De japanisering van Europa

De Europese centrale bank (ECB) gaat steeds meer de Federal Reserve, de Bank of England en de Bank of Japan achterna, en zit nu heel dicht bij een beleid van kwantitatieve versoepeling. Al nieuwe maatregelen aankondigen, terwijl een vorige – de TLTRO van juni – nog niet eens in werking is, is erg atypisch. Dat betekent dat er grote bezorgdheid heerst in de bestuurskamer van de ECB.

We hebben er de jongste jaren al enkele keren op gewezen dat de eurozone flink wat gelijkenissen vertoont met het Japan van een à twee decennia geleden. Dat beeld is lange tijd niet ernstig genomen, maar nu de eurozone flirt met de combinatie van deflatie en recessie wordt wel volop gesproken en geschreven over de ‘japanisering’ van Europa. Dat de tienjarige rente op de Bund (de Duitse overheidsobligatie) en de referentierentevoet voor de eurozone onder 1 % staan, doet alvast heel erg Japans aan.

Er is al heel wat inkt gevloeid over het waarom van de diepe, structurele economische en financiële crisis in Japan, maar een aantal elementen komen steeds terug. Het in stand houden van zombiebanken na het doorprikken van de zeepbellen op de aandelen- en de vastgoedmarkt, is een eerste element. Een veel te trage en weifelende reactie van de centrale bank in de eerste jaren na het uitbreken van de crisis is een andere factor. Hetzelfde kan ook worden gezegd van de opeenvolgende Japanse regeringen: onvoldoende structurele hervormingen. De verregaande vergrijzing is ook een duidelijk cruciaal element.

Kwestie van vertrouwen

Parallellen met de eurozone zijn er zeker en ze zijn zelfs treffend. Het is dan ook essentieel dat de ECB voor de Europese banksector de zwakke punten blootlegt en die kordaat aanpakt. Verder heeft de ECB het geweer al van schouder veranderd. Ze treedt nu wel assertiever op. Vraag is natuurlijk of het al niet te laat is. Bovendien blijft er het risico dat het de politieke autoriteiten te veel uit de wind zet. We blijven hameren op de noodzaak van structurele hervormingen op de arbeidsmarkt en in de pensioenen. Anders zal de vergrijzing ook daar genadeloos toeslaan.

Europeanen hebben weer perspectief nodig. De hoop moet blijven dat ze het beter kunnen hebben dan de vorige generatie. De centrale bank en de regeringen moeten de Europeaan weer vertrouwen in de toekomst geven en de banken moeten die uiting van vertrouwen (meer consumptie en meer investeringen) weer voluit kunnen financieren.

Want om de beursstijging te kunnen laten voortgaan, is meer nodig dan enkel maar een zeer lage rente. Ook dat hebben de voorbije tien à twintig jaar op de Japanse beurs bewezen. In een omgeving van chronische deflatie en recessie komt het ook bij de aandelenbeleggers tot een vertrouwensbreuk en worden ze fervente spaarders en beleggers in eigen overheidspapier, ook al brengen die totaal niet op. Behoud van kapitaal is dan het enige wat telt. De komende een à twee jaar zullen in dat proces van cruciaal belang zijn.

DE EUROPEAAN MOET WEER VERTROUWEN IN DE TOEKOMST KRIJGEN.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content