De machtigste uitzendkracht ter wereld
Toen op 22 november bekend werd gemaakt dat de zeventigjarige miljardair Klaus Jacobs, stichter en hoofdaandeelhouder van Adecco, binnen ‘s werelds grootste uitzendbedrijf alle macht naar zich toetrok en de functie van zowel CEO als bestuursvoorzitter zou waarnemen, was dat niet zo’n grote verrassing. Het stond in de sterren geschreven dat zijn voorganger, de 38-jarige Jérôme Caille, niet lang meer aan de top van het uitzendbedrijf zou staan. Caille werd in 2002 als wonderboy op de Zwitserse hoofdzetel binnengehaald, maar zijn ster begon te tanen toen Adecco begin 2004 in opspraak kwam. Het vermoeden rees dat er bij de Noord-Amerikaanse poot van de groep boekhoudkundige onregelmatigheden waren gebeurd. Daardoor moest de bekendmaking van de jaarresultaten worden uitgesteld. Er bleek achteraf niets aan de hand, maar het bedrijf had intussen wel meer dan 2 miljard euro aan beurskapitalisatie verloren.
Sindsdien stond de positie van Caille steeds meer onder druk en Klaus Jacobs deinsde er als voorzitter niet voor terug om zijn manager regelmatig de levieten te lezen. Hem onmiddellijk de deur wijzen kon hij niet, want Jacobs moest rekening houden met de Fransman Philippe Foriel-Destezel, covoorzitter van Adecco. Foriel-Destezel richtte samen met Jacobs in 1996 Adecco op als fusie tussen het Zwitserse Adia en het Franse Ecco. De groep groeide uit tot een absolute wereldspeler. De strategie was duidelijk: Adecco moest in elk land waar het actief was nummer één of twee worden. In België kreeg Patrick De Maeseneire de opdracht om het marktaandeel van Adecco in korte tijd sterk te doen stijgen. Een taak die hij overigens tot een goed einde bracht, want via een agressieve verkooppolitiek steeg Adecco van de vijfde naar de tweede plaats op de Belgische uitzendmarkt. Omzetgroei betekende ook externe groei en meer dan eens werd het Belgische Solvus genoemd als overnameprooi van Adecco. Maar daar kwam niets van in huis.
Als snel ontstonden er op de Zwitserse hoofdzetel echter spanningen over de te volgen strategie. Jacobs vond dat naast omzetgroei ook rentabiliteit voorop moest staan. Vandaar dat Adecco zich steeds meer moest richten op andere segmenten zoals werving en selectie, loopbaanbegeleiding en outplacement. De nieuwe HR-diensten, die goed waren voor 10 % van de omzet maar 20 % van de winst, moesten aan belang winnen. Adecco zou uitgroeien tot een specialist in HR-dienstverlening. Een boodschap die Jérôme Caille in oktober nog meegaf tijdens een bezoek aan België. Dat kwam vreemd over, omdat Caille altijd een voorstander was geweest van sterke omzetgroei. De bocht die hij nam, toonde aan dat het toen eigenlijk al Klaus Jacobs was die de touwtjes in handen had.
Het was trouwens niet alleen de verschillende visie in strategie die maakte dat de spanningen binnen de groep ten top stegen. Ook kwamen verschillende ego’s regelmatig in botsing. Binnen de groep tekende zich een Franse (Caille, Foriel-Destezel) en een Zwitserse clan (Jacobs) af. Jacobs trok uiteindelijk aan het langste eind. En zijn machtsgreep op de groep is dus totaal. Niet alleen koopt hij 12 miljoen aandelen van Foriel-Destezel over. Bovendien koopt Jacobs nog eens 12 miljoen andere aandelen in. Wat betekent dat de familieholding van Klaus Jacobs 29,3 % van de groep in handen heeft, een operatie van zowat een miljard euro.
De waarde van zijn aandelenpakket kan enkel nog stijgen, want sinds de vermeende boekhoudkundige onregelmatigheden bij Adecco was de koers fors ondergewaardeerd. Het snel en efficiënt creëren van meerwaarde en dan snel langs de kassa passeren, heeft Jacobs in het verleden overigens geen windeieren gelegd. Nochtans heeft Jacobs zichzelf altijd meer als een industrieel dan als een financier beschouwd. Afkomstig uit een familie van koffieproducenten uit Bremen kreeg hij het ondernemerschap met de paplepel binnen. Hij zette ook zijn eerste stappen als manager in het familiebedrijf, verhuisde de zetel naar Zürich en sloeg in 1982 zijn eerste grote slag: een fusie met Interfood, waardoor de groep Jacobs Suchard ontstond. Vijf jaar later rijfde hij het Belgische Côte d’Or binnen. Dat ging niet zonder slag of stoot, want Jacobs moest enorm hoog bieden om dat Belgische kroonjuweel uit de handen van concurrent Nestlé te houden. Baudouin Michiels, ex-topman van Côte d’Or: “Jacobs gaat altijd recht op zijn doel af en werkt de dingen nooit half af.”
Groot was de verwondering toen Jacobs drie jaar later zijn imperium voor 2 miljard dollar aan het Amerikaanse Philip Morris verkocht. Naar verluidt was die verkoop noodzakelijk omdat Jacobs zich bij een aantal vroegere overnames te diep in de schulden had gestoken. Toch beschikte hij nog over voldoende cash om zich op de uitzendmarkt te werpen (met de overname van Adia), maar bleef ook in de chocoladewereld met de oprichting van Barry Callebaut.
De voorbije jaren verschoof Klaus Jacobs meer en meer naar de achtergrond. Hij hield zich bezig met zijn paardenstoeterij in Groot-Brittannië. Of besteedde het gros van zijn tijd aan die andere hobby van hem: filantropie. Ooit zei Jacobs dat hij een nieuwe Carnegie wou worden. Onder andere via de Jacobs Stiftung zet hij zich in voor de integratie van probleemjongeren. In 2001 stopte hij er zowaar 840 miljoen dollar in. Een voormalige medewerker: “Jacobs is altijd sterk maatschappelijk geëngageerd geweest. Dat houdt verband met het feit dat hij een verwoed aanhanger van de scouting is. Hij is ook voorzitter van de wereldorganisatie van scouts. Dat hij zich nu meer met Adecco bezighoudt, is eerder een kwestie van noodzaak. Wellicht blijft hij CEO tot het aandeel weer een duurzame stijgende trend vertoont en hij een geschikte opvolger als CEO gevonden heeft.”
KLAUS JACOBS
CEO en voorzitter van Adecco.
Voorzitter van de wereldorganisatie van scouts.
Filantroop.
Alain Mouton
“Wellicht blijft hij CEO tot het aandeel weer een duurzame stijgende trend vertoont.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier