De complexen van een gevelbouwer

Toen de sluiting dreigde voor Belgo Metal, trok CEO Thierry Foucart de deur achter zich dicht. In 2007 nam zijn holding Kyotec Group de Wetterse gevelbouwer over. De groep kreunde onder de crisis, maar kruipt nu uit de rode cijfers en heeft de ambitie een wereldspeler te worden.

Wat hebben het Luikse Guillemins-station, het Berlaymontgebouw, het Atomium, de luchthaven van Zaventem, de Belgacom-, WTC-, Dexia- en Financietorens gemeen? Hun gevels zijn ontworpen en gebouwd door Belgo Metal uit Wetteren. Dat bedrijf, bijna een halve eeuw oud, wordt gecontroleerd via de Luxemburgse holding Kyotec Group. Aan het hoofd van Kyotec staat de Waalse, maar perfect tweetalige ondernemer Thierry Foucart, die ook mede-eigenaar is, samen met de rest van het management. Foucart heeft Belgo Metal, vandaag de grootste operationele poot van Kyotec, gered toen de vorige Italiaanse aandeelhouder Permasteelisa Wetteren wilde wegsaneren. Nu is de Belgische poot goed voor een omzet van 50 miljoen euro, twee derde van de groepsomzet. “Rendabele omzet”, benadrukt Foucart. In Wetteren werken 209 personen, in de groep 300.

Overname als leveringswaarborg

Belgo Metal werd opgericht in 1966. Het werd marktleider als ontwerper, producent en plaatser van aluminium gordijngevels, ramen en koepels. Toen het in 1992 aan de rand van het faillissement stond, werd het gered door zijn belangrijkste klanten Interbuild en Sofipar (Immobel), die wilden vermijden dat ze enkele grote werven zouden moeten stilleggen. Vier jaar later vonden ze een overnemer in de Italiaanse sectorgenoot Permasteelisa, de marktleider in Europa. De toen beursgenoteerde groep is vandaag in handen van de Japanse bouwmaterialenproducent JS Group.

Thierry Foucart, die toen al achttien jaar voor Permasteelisa werkte, werd in 1996 gedelegeerd bestuurder van Belgo Metal. Toen de moederholding in financiële problemen kwam, moest Foucart in opdracht van de hoofdzetel in Treviso onderzoeken of de Belgische, dan wel de even grote Nederlandse fabriek in aanmerking kwam voor sluiting.

“Beide vestigingen lagen te dicht bijeen om rendabel te zijn voor het moederbedrijf”, herinnert Foucart zich. “Wetteren had met Belgo Metal de beste financiële en industriële troeven. Omdat de sluiting in Nederland door de hoge opzeggingspremies meer zou kosten, zou België mogelijk gesloten worden. Toen ik dat in 2007 vernam, nam ik ontslag en startte ik vanuit Luxemburg een eigen gevelbouwbedrijf op met de financiële steun van Defi (een Zwitsers fonds van een patronale ziekenkas, nvdr.). Kyotec Group is een samentrekking van Kyoto Technology, of duurzame technologie.”

Na een tijd stapte het gros van het vroegere management van Belgo Metal over naar Kyotec. Het team rond Foucart, ooit de motor in Wetteren, kaapte in België en Frankrijk mooie opdrachten voor de neus van Permasteelisa weg. Het toenmalige Belgo Metal was zonder ervaren directieleden een lege doos en werd vanuit Italië bestuurd. Noch commercieel, noch technologisch was dat haalbaar.

Managementbuy-out

Uiteindelijk gooiden de Italianen de handdoek in de ring. Ze verkochten Belgo Metal in 2007 voor 15,5 miljoen euro aan Kyotec. De operatie werd financieel ondersteund door Defi en Indufin, een joint venture van de beleggingsfondsen Luxempart en De Eik van de familie Van Waeyenberge. Ook negentien managers van Kyotec legden geld op tafel. Ze hebben nu 28 procent van het bedrijf in handen.

Kyotec/Belgo Metal kocht onmiddellijk CTF, een productie-eenheid in Ath, en startte een poot in Frankrijk. In 2008 stapten opnieuw directieleden van Permasteelisa over naar de concurrent. Zo ontstonden Kyotec Polen en Kyotec Italië. In de tweede helft van 2013 wordt Kyotec Hongkong opgericht, weer met gewezen managers van Permasteelisa.

“Voor alle duidelijkheid: er zitten geen kwade bedoelingen achter de overkomst van mensen uit de Italiaanse groep, dus evenmin een bewuste strategie”, stelt Foucart. “Kyotec is een ambitieuze groep, waar de kaderleden participeren in hun eigen bedrijf. De beslissingslijnen zijn erg kort. Dat trekt entrepreneurs aan.”

