De kunstenaar en zijn spiegelbeeld
Op het eerste gezicht hebben ze maar weinig met elkaar gemeen. Toch zijn kunstschilder Roger Raveel en Hugo Vandamme, de voormalige CEO van Barco, vrienden voor het leven. Trends riep ‘the odd couple’ bijeen voor een inspirerende babbel over kunst, creativiteit en technologie. Plaats van afspraak: het atelier van Raveel in Machelen, daar waar de Leie traagzaam en aarzelend een weg zoekt doorheen het vlakke land.
R oger Raveel behoeft al lang geen introductie meer. Deze Vlaamse reus – intussen 81 geworden – behoort al vijftig jaar tot het kruim van het Belgische schildersgild. En dat zonder dat hij tot een modieuze stroming behoort of de hemel wordt in geprezen door een of andere kunstgoeroe. Raveel heeft zijn populariteit vooral te danken aan de herkenbaarheid van zijn oeuvre. En vooral aan de verrassende manier waarop hij die herkenbaarheid in beeld brengt. Raveels doeken – dat zijn er intussen vele honderden – munten uit door hun poëtische eenvoud. Onderwerpen zijn ‘s mans speelse katten, de bomen in zijn tuin of de gezichtloze mensen die naar het verkavelde Vlaamse landschap staren. Ze worden neergezet met soepele trekken en simpele kleuren, als universele iconen die zo uit de Machelse Leiestreek werden geplukt.
Dat wroeten in het landschap is ongetwijfeld iets wat Hugo Vandamme (56) na aan het hart ligt. Deze West-Vlaming, die bijna twintig jaar lang gedelegeerd bestuurder van technologiereus Barco is geweest, blijkt net als Raveel verknocht aan zijn geboortestreek. En niet toevallig haalde Vandamme verscheidene werken van de tijdloze kunstenaar in huis. Dat beiden – hoe verschillend hun achtergrond ook – elkaar tegen het lijf liepen – hoeft dan ook niet te verwonderen.
Muurschildering aan de kust
“Begin jaren negentig kocht ik een appartement aan zee,” reveleert Hugo Vandamme. “Daar wilde ik graag een authentieke muurschildering van Raveel. Mijn vrouw en ik waren al jaren een vurig bewonderaar van zijn werk. Via een gezamenlijke vriend – een galeriehouder – zijn we met elkaar in contact gekomen.”
Ruim een jaar werkte Raveel aan de muurschildering voor zijn nieuwe mecenas. Een hele reeks schetsen, studies en intieme babbels volgden. Zo leerden Raveel en Vandamme niet alleen elkaar, maar vooral elkaars gezamenlijke besognes en interesses beter kennen.
“Net als Roger ben ik een onverbeterlijke optimist,” zegt Vandamme. “Vandaar dat ik hou van heldere kleuren en schilderijen waaruit een heldere boodschap te lezen valt. Die elementen vind ik terug in zijn werk.” Wat die heldere boodschap precies inhoudt, luidt voor iedereen allicht iets anders, afgaande op de brede waaier aan kunsthistorische analyses waaraan Raveels werk over de jaren heen werd onderworpen.
Vandamme prijst vooral de eenduidige manier waarop de schilder erin slaagt de alledaagse werkelijkheid te larderen met een spiritueel aura. In een recent werk van Raveel treedt een schimmig konijnenhok bijvoorbeeld in dialoog met de hedendaagse spitstechnologie, iets waarvoor de voormalige chief executive officer (CEO) van Barco uiteraard een bijzondere interesse koestert. Of: hoe het cerebrale met het banale kan worden verzoend.
“Dat is precies wat de mensen boeit,” zegt Hugo Vandamme. “Je hoeft helemaal geen geleerde te zijn om het werk van Roger te snappen, hoewel het toch boordevol nuances zit. Iedereen kan er iets uithalen en daardoor wordt het nooit eentonig.” Toch lijkt Vandamme er niet zeker van of zijn analyse overeenstemt met de visie van de meester. En dus onderbreekt de manager plotseling zijn betoog om zijn mening te toetsen aan die van zijn artistieke vriend. West-Vlaamse schroomvalligheid, die nergens voor nodig is, zo blijkt. Raveel treedt Vandamme volmondig bij. “Kunstenaars hebben zelden een uitgesproken boodschap. Voor mij is kunst een plastische taal, een communicatiemiddel. Vandaar ook dat iedereen mijn werk anders vertaalt. Zo stel ik vast dat de moderne mens de materie om hem heen helemaal anders ervaart dan vroeger. Gewoon omdat men er dankzij alle technologische progressie ook meer over weet. Dat speelt een grote rol in het optisch ervaren. De mens ervaart de alledaagse dingen veel meer in tijd en ruimte. Als schilder probeer ik dat zichtbaar te maken.”
