De economie van het geluk
Professor Nick Powdthavee, een econoom verbonden aan de London School of Economics, becijfert ons geluk en hangt er zelfs een prijskaartje aan. Hoe hij dat doet, legt hij zondag uit op TEDxGhent.
Professor Nick Powdthavee (35) is geen gewone econoom. Zijn onderzoeksdomein is niet de consument, bedrijven of inflatie, maar ons geluk. Dat tracht hij in cijfers om te zetten. Hoe hij dat doet, hoe hij zijn gegevens verzamelt en welke resultaten dat tot nu toe heeft opgeleverd, komt hij op zondag 7 juni toelichten op TEDxGhent. De TED-events zijn wereldwijd bekend om hun korte, levendige speeches van inspirerende en creatieve geesten. Powdthavee geeft er antwoord op vragen als ‘weten we wel wat ons gelukkig maakt, of denken we het te weten’ en ‘wanneer verandert onze gelukstoestand?’
Powdthavee voert al dertien jaar onderzoek naar ons geluk. Op zijn 22ste besloot hij zich te verdiepen in het onderwerp, om zich van andere economen te onderscheiden en zo indruk te maken op meisjes, legde hij in 2010 uit tijdens een TEDx-event in Singapore. “In die tijd was het erg uitzonderlijk het geluk te onderzoeken. Intussen heeft het thema terrein gewonnen. Geluk is een van de snelst groeiende onderzoeksonderwerpen in de sociologie”, stelt hij.
Een veranderlijke formule
In 2010 schreef Powdthavee een boek waarin hij zijn zogenoemde geluksvergelijking voorstelde. “Mensen dachten dat het boek echt een formule bevatte om het geluk te berekenen, maar zo eenvoudig is het niet”, verklaart de gelukseconoom. “De vergelijking is veranderlijk en kan uitbreiden. We zijn nog altijd bezig met het onderzoek. Van bepaalde dingen weten we al zeker dat ze mensen gelukkig of ongelukkig maken. Geld bijvoorbeeld maakt gelukkig, maar vaak niet in de mate dat we denken. Inkomen is een belangrijkere factor. Stel dat je 1 miljoen per jaar verdient in een maatschappij waarin iedereen jaarlijks 3 miljoen opstrijkt. Dan zou die 1 miljoen je niet veel gelukkiger maken. Verder heeft ook werkloosheid een grote invloed op ons geluk. Zelfs al zou het gezinsinkomen niet veranderen, als je werkloos wordt, neemt je geluk af omdat je een deel van je identiteit verliest.”
Sommige zaken hebben een grotere impact dan andere, gaat Powdthavee verder: “Zo draagt trouwen bij tot het geluksgevoel, maar dat effect verdwijnt snel. Je wordt de situatie gewoon en dan val je terug op het geluksniveau van voorheen. Andere factoren, zoals inkomen en sociale contacten, blijven een constante geluksbrenger, ongeacht wie je bent, waar je woont en of je man of vrouw bent. Ook zingeving maakt deel uit van iemands welzijn.”
De prijs van vriendschap
Een opvallend onderdeel van het werk van Powdthavee is dat hij een prijs plakt op zaken die over het algemeen als onbetaalbaar worden beschouwd, zoals liefde of het verlies van een naaste. “Waarde toewijzen aan zulke ontastbare zaken kan nuttig zijn”, stelt hij. “Bijvoorbeeld voor wie een antwoord zoekt op vragen als ‘moet ik een baan ver van m’n familie aannemen, en welke vergoeding zou dat compenseren?'”
Powdthavee gaat heel ver in dat soort berekeningen: “In principe kunnen we berekenen hoeveel extra geld nodig zou zijn om het verlies van een geliefde te compenseren, zodat die persoon opnieuw even gelukkig is als voor dat verlies. Dat klinkt als een enorm taboe, maar het is wetenschappelijk mogelijk. Mensen vinden het misschien immoreel om dit te doen, maar die zaken gebeuren nu ook al in de rechtbank. Alleen is een schadevergoeding daar niet gebaseerd op wetenschap, maar op een oordeel. In Engeland krijgen nabestaanden van een verkeersslachtoffer een morele schadevergoeding van gemiddeld 10.000 euro. Als prijs voor een mensenleven is dat een belediging. Als we dat wetenschappelijk berekenen, moet je tien keer zoveel krijgen.”
Op TEDx in Singapore trakteerde Powdthavee zijn publiek op een ander provocerend cijfer. “Hoeveel is een vriendschap waard? Het zou een kleine 300.000 euro per jaar kosten om iemand zonder vrienden even gelukkig te maken als een persoon met vrienden”, gaf hij toen mee.
Powdthavee schrijft in zijn boek dat onze zoektocht naar geluk tegenwoordig samenvalt met een streven naar persoonlijke rijkdom, ook al leidt dat niet per se tot meer geluk. Als we onze basisbehoeftes bevredigd hebben, schrijft hij, houden we ons vooral bezig met rijker proberen te worden dan de mensen rondom ons. “Met wat we meer verdienen, proberen we hoger op de ladder van het geluk te komen dan onze buren. Op zich is het niet verkeerd meer geld te willen verdienen, want een goed inkomen maakt ons gelukkig. De grote valkuil is evenwel dat we vergeten dat iedereen hetzelfde doel nastreeft en dat we met elkaar blijven wedijveren. Hoe hard we ook ons best doen, er zal altijd iemand hoger op de ladder staan. Eigenlijk zou je kunnen stellen dat iedereen aan het einde van de dag op dezelfde plaats blijft trappelen. Ik vergelijk het met een voetbalstadion. Eerst zit iedereen neer en ziet iedereen het veld. Maar als één persoon rechtstaat, doet ook de persoon achter hem dat. Uiteindelijk staat iedereen in het stadion rechtop naar de wedstrijd te kijken en heeft iedereen hetzelfde zicht als voorheen.”
Dat onophoudelijke streven naar meer welvaart heeft een belangrijke keerzijde, waarschuwt de gelukseconoom. “Het gaat ten koste van zaken die ons veel gelukkiger maken, zoals tijd doorbrengen met familie of vrienden. Iedereen begrijpt dat, maar slechts weinigen handelen daarnaar. Waarom focussen we niet meer op wat ons gelukkig maakt? Het feit is dat we die dingen te weinig naar waarde schatten, omdat ze zo vanzelfsprekend zijn. We zouden ons moeten kunnen herprogrammeren en herzien hoe we onze levenskwaliteit meten”, besluit Powdthavee.
JULIE DE JONGHE
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier