De motorrijder zoekt het in ‘naked’

Tijdens het Salon van de bedrijfswagens en vrijetijdsvoertuigen staat ook de motor in de belangstelling. Wat zijn de trends in de markt en wat bieden de motorfabrikanten?

De Belgische motormarkt doet het goed. Febiac, de Belgische automobiel- en tweewielerfederatie, tekende begin december vorig jaar op dat er 26.563 nieuwe motoren waren ingeschreven in de periode januari-november 2006. Dat betekent een stijging van 8,51 % tegenover dezelfde periode in 2005. In die cijfers zijn wel de driewielers en quads (de vierwielige ‘motorfietsen’) mee opgenomen – wat het beeld enigszins vertekent. Als het om échte tweewielers gaat, zijn er tussen januari en november 2006 exact 22.087 nieuwe exemplaren ingeschreven, een stijging van 8 % tegenover 2005.

‘Zwaar’ ligt goed in de markt

Wat zijn de verkooptrends in de motormarkt? Afgaande op de lijst met meest verkochte modellen lijkt het erop dat zware toermotoren goed in de markt liggen. BMW leidt dat klassement met de R1200 RT (een toermodel) en de R1200 GS (een toer-enduro). Honda staat met de NTV700 Deauville derde. De Deauville is een middenklasse toermotor. Op de vierde plaats staat de CBF1000, een no-nonsensemachine van Honda en op de vijfde plaats staat Yamaha’s sporttoerder, de FJR1300. Dat zijn motoren waar je moeiteloos lange trips mee kan maken. Machines ook die standaard meestal zijn uitgerust met zijkoffers. Noem het motoren voor ‘doorrijders’, motorrijders die bij weer of geen weer op hun motor stappen. Grote kuipen en gadgets zoals stuur- en zadelverwarming zorgen ervoor dat de rijder tamelijk goed tegen de elementen is beschermd. Dat heeft echter een prijs: de toerbuffels met cilinderinhouden van 1200 cc en meer kosten al snel 15.000 euro.

Toch wijzen cijfers van Febiac uit dat het grootste segment in de motormarkt dat van de naked bikes is: motoren zonder veel poespas. Een tank, zadel, frame, twee wielen en een motorblok. Het gaat om modellen zoals de Yamaha Fazer (600 en 1000 cc), Honda’s Hornet (600 en 1000 cc), de Honda CBF-serie (CBF500, CBF600 en CBF1000), de Ducati Monstre (600 en 999 cc), de Suzuki Bandit (650 en 1200 cc), de Suzuki GSR-600 en de Suzuki SV650 en SV1000.

Het aanbod in het nakedsegment is tamelijk groot. Een voordeel is ook de lagere prijs. Aan de 600 cc-basismodellen hangt doorgaans een prijskaartje tussen 6000 en 6500 euro. Voor de zwaardere naked bikes moet je rekening houden met een basisprijs rond 8500 euro.

Het supersportsegment lijkt dan weer op zijn retour. Dat zijn de machines die een laag gewicht paren aan een hoog pk-aantal. Een pk-gewichtverhouding van één op één (een kilo per pk) is geen uitzondering meer. Een aantal notoire hardgaanders heeft kennelijk eieren voor zijn geld gekozen en de supersportmotoren ingeruild voor naked bikes. Of ze schrijven hun ‘racer’ uit en gebruiken die alleen nog tijdens zogenaamde circuitdagen op Francorchamps of Zolder.

Scooters voor woon-werkverkeer

Veel van de groei in de motormarkt komt van het scootersegment, momenteel de tweede groep gemotoriseerde tweewielers op de markt. ‘Echte’ motorrijders zullen niet zo snel op een scooter stappen; en scooterrijders zijn meestal ook geen motorrijders. Ze vormen ieder een aparte wereld. Een motorfiets is meer een leisure-product, een scooter is eerder een woon-werkverkeervoertuig: het is praktisch (veel bagageruimte onder het zadel), je bent door het plaatwerk en scherm redelijk beschermd tegen wind en regen, maar je gaat er niet meteen sportief bochtjes mee pikken. Automobilisten die tussen 1989 en 2001 hun rijbewijs behaalden, kunnen zonder extra rijexamen met een scooter van maximaal 125 cc en een vermogen dat niet hoger is dan 15 pk de weg op. In 2001 werd die mogelijkheid afgeschaft, maar federaal minister van Mobiliteit Renaat Landuyt (SP.A) heeft al eens laten uitschijnen dat hij die regel opnieuw wil invoeren. Overigens, scooterrijders kennen hun klassiekers: het traditionele Piaggio (met onder meer Vespa) is hét scootermerk op de Belgische markt.

Extreem design is dé trend

Zijn er veel nieuwigheden in 2007? Je kan in ieder geval spreken van drie trends: variaties op één thema (voortborduren op het bestaande zonder echte vernieuwingen), zware motoren met supermotardallures (supermotards zijn aangepaste crossmotoren voor races op asfalt en zand) en extreem design.

BMW breidt het aanbod van de 650 uit met twee meer extreme modellen: een echte terreinmotor en een supermotardversie. Ducati heeft met de 1098 Superbike twin en de Desmosedici RR twee nieuwe ijzers in het vuur. De 1098 moet de minder geslaagde 999-twin vervangen. En de Desmosedici – een replica van de MotoGP-racer – moet de fanaten van snelle en dure motoren aantrekken. Tegen het einde van het jaar wordt een 1000 cc twin in supermotard verwacht. Honda komt met een nieuwe 300 cc scooter, de GoldWing met airbag, een volledig gerestylede Hornet 600 en een geüpdatete 600 cc supersport CBR. Kawasaki lanceert de Versys 650 (een doorontwikkelde 650 ER-6 twin): een ‘universele’ motor met endurostijlkenmerken. De Z750 en Z1000 kregen een facelift. Piaggio brengt de MP3 op de markt: een driewieler (twee wielen voor en één achter; zou niet kunnen omvallen…). Suzuki zet de B-King in het aanbod: een naked bike op basis van de Hayabusa 1300 cc. De B-King is een bruut van een motor en extreem qua design.

Dat is trouwens een tendens over de hele lijn. Het lijkt wel of elk merk zijn designers de vrije hand heeft gegeven om extreem voor de dag te komen. Die motoren zijn leuk om naar te kijken en leuk om over te praten. De vraag is echter of ze het ook in de verkoop goed doen…

Ad van Poppel