Een nieuwe manier van kijken
Vandaar dat steeds dezelfde objecten – een tafel, een spiegel, een koffiekan, een menselijke gedaante – opduiken in Raveels herkenbare en tegelijk bevreemdende doeken. Alleen de scherpe contouren van de voorwerpen blijven intact. Gezichten vervagen, details verdwijnen. De concrete invulling ervan wordt volledig overgelaten aan de toeschouwer die vanuit zijn subjectieve ervaringswereld de doeken als het ware zelf een gezicht geeft. Of: hoe Raveel met een beetje goede wil kan worden bestempeld als een ‘virtueel’ kunstenaar, een man die door de leemtes heen op een interactieve manier met de toeschouwer communiceert.
De dichter Roland Jooris, die net als Hugo Claus vaak met Raveel samenwerkte, noemde die stijl ‘de nieuwe visie’. En een nieuwe visie – een nieuwe manier van kijken naar de dingen om ons heen – is ook datgene wat Hugo Vandamme al die jaren bij Barco heeft nagestreefd. Het plastische credo van Raveel komt met andere woorden wonderwel overeen met het mission statement van Vandamme. Geen wonder dat hij ook beroepsmatig de nodige inspiratie put uit ‘s mans oeuvre.
“Eigenlijk probeert een technologiebedrijf de dingen steeds op een andere manier waar te nemen dan de anderen. Alleen op die manier kan het successen boeken. Daarom hamer ik er ook steeds op om kunst opnieuw te herwaarderen in het onderwijs. Kunst scherpt de creativiteit en de vindingrijkheid. En dat komt ook de economie ten goede. Ik ben zelf ingenieur van opleiding, maar toch zie ik liever een uur wiskunde verdwijnen in het leerprogramma dan een uur esthetica. Ik heb mijn medewerkers altijd gezegd: het is pas wanneer je je iets kunt inbeelden, dat je het naderhand ook kunt realiseren. Alles begint bij de verbeeldingskracht.”
Het is Vandamme niet ontgaan dat het gros van de technologische innovaties ontspruit aan een creatieve omgeving. Edison en Einstein waren niet alleen briljante fysici, maar evenzeer fanatieke kunstliefhebbers. Talentvolle ingenieurs en vindingrijke informatici zouden daarom beter zo nu en dan hun laptop dichtklappen. Even de tijd nemen dus om zich opnieuw te verwonderen, om hun cijfermatige gedachten de vrije loop te laten tussen kleuren, figuren en concepten.
Beide beroepen zijn niet elkaars antipoden, zoals sommige zaakvoerders en beursbreinen wel eens laten uitschijnen. Wel integendeel. De plastische kunsten en de zakenwereld ontmoeten elkaar in het vendiagram van de pragmatische creativiteit. “Het één kan gewoon niet zonder het ander,” bevestigt Raveel. “Kunst stimuleert je je hersens te gebruiken. En precies op abstracte gebieden als wiskunde of informatica is zoiets onontbeerlijk.” Het kunstonderwijs verder afbouwen, is dan ook roofbouw plegen op de Belgische economie, zo vrezen beiden. Zeker nu iedereen in de wereld goed is opgeleid, zelfs in economisch minder welvarende landen zoals China, India of Indonesië. Wat morgen het verschil zal maken, is vooral het potentieel aan creatief talent.
Volgens Vandamme heeft België zijn kunstenaars broodnodig. Precies omdat ze jongeren – onze voornaamste grondstof – continu leren op een originele manier te observeren. HR-managers, bedrijfspsychologen en voorzienige zaakvoerders krijgen daarom alvast enkele nuttige tips: dweil tentoonstellingen af, verfraai het bedrijf met een passend kunstwerk en organiseer geregeld een museumbezoek voor het personeel.
Aandelen of beurscijfers
Het moge duidelijk zijn: kunst is een van de belangrijkste inspiratiebronnen voor de voormalige topman van Barco. Of deze creatieve kruisbestuiving ook in de andere richting werkt, blijft natuurlijk nog maar de vraag. Zo houdt Raveel zich opvallend op de achtergrond wanneer Vandamme zijn economische strategieën uit de doeken doet.
“Ik vrees dat ik niet veel economisch talent heb,” lacht Raveel minzaam. “We hebben het alleszins nog nooit samen over aandelen of beurscijfers gehad. Misschien heeft het te maken met het feit dat ik steeds op zoek ben naar de oorsprong van inspiratie. Economie is meer een gevolg van inspiratie, zelden een concrete aanleiding.”
