De derde generatie van een klassieker

De nieuwe Renault Mégane is er, de derde generatie al. Sinds de eerste generatie in 1995 werd gelanceerd, bouwde en verkocht Renault er niet minder dan 8,5 miljoen van. Vooral de tweede generatie deed het uitstekend: in 2004 en 2005 was hij in Europa, alle segmenten door elkaar, de meest verkochte auto. En over segmenten gesproken, de categorie waarin de Mégane rondrijdt, naast de Peugeot 308, Seat Ibiza of Volkswagen Golf, het zogenaamde C-segment van de kleinere middenklasser, is en blijft een klassieker. Met een marktaandeel dat sinds 2003 heel keurig constant is gebleven, goed van 30 procent van de wereldwijde autoverkoop.

Het is met zoveel cijfergeweld duidelijk: voor Renault is dit geen belangrijk, maar een levensbelangrijk model. Zeker in de economische crisis waar de minder zuinige SUV’s en andere monovolumes het wel eens moeilijker kunnen krijgen. Neem daarbij dat er in de bedrijfswagenparken meer dan ooit sprake is van down-scaling, naar kleinere motoren die minder CO2 uitstoten en daardoor fiscaalgunstiger zijn en de slotsom klinkt: de Mégane 1.5 dCi is meer dan ooit een auto waarmee Renault hoopt volume te maken. Misschien dat zijn contouren precies daarom ietwat klassieker zijn dan bij de vorige generatie, want het amalgaam van hoeken en kanten is verdrongen door een geheel van vloeiende lijnen. De nieuwe Mégane is best een mooie bink en helemaal niet klein voor een kleinere middenklasser. De binnenruimte wist ons te verrassen, zowel voor- als achterin, en bovenop de kofferinhoud van meer dan 400 liter vonden we in het interieur niet minder dan 31 liter aan bergvakjes. Neem daarbij dat Renault hard werkte aan het rijcomfort (de geluiddemping is gewoon perfect voor een auto van zijn klasse), afwerking en kwaliteit (hoewel we toch nog plastiek van bedenkelijk allooi vonden op de console), zuinige motoren en opvallend veel aandacht voor de veiligheid (van elektronisch hulpsystemen tot een kooi die zich bij impacten op een geprogrammeerde manier laat vervormen). De Fransen hebben een serieus nieuw wapen om in deze moeilijke tijden ten strijde te trekken.

De berline verschijnt als eerste in de showroom, begin volgend jaar komt daar de coupé bij, want Renault merkte dat de driedeursversie van de Mégane tweede generatie opvallend goed verkocht. De coupé is precies even groot als de vijfdeurs, krijgt achterin trouwens dezelfde zitbank als de berline, maar is iets stugger afgeveerd om een wat sportiever gevoel te bieden.

Jo Bossuyt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content