De grenzen van het concurrentiebeding

Hebt u een vraag voor onze experts? Stuur een e-mail naar expert@trends.be.

Een van onze medewerkers stapt op. Kunnen wij eisen dat hij niet bij de concurrentie aan de slag gaat?

Nadat de arbeidsovereenkomst van een werknemer is afgelopen, mag hij zijn ex-werkgever in principe concurrentie aandoen. Dat is alleen verboden als de concurrentie oneerlijk is — bijvoorbeeld als hij vertrouwelijke documenten steelt of hij zijn ex-werkgever zwartmaakt met de bedoeling hem klanten af te snoepen — of als de werknemer gebonden is door een geldig concurrentiebeding. Het arbeidshof van Gent oordeelde vorig jaar nog dat een werkgever die geen concurrentiebeding oplegt aan zijn werknemers, er achteraf niet over mag klagen dat hij klanten verliest omdat een ex-werknemer hem concurrentie aandoet.

Voor een concurrentiebeding dat voor of tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst wordt afgesloten, gelden strikte regels. Samengevat moet het aan de volgende voorwaarden voldoen:

• het beding geldt enkel voor werknemers van wie het loon hoger is dan wettelijk vastgelegde maxima;

• het moet schriftelijk zijn vastgelegd;

• het moet betrekking hebben op een soortgelijke activiteit van de nieuwe werkgever en op een soortgelijke nieuwe functie van de werknemer;

• het moet in principe beperkt blijven tot het Belgische grondgebied;

• het mag in principe niet langer lopen dan twaalf maanden na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst;

• het moet worden gecompenseerd door een forfaitaire vergoeding. Die vergoeding bedraagt minimaal de helft van het brutoloon van de werknemer gedurende de periode dat het beding loopt. Op die vergoeding is RSZ verschuldigd.

Wie een concurrentiebeding opstelt, moet omzichtig te werk gaan, want als het niet voldoet aan alle wettelijke voorwaarden, kan de werknemer — en hij alleen — de nietigheid inroepen. De werknemer heeft de keuze: ofwel roept hij in dat het beding nietig is en mag hij zijn ex-werkgever dus concurrentie aandoen, ofwel vraagt hij de toepassing van het beding en kan hij eisen dat hij de contractueel overeengekomen vergoeding uitbetaald krijgt. Goed om te weten: bij bepaalde verbrekingen van de arbeidsovereenkomst kan het concurrentiebeding — ook al is het perfect geldig — niet worden ingeroepen tegen de werknemer. Werkgevers die de vergoeding niet willen betalen, moeten binnen de vijftien dagen na afloop van de arbeidsovereenkomst verzaken aan de toepassing van het concurrentiebeding.

Het is mogelijk een concurrentiebeding af te spreken na de opzegging van de arbeidsovereenkomst. Dat heeft het voordeel dat er geen RSZ op hoeft te worden betaald, als aan bepaalde voorwaarden is voldaan.

Bertrand Wittamer en Gaëlle Nile, advocaten bij van Cutsem Wittamer Marnef & Partners

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content