De migratie-industrie
Een goed jaar geleden gooiden twee Antwerpse magistraten een steen in de kikkerpoel. Tijdens de opening van het gerechtelijk jaar stelden procureur-generaal Yves Liégeois en advocaat-generaal Piet Van de Bon onomwonden dat de Belgische migratiepolitiek de rechtsstaat in gevaar bracht. Politici eisten het vel van de procureur-generaal wegens politieke bemoeienis. Maar Liégeois had wel gelijk. België voert al jaren een inefficiënt migratie- en asielbeleid dat leidt tot hallucinante toestanden die zwaar wegen op de schatkist.
De kostprijs van de hotelovernachtingen voor asielzoekers loopt op tot 23,5 miljoen euro. Voor wie geen dak boven het hoofd kreeg, is 340.000 euro aan dwangsommen uitbetaald. Het budget van Fedasil is geëxplodeerd van 273 miljoen euro in 2008 naar 345 miljoen euro. De juridische kosten daarin – pro-Deoadvocatenkosten voor begeleiding van asielzoekers – bedroegen 23,6 miljoen euro. Sommige advocaten verdienen daar duizenden euro’s per dag mee. Een aparte business dus. De Belgische publieke opinie heeft meer en meer moeite om de kostprijs van een falend migratiebeleid te betalen. “Juridische bijstand voor asielzoekers is een industrie geworden”, stellen Theo Francken en Sarah Smeyers in België. Land zonder grens.
Het boek is een uitgebreide analyse van het Belgische (non-)migratiebeleid, maar het kan ook als een politiek boek gelezen worden. Smeyers en Francken zijn als federale N-VA-parlementsleden leden van de oppositie en gaan met het boek frontaal in de aanval. Vooral de PS krijgt de volle laag. De Franstalige socialisten kiezen ervoor de migratiesluizen maximaal open te zetten, stellen de auteurs. De nieuwkomers worden immers als potentiële PS-kiezers beschouwd. Een doordacht, transparant en humaan asielbeleid is in België momenteel onmogelijk, aldus Smeyers en Francken.
Ze gaan in het boek ook uitgebreid in op de zaak-Chadli, een Marokkaanse crimineel die illegaal in het land verbleef en in februari op een vlucht naar Casablanca werd gezet. De PS-senatrice Fatiha Saïdi, die ook op het vliegtuig zat, verhinderde eigenhandig de repatriëring. De auteurs zien in die houding een bewijs dat een oplossing voor het migratieprobleem nog veraf is.
Los van de politieke insteek geeft het boek ook een duidelijk overzicht van de verschillende vormen van migratie en hun maatschappelijke en economische impact. Zo moet een onderscheid worden gemaakt tussen actieve en passieve migratie. Dat gebeurt zelden en dat verziekt het debat. Want aan actieve migratie – studenten en arbeidsmigratie – heeft België echt wel nood. Het probleem is dat die actieve migratie slechts een klein deel (14 %) van de migratie uitmaakt. Het gros is passieve migratie (86 %): asiel, regularisatie en gezinshereniging. In de groep van passieve immigranten zijn zeer weinig mensen te vinden die ingeschakeld kunnen worden op de Belgische arbeidsmarkt. Dat legt een enorm beslag op de sociale zekerheid. Een nieuwe, strengere wet op de gezinshereniging maakt wel dat waar vroeger 71 procent van de aanvragen goedgekeurd werden, dat nu 35 procent is.
Theo Francken en Sarah Smeyers, België, land zonder grens, Davidsfonds, 2012, 128 blz, 14,95 euro
ALAIN MOUTON
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier