De dunne lijn tussen optimisten en pessimisten

De economische indicatoren verbeteren wereldwijd. Er wordt een blauwe hemel voorspeld. Alleen over de mogelijke wolken in dat rozige scenario verschillen optimisten en pessimisten nog van mening.

Het Internationaal Monetair Fonds ( IMF) is optimistisch over het economisch herstel en voorspelt voor ons land een groei van 0,7%. Zelf worden we bij de pessimisten gerekend, hoewel we het hebben over een groei van 0,75 tot 1%. De verpakking maakt dus een groot verschil. Maar de paradox van de nominale en reële groei is nog belangrijker: heel wat economen stellen hun reële groei naar boven bij, maar de nominale groei blijft stabiel of vermindert zelfs lichtjes. Dat betekent dat, in volumetermen, de economie beter groeit dan verwacht, maar dat de (dalende) prijzen dat effect ongedaan maken. Macro-economisch wijst zoiets op deflatie. Micro-economisch op een winstloos economisch herstel.

Greenspan optimistisch. Alan Greenspan, de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank ( Fed), bevindt zich al enkele weken in het kamp van de optimisten. Toch blijft hij warm en koud blazen. Het herstel zal minder sterk zijn dan in vorige cycli. Hij wijst in de richting van de consument, die sinds 11 september 2001 werd verwend met interessante kortingen en goedkoop geld. Amerikanen moeten meer sparen, zo vindt hij nu. Maar tegelijk moeten ze wel blijven consumeren.

Het duidt perfect aan waar de grens tussen optimisten en pessimisten ligt. Als er geen echte recessie is geweest, heeft er ook nooit een zuivering plaatsgevonden. De overcapaciteit in verschillende sectoren is nooit weggewerkt. De schuldenberg van de consumenten en de bedrijven is alleen maar verder aangegroeid. Dat betekent dat een economisch herstel voor het eerst zou starten van een ongezonde en onevenwichtige basis.

Een van de lessen uit het faillissement van de Amerikaanse elektriciteitsproducent Enron was dat analisten vluchtig hun werk deden. Een vluchtige blik op de kwartaalcijfers, een geruststellend woord van het management, een gunstige rating om de beleggers te plezieren… Voor een blik op de fundamentals (balans, jaarrekening, cashflows…) was geen tijd, en bestond er ook geen interesse. De huidige macroanalyse van de VS bezondigt zich aan dezelfde fouten. De cijfers lijken goed, Greenspan kondigt het herstel aan en de aandelenmarkten worden unaniem aanbevolen (er zijn geen beren meer!).

Negatieve balans. Maar de (externe) balans van de Amerikaanse economie is negatief (zie grafiek: Externe balans VS). De externe balans is een goede meter van macro-economische onevenwichten. Het deficit op de lopende rekening vormt de spiegelzijde van de bestedingsdrift en de spaararmoede van de Amerikanen. Nu ook de overheid een tekort toont, zoeken zowel bedrijven, gezinnen als de Amerikaanse staat naar een buitenlandse financiering van hun uitgaven.

Het tekort bedraagt momenteel een goede 4% van het bruto binnenlands product. Aan de vooravond van het herstel na de twee vorige recessies was het positief. Vooral in 1992 was dit een opmerkelijke prestatie, na de recordtekorten die nog werden opgetekend in 1987. In de vijf daaropvolgende jaren schroefde de Amerikaanse consument zijn bestedingen fors terug, bouwde daarmee zijn schulden gedeeltelijk af, en creëerde intussen een natuurlijke behoefte naar vervanging van kapitaalgoederen. In 1992 zaten zowel de bedrijven, de consumenten als de overheid in een gezondere situatie. De banksector had dan nog wel (tijdelijk) zware problemen, de fundamenten van het herstel waren stevig.

De Amerikaanse centrale bank berekende vorige week dat 40% van de investeringen in de go-go-jaren werd gefinancierd door het buitenland. De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling ( Oeso) berekende dat binnen enkele jaren 50% van de Amerikaanse schuld zich in buitenlandse handen zou bevinden. Als de Amerikaanse economie terugkeert naar haar potentiële groeipad en vanaf volgend jaar opnieuw aanknoopt bij de groei van 3% en meer, dan zal het tekort op de lopende rekening over enkele jaren al 8% bedragen.

Op 13 maart sprak Greenspan via videoconferentie voor de Amerikaanse bankiersorganisatie in Honolulu. De datum, de gebruikte technologie, het publiek en de plaats van het gebeuren geuren nog wat naar nieuwe economie… Maar de boodschap van de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank was doordrenkt van oude economische axioma’s, en geen nieuwe paradigma’s. “Landen die dat pad hebben bewandeld, zijn altijd in de problemen gekomen, en dat zou ook met ons land gebeuren.” Amerikanen moeten meer sparen, en tegelijk blijven investeren en consumeren. Het is een moeilijke maar niet onmogelijke combinatie.

Alleen is het niet het recept voor een blauwe hemel van de economie. Enkele wolkjes zullen al snel enkelen met hun voorspellingen terug op de aarde doen neerdalen. De lijn tussen optimisten en pessimisten is maar dunnetjes.

Geert Noels

De auteur is hoofdeconoom van Petercam.

Het economische herstel start van een ongezonde en onevenwichtige basis.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content