De goede geleider

In februari 1998 opent koeriersbedrijf TNT op Liège Airport zijn centrale hub voor Europa. Trailer Construction & Repairing (TCR) uit Grobbendonk ontwikkelt een deel van de logistiek.

Snelheid is voor Trailer Construction & Repairing ( TCR) de grootste uitdaging, zowel voor de ontwikkeling van het hele TNT-project als voor het aantal containers dat per etmaal moet worden behandeld. “In januari 1997 hebben we het contract getekend, vandaag zijn we aan het proefdraaien,” zegt een tevreden algemeen directeur Guido D’Haemer. In onderaanneming voor Van Looy Engineering ontwikkelt TCR mee de logistiek voor koeriersdienst TNT op Liège Airport, de luchthaven van Bierset.

In februari 1998 start het koeriersbedrijf, een dochter van de Nederlandse Post, er met de – naar eigen zeggen – modernste hub van Europa. Naar analogie met DHL in Zaventem, wordt Bierset voor TNT het overslagcentrum voor de totale Europese vracht. Elke nacht wordt er 750 ton vracht verwerkt, of nog, 200.000 ton per jaar. De opdrachten die er op stapel staan, zijn goed voor een investering van twee miljard frank en 620 banen.

De taak van TCR is ruim. Het bedrijf sleutelt er mee aan een totaaloplossing voor de interne logistiek en dat gaat van het lossen van het vliegtuig tot het leegmaken van de containers en het stapelen in het magazijn. Het bedrijf uit Grobbendonk zorgt voor de mechanische en hydraulische systemen. Dolmen Industrial Projects, de exclusieve partner van TCR, staat in voor de elektronische besturing.

UITBESTEDEN.

Het is voor zaakvoerder en stichter Guido D’Haemer de grootste en meest prestigieuze order in de dertienjarige geschiedenis van TCR. In 1984 startte hij de zaak als een bvba. Elke dag voerde een VW-bestelwagentje een TCR-ploeg naar de luchthaven van Zaventem om er dolly’s en ander bagagemateriaal te herstellen. Guido D’Haemer zag al gauw het groeiende belang van uitbesteding. Na herstellingen richtte TCR zich bovendien al snel op de constructie van nieuw vrachtmateriaal. De eerste buitenlandse klanten werden inmiddels aangeworven in Groot-Brittannië. “We hebben nooit echt reclame gemaakt, TCR is gestaag gegroeid. Vandaag verzorgen we de hele vrachtbehandeling tussen het vliegtuig en de terminal. Dat is steeds maatwerk, in nauwe samenspraak met de klant. We maken alleen licht metalen constructies, met een minimaal draagvermogen van één ton, maximaal kan dat gaan tot een vermogen van dertig ton voor één draagsysteem.” Containerdolly’s, bagagekarren, sorteersystemen, palletdolly’s zijn enkele van de toepassingen. Klanten van Trailer Construction & Repairing zijn onder meer Belgavia, Fedex, KLM, Lufthansa, Sabena, SAS. Op de luchthavens van Schiphol en Zaventem heeft TCR een eigen filiaal.

Voor de volgende 24 maanden staan uitbreidingen in Duitsland, Frankrijk en Zwitserland op het getouw. “Niet omdat wij dat zo nodig willen. De vraag komt van de klanten,” zegt bestuurder Donald Meulebroek. 90% van de omzet wordt door luchtvaartmaatschappijen gerealiseerd. Maar ook de industrie maakt sinds 1996 gebruik van de diensten van TCR en is goed voor een tiende van de omzet.

LOONLASTEN.

De verschillende invalshoeken zorgen vooral sinds 1993 voor een pijlsnelle groei. De omzet in 1993 bedroeg 139 miljoen frank – ter vergelijking: die voor 1997 wordt geraamd op 600 miljoen frank. “Dat geeft inderdaad financiële problemen”, bevestigt eigenaar Guido D’Haemer – TCR is nog steeds en voor de volle 100% een familiebedrijf. “Twee banken steunen ons, Krediet aan de Nijverheid en Paribas Bank België“. Bovendien werd een extern management aangetrokken, dat de hele productie- en marketingafdeling verder professionaliseert. De kersverse bestuurder Donald Meulebroek was voordien achttien jaar actief in de luchtvaart, bij Sabena; bestuurder Wim Duson heeft twaalf jaar ervaring bij Motorola achter de rug.

Ook de loonlasten vormen een probleem, waaraan intern slechts weinig kan worden gesleuteld. “We moeten de mogelijkheid van delokalisatie naar lage(re)-lonenlanden, zoals Nederland en Spanje, bekijken,” zegt Guido D’Haemer. De zaakvoerder toont een vergelijkende tabel met de loonlasten in Nederland. In het filiaal in Schiphol liggen die 15% lager, maar de werknemers gaan netto met een hoger inkomen naar huis. “Technisch geschoolde mensen vinden is bij ons een zeer groot probleem. We plaatsen niet langer advertenties: de opkomst is ten slotte altijd zeer laag. De metaalverwerking in België kampt met een immens probleem.”

In de productieruimte lassen, kloppen en verfspuiten de werknemers, alles gebeurt nog steeds in eigen huis. “Momenteel werken we aan twintig projecten,” stelt Donald Meulebroek. “De productie is weliswaar gestandaardiseerd, maar elke klant heeft eigen specifieke wensen. Zelfs binnen de luchtvaartmaatschappij SAS eist elk land een verschillend toestel. Daarom investeren wij zwaar in ingenieurs. Die moeten onmiddellijk zorgen voor een resultaat, want de klant wil zijn bestelling morgen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content