiniger.

Als u uw zinnen op een cabrio in het segment van de BMW 3 of Audi A4 gezet heeft, moet u zeker eens gaan lonken naar de dakloze versie van de Lexus IS, de IS250C. Heel mooi, bovenop de kwaliteit die je uiteraard van een Lexus mag verwachten. En neen, een echte cabrio is dit niet, wel een zogenaamde coupé-cabrio, want hij heeft een dak van aluminium. En is dus ook ‘s winters inzetbaar voor alledaags gebruik.

Bij Mercedes ligt een hoofdrol weg voor de E-klasse, die vorig jaar vernieuwd werd en nu in al zijn gedaanten (berline-break-coupé) te zien is. En terwijl u daar ronddwaalt, misschien toch eens die SLS AMG een blik gunnen? Hij verblindt u ongetwijfeld. Voor het eerst te zien in België, en geen auto maar een projectiel. Het soort machine dat Mercedes vroeger bouwde in samenwerking met het F1-team van McLaren, maar nu alleen in elkaar knutselt in de werkplaats van AMG, de huistuner van de Duitsers. En wat zijn ze mooi, die vlinderdeuren die ons terugvoeren naar de tijd van de mythische 300SL…

Elektrisch

Nissan verrast met de Cube, een auto met extreem design die al een poos rondrijdt in Azië maar nu ook naar Europa komt, terwijl het bij Opel vooral rond de nieuwe Astra draait. De compacte middenklasser, die de filosofie van de succesvolle Insignia (zeer goed uitgerust voor zijn klasse, veel flexibiliteit…) doortrekt naar een lager segment, is een van de hoekstenen in het gamma van de constructeur. Maar Opel laat ons ook in de elektrische toekomst kijken met de Ampera. Neen, geen volledig elektrische auto zoals er eind dit jaar en vooral de eerste helft van 2011 tal van op ons afkomen, maar veeleer een intelligente tussenoplossing: u laadt de batterij ‘s nachts op en kunt de volgende dag zestig kilometer ver op alleen maar elektriciteit rijden. Is de batterij leeg, dan slaat een klassieke benzinemotor aan. Neen, niet om de auto vooruit te stuwen, wel om… elektriciteit aan te maken voor de lege batterij en gewoon voort te rijden op stroom. Nog niet voor morgen natuurlijk, veeleer ergens eind 2011.

Niet voor morgen maar voor vandaag is de nieuwe monovolume van Peugeot, de 5008. Maar vooral de 3008 zal wel weer wat kijkers lokken, omdat hij niet alleen bij particulieren (onlangs uitgeroepen tot Gezinswagen van het Jaar) maar ook in bedrijfswagenparken aanslaat. Maar de interessantste machine op de stand van Peugeot is wellicht de 3008 Hybrid4. Immers, hybrideauto’s, die een klassieke ontploffingsmotor met elektriciteit combineren, komen alleen in benzineversies. Zoals de Toyota Prius, om maar de bekendste te noemen. En de collectieve overtuiging is dat de hybridetechnologie alleen echt bruikbaar is met benzinemotoren. Welnu, Peugeot maakt zich op om ten laatste in 2011 het tegendeel te bewijzen. En het prototype dat de Franse constructeur daarvoor klaar heeft, de 3008 Hybrid4, is te zien op de Heizel. Met een tweeliter turbodiesel van 163 pk die samen met een elektrische motor van 37 pk kan zorgen voor een verbruik van amper 3,8 liter.

Bij Porsche hebben ze een Europese première klaar: de Boxster Spyder, zopas gelanceerd op het salon van Los Angeles, is voor het eerst bij ons te zien. Een heerlijke, dakloze machine van amper 1275 kilo en daarmee het lichtste model uit het hele Porsche-gamma. De 3.4 zescilinder is goed voor 320 paarden, tien meer dan in de Boxster S. En toch is het mogelijk er niet meer dan 9,3 liter mee te verbruiken.

Tot slot zeker eens de spanning gaan opmeten bij Renault, waar maar liefst één auto op drie helemaal elektrisch zal zijn. Zoals de Fluence ZE, een gezinswagen met plaats voor vijf, in Brussel te zien in zijn conceptversie. En tegen 2011 misschien ook op onze wegen.

Door Jo Bossuyt