Dat hoeft evenwel nog niet te betekenen dat Raveel geen interesse toont voor de nieuwste technologische ontwikkelingen. Een waarachtig kunstenaar kan zich zo’n lethargische houding nauwelijks veroorloven. De multimediale revolutie heeft een enorme impact op onze dagelijkse omgeving. En precies daaruit put Raveel zijn onvermoeibare inspiratie. Zo stijgt ‘s mans belangstelling wanneer de interactieve dvd’s ter sprake komen die indertijd door Barco werden ontwikkeld. Die maakten het mogelijk om virtueel te wandelen door ‘s werelds meest vermaarde musea. Geen wonder dat Raveel in de nabije toekomst ook graag zo’n schijfje had gezien met daarop zijn eigen werken.
“Maar daar zal het heus wel bij blijven,” voegt hij er meteen relativerend aan toe. “Op mijn leeftijd zie ik het niet meer zitten om met andere media – zoals video of internet – aan de slag te gaan. Ik ben nog druk bezig met lithografieën, tekeningen, schilderijen en vlaggen voor Brugge 2002. Kortom, ik heb werk genoeg.”
Een groot kunstenaar onderscheidt zich pas van zijn middelmatige collegae wanneer hij zijn creativiteit weet te koppelen aan een veelzijdige techniek. Of zoals Vandamme het met een West-Vlaamse noestheid op tafel gooit: “Een kunstenaar moet zijn stiel kennen, akkoord Roger?” “Absoluut,” knikt de krasse kunstenaar zijn compagnon tegemoet. En dan hebben beide heren het heus niet alleen over historische giganten zoals Rubens of Van Eyck. Want in weerwil van wat sommige sceptici wel eens durven te beweren, beschikken de meeste hedendaagse kunstenaars wel degelijk over een grondige kennis van hun materialen en over een zeker technisch vernuft. Roger Raveel. “Soms val ik wel eens terug op mijn techniek, al probeer ik toch steeds onbevooroordeeld en onbeïnvloed te werk te gaan. Ik heb bijvoorbeeld ooit een portret gemaakt van Fons Verplaetse. Wel, in mijn voorstudie zette ik hem neer zoals hij voor me zat, heel herkenbaar, met realistische trekken. Op het schilderij zette ik hem neer als ‘de bankdirecteur’, zowel als persoon als begrip. Zoiets kan ik alleen als ik beschik over een zekere virtuositeit. Begrijp je?”
Investeren in de toekomst
Allicht hebben we het nooit beter begrepen dan vandaag. Zo werd nog maar eens uitvoerig onderstreept dat hedendaagse kunst niet noodzakelijk diametraal hoeft te staan tegenover high brow-economie. Beide zijn een product van de rede, gesopt en gekookt in creativiteit en techniek. Geen wonder dat steeds meer Belgische bedrijven – van bankinstellingen tot de farmaceutische industrie – een uitgebreide kunstcollectie in huis hebben.
“Cultuur weerspiegelt nu eenmaal de aard van een volk,” vult Raveel aan. “En zoiets kan belangrijk zijn voor het prestige van het bedrijfsleven binnen een bepaalde regio. Het één beïnvloedt het andere. Het feit dat Vlaanderen grote kunstenaars had, heeft altijd belangstelling gewekt bij buitenlandse mecenassen. Vroeger waren dat koningen of clerici, tegenwoordig zijn het vaak bedrijfsleiders.”
Zo kan Vlaanderen ook nu nog bogen op heel wat internationaal aanzien, zowel op het economische als op het artistieke terrein. Hugo Vandamme is dan ook lang niet de enige notoire zakenman met een acute kunstfetisj. Gelukkig maar, want op het creëren van authentieke schoonheid staat nu eenmaal geen vaste prijs. Op het opleiden en binnenhalen van creatief talent daarentegen wel. De bedrijfswereld weet bij deze wat haar volgens beide heren te doen staat. En dat ondanks de financiële shake-out: investeren in kunst, investeren in de toekomst.
Dave Mestdach [{ssquf}]
Het plastische credo van Roger Raveel – de ‘nieuwe visie’ – komt wonderwel overeen met het mission statement van Hugo Vandamme.
“België heeft zijn kunstenaars broodnodig. Precies omdat ze jongeren – onze voornaamste grondstof – continu leren op een originele manier te observeren.”
“Wat morgen in de economie het verschil zal maken, is het potentieel aan creatief talent.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier