De Franse uitzondering
Europa is in shock na de sterke score van het Front National bij de Europese verkiezingen in Frankrijk. De partij van Marine Le Pen wordt met 25 procent van de stemmen de grootste Franse politieke formatie in het Europees Parlement. De op één na grootste economie van de Europese Unie stuurt dus een hele reeks rechts-radicale parlementsleden naar Straatsburg en Brussel.
Er zijn veel redenen waarom de Fransen massaal voor het FN hebben gestemd. Er is het klassieke anti-immigratiethema en uiteraard speelt ook het ongenoegen over een centralistisch Europa een rol bij veel chauvinistische en nationalistische Fransen. Maar daarnaast is er een vaak onderschat economisch element: veel FN-kiezers vinden dat Europa een te liberaal beleid probeert op te leggen. Vandaar dat veel voormalige communistische kiezers naar het FN zijn overgestapt. Want Marine Le Pen is tegen besparingen en voor protectionistische maatregelen.
Daarmee zit ze op dezelfde lijn als een belangrijk deel van de Franse bevolking. Want vrijemarkteconomie en economisch liberalisme worden bij onze zuiderburen nog altijd niet echt gesmaakt. Dat is de centrale stelling van L’obsession antilibérale française. Auteur Nicolas Lecaussin stelt vast dat dit antiliberalisme zowel bij links als bij rechts aanwezig is. Als men spreekt over de Franse uitzondering (l’exception française), heeft dat niet direct betrekking op het Franse taal- en cultuurbeleid dat Angelsaksische invloeden wil beperken. Wel op de allergie voor liberale economische recepten.
Lecaussin: “Voor veel Fransen is het liberalisme de oorzaak van alle kwalen. De politici hebben dat zeer goed begrepen, want allemaal hebben ze bij de presidentsverkiezingen van 2012 campagne gevoerd tegen het economische liberalisme dat ze ‘wild liberalisme’ of ‘ultraliberalisme’ noemen. Het is een typisch Franse houding die we niet bij onze Europese partners terugvinden. In Frankrijk is het woord ‘sociaal’ de basis van elk politiek succes, niet het woord ‘liberaal’.”
Nicolas Lecaussin begrijpt dat niet, want het door de Fransen zo geroemde sociale model werkt niet. De werkloosheid scheert hoge toppen en het ondernemingsklimaat kan niet echt als vriendelijk worden omschreven. Lecaussin — zelf wel een overtuigde aanhanger van het economische liberalisme — stelt vast dat in Frankrijk de ‘religie van de belastingen’ heerst. “Volgens onze politici is het duidelijk: hoe meer belastingen er zijn, hoe meer de staatskas zich vult. Het is een beleid dat de bedrijven langzaam doodt of ze doet verhuizen.” Hij wijst op een vaak vergeten aspect van de Franse economie: het inefficiënte belastingstelsel. In Noorwegen bedraagt de belastingvoet in de personenbelasting 24 procent en de opbrengst van die belasting is goed voor 11 procent van het bruto binnenlands product (bbp). In Frankrijk bedraagt de gemiddelde belastingvoet in de personenbelasting 36 procent. Toch bedraagt de opbrengst van die belasting slechts 2,5 procent van het bbp. Het bewijs voor Lecaussin dat het Franse economische credo van hoge belastingen en weinig liberalisme een vals credo is. Maar omdat het antiliberalisme in de Franse genen zit, zal Lecaussin met zijn boek slechts weinig medeburgers kunnen overtuigen.
Nicolas Lecaussin, L’Obsession antilibérale française, Editions Libréchange, 2014, 225 blz., 18 euro
ALAIN MOUTON
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier