De ene premie is de andere niet

Als u een hypothecair krediet aangaat, moet u ook een schuldsaldoverzekering afsluiten. Die waarborgt dat de lening wordt afbetaald als u zou overlijden. De premies hangen af van de formule die u kiest.

Bij een hypothecaire lening hoort een schuldsaldoverzekering. Die garandeert dat uw hypothecaire krediet wordt afbetaald als u of uw partner voor de eindvervaldag zou overlijden. In ruil voor die garantie betaalt u een premie. Hoeveel die bedraagt, hangt onder meer af van uw risicoprofiel. De verzekeraar mag zelf bepalen welke criteria hij gebruikt om de premie te berekenen, op voorwaarde dat hij zich houdt aan de antidiscriminatieregels. Ouderen betalen een hogere premie dan jongeren. Ook als u zwaarlijvig bent of rookt, valt de premie hoger uit. Uw gezondheidstoestand, uw beroep en uw woonomgeving, en de sporten die u beoefent, zijn andere mogelijke criteria die de prijs bepalen. Daarnaast spelen het te verzekeren bedrag en de dekking een rol.

Als u met uw partner een hypothecaire lening afsluit, kunt u ieder een afzonderlijke verzekering aangaan voor de helft van het geleende kapitaal. Als u dan zou overlijden, moet uw partner nog altijd de helft van de lening aflossen. Maar u kunt ook een polis afsluiten waarmee u en uw partner ieder bijvoorbeeld voor twee derde gedekt zijn. U bent dan wel allebei oververzekerd — waardoor u een hogere premie betaalt — maar u hebt extra gemoedsrust: in geval van een overlijden moet de langstlevende partner nog maar een derde van de lening afbetalen.

Eenmalig of regelmatig

De prijs van uw schuldsaldoverzekering hangt ook af van de manier waarop u de premie betaalt. “De meeste verzekeraars bieden verschillende mogelijkheden aan”, zegt Stefaan Reniers van Immo-Expert & Co. “Allereerst is er de formule waarbij de verzekerde elk jaar dezelfde premie betaalt gedurende een deel van de looptijd van het hypothecaire krediet — tot maximaal twee derde van de termijn. Sluit hij een lening af over dertig jaar, dan betaalt hij de eerste twintig jaar een vaste premie. De laatste tien jaar stort hij geen premies meer, maar hij blijft wel verzekerd.”

“Daarnaast is er de formule met variabele premies over de hele looptijd van het krediet. Die worden jaarlijks aangepast, op basis van het reële risico dat de komende twaalf maanden moet worden gedekt. Er wordt daarbij onder meer rekening gehouden met de leeftijd van de verzekerde, het verschuldigde kapitaal, de rentevoet en de looptijd van het krediet.” Kiest u voor dat systeem, dan zijn de premies doorgaans lager dan bij een polis met constante premies, maar over het hele traject betaalt u uiteindelijk meer.

Er bestaat ook een derde mogelijkheid: de eenmalige premiebetaling. U betaalt dan onmiddellijk als u het krediet afsluit. Dat is de goedkoopste optie, maar u moet wel meteen een aanzienlijke som — al- gauw enkele duizenden euro’s — op tafel leggen. Als u later beslist uw lening te herzien of ze vervroegd terug te betalen, dan riskeert u dat u het betaalde premiebedrag voorgoed kwijt bent. Dat is ook het geval als u of uw partner zou overlijden.

Fiscale optimalisatie

De keuze tussen een eenmalige premie en een gespreide premiebetaling hangt af van uw budget, maar er zijn ook fiscale gevolgen. “De verzekerde mag de premies fiscaal inbrengen om minder personenbelasting te betalen”, zegt Stefaan Reniers. “Een belastingplichtige kan de fiscale korf van de woonbonus niet alleen opvullen met de kapitaalaflossingen en de betaalde intresten van zijn krediet, maar ook met de premies voor zijn schuldsaldoverzekering. Het fiscale voordeel wordt berekend op basis van de marginale aanslagvoet (het tarief voor de hoogste belastingschijf tegen maximaal 50 procent), plus de gemeentebelasting.”

“Vaak vullen de kapitaalaflossingen en de intresten de fiscale korf al volledig op. Die is beperkt tot 2280 euro (bedrag voor het inkomstenjaar 2014), plus een bijkomend bedrag van 760 euro in de eerste tien jaar van het contract. Daar komt nog eens 80 euro bij voor wie drie of meer kinderen ten laste heeft op 1 januari na het jaar dat hij het krediet heeft afge- sloten. Is de korf al vol, dan heeft de verzekerde geen extra belastingvoordeel als hij ook de premies voor zijn schuldsaldoverzekering inbrengt in de woonbonus. Meer zelfs: dat leidt tot een extra belasting als het verzekerde kapitaal na een overlijden wordt uitgekeerd. Die heffing wordt berekend op basis van een fictieve rente tussen 1 en 5 procent, afhankelijk van de leeftijd van de begunstigde.”

Hebt u een hypothecair krediet, dan bent u niet verplicht de premies van uw schuldsaldoverzekering op te geven in uw belastingaangifte. Stefaan Reniers: “De belastingplichtige heeft dan geen extra fiscaal voordeel, maar het uitgekeerde kapitaal wordt na een overlijden niet belast. De verzekerde mag zich niet blindstaren op het directe belastingvoordeel die de premies met zich brengen. Hij moet ook rekening houden met de mogelijke fiscale nadelen bij de kapitaaluitkering.”

Vrije ruimte opvullen

Sluit u uw hypothecaire krediet aan het einde van het jaar af, dan raakt uw fiscale korf dat jaar wellicht niet meer opgevuld met de kapitaalaflossingen en de betaalde intresten. Om uw fiscale voordeel te maximaliseren, kunt u de resterende ruimte in de korf toch nog opvullen met de premie voor uw schuldsaldoverzekering. Het is dan raadzaam te kiezen voor een eenmalige premie, die voldoende gewicht in de schaal legt. Is het premiebedrag te groot, dan kunt u het restant, dat voor het eerste jaar geen fiscaal voordeel meer oplevert, spreiden over de daaropvolgende jaren. U kunt de premies voor uw schuldsaldoverzekering ook onderbrengen in de fiscale korf die u voor het pensioensparen gebruikt. Die staat los van de woonbonus. U hebt zo een fiscaal voordeel, zelfs als de korf voor uw hypothecaire krediet al volledig opgevuld is. In het inkomstenjaar 2014 bedraagt de maximale fiscale vrijstelling voor het pensioensparen 950 euro. Het eigenlijke belastingvoordeel beloopt 30 procent van het vrijgestelde bedrag, verhoogd met de gemeentebelasting. Als het verzekerde kapitaal wordt uitbetaald, wordt u belast tegen 10 procent. Dat is zelfs het geval als u slechts één storting voor de schuldsaldoverzekering fiscaal in mindering hebt gebracht. Het is verstandig de pensioenkorf vooral te gebruiken voor de opbouw van uw extra pensioen.

Vanaf 1 januari 2015 wordt de woonbonus een gewestelijke materie. De gewesten krijgen de mogelijkheid die zelf in te vullen. Dat zal ook een invloed hebben op de aftrekbaarheid van de premies van een schuldsaldoverzekering.

ROEL VAN ESPEN

Een eenmalige premie voor een schuldsaldoverzekering is het goedkoopst.