Na een kapitaalverhoging in 2012 heeft het Franse bouwbedrijf Bouygues 8 procent in handen. De twee fondsen verlaagden hun aandeel tot 64 procent. Kyotec heeft nu vestigingen in België, Italië, Luxemburg, Polen en Frankrijk, waar het de Italiaanse concurrent van de troon stootte als marktleider (zie kader Marktleider in Frankrijk).

Buitenlandse groei

Omdat het al sterk staat op zijn Belgische en Franse thuismarkt, is Kyotec verplicht andere markten aan te boren. Zo bouwde Kyotec voor de Franse Orco Group mee aan de hoogste woontoren van Warschau. In Londen haalde het zopas het eerste project na het uitbreken van de crisis binnen: het Arora-hotel in Greenwich. Enkele jaren geleden tekende Wetteren de gevel van de nieuwe BBC-zetel in Manchester. De aannemer ging echter failliet, waardoor het bedrijf 1 miljoen euro moest afschrijven. “Londen maakte een verschrikkelijke crisis door, maar komt opnieuw in beeld”, weet Foucart. “Voorlopig kun je er weinig rendement halen. Chinese groepen kopen zich een marktaandeel met prijzen die tot 40 procent lager zijn dan de onze. Ons enige verweer in de internationale concurrentie is ons technologische vernuft op te schroeven.”

De topdriespelers Yuanda en Jangho (naast Permasteelisa) waren tot nog toe vooral op hun Chinese thuismarkt en in het Midden-Oosten actief. “Azië staat, naast de Amerikaanse markt, bovenaan in onze prioriteitenlijst”, stelt Foucart. “Uiteraard zal dat gepaard gaan met de inschakeling van lokale fabrieken, want een gevel over de oceaan vervoeren is gigantisch duur. Kyotec haalde met de studie voor een casino in Macao de eerste opdracht in China binnen. Het is een ontwerp van de Britse architecte Zaha Hadid (van het Antwerpse Havenhuis, nvdr.). Als we die ook mogen bouwen, moeten we op zoek naar lokale partners voor de productie.”

Kyotec heeft twee eigen fabrieken in Wetteren en Ath, maar nu al wordt de productie deels uitbesteed. In Turkije en Polen dirigeert het management van Kyotec tot in de laatste details twee fabrieken. Ze zijn goed voor de helft van de omzet. Foucart: “In Polen en Turkije kosten arbeiders 12 euro per uur. In België betalen we 40 euro voor dezelfde technische afwerking, zij het in een sneller tempo. De keuze voor eigen of externe productie hangt af van de kostprijs van het vervoer. Als die hoger is dan het loonverschil, produceren we in eigen land.”

Is de internationalisering geen gevaar voor de vestiging in Wetteren? “Net niet”, redeneert Foucart. “Mocht Wetteren als productie-eenheid onderhevig zijn aan de wereldwijde concurrentie, dan kwam de vestiging pas echt in gevaar door de hoge arbeidskosten. Maar de technologie blijft Vlaams. Wetteren is de belangrijkste poot door zijn knowhow en engineering, net dankzij de globalisering van Kyotec. Het moeilijkste deel van onze activiteit is techniek en organisatie. De productie kunnen we overal in de wereld uitbesteden. Hetzelfde geldt voor de plaatsing. Die laten we over aan aannemingsbedrijven, die we ook strak regisseren. Complexe werken zijn onze niche en de toekomst.”

Het motto ‘hoe moeilijker, hoe liever’ heeft ook financiële gevolgen. “Andere gevelbouwers zetten 10 tot 25 procent van hun personeel in voor de studie, het ontwerp en de technische uitwerking van een werf. Wij de helft”, vertelt Foucart. “Juist in die hoogtechnologische niche kun je nog mooie marges aanrekenen. De competitie is heel beperkt. Wat niet wegneemt dat we ook constant de prijs proberen te drukken.”

Uit de rode cijfers

Vorig jaar piekte de omzet van Kyotec met 21 miljoen naar 75 miljoen en kroop de groep weer uit de rode cijfers. Veel concurrerende gevelbouwers durven vandaag enkel te dromen van een bedrijfscashflow van meer dan 3 procent. “Onze organisatie is grondig vernieuwd en na een investeringsronde staan we klaar om 100 miljoen omzet te halen”, aldus Foucart. “We streven naar een bedrijfscashflow van 6 procent. Veel werven die door de crisis stillagen, zijn opnieuw opgestart. Ze worden enkel geactiveerd als er al voldoende huurders zijn. Grote projecten op risico bestaan niet meer. Er is geen bank die ze nog wil financieren. Maar ik ben er gerust op dat de kantoormarkt stilaan opleeft, zeker in landen als Frankrijk en Polen.”

Dit jaar mikt Foucart op een omzet van 90 miljoen. Opdrachten in ons land zijn goed voor 20 miljoen. Met een orderboekje van 270 miljoen euro, heeft Kyotec uitzicht op enkele mooie jaren.

Willen de fondsen hun aandeel in Kyotec stilaan niet verzilveren? Foucart: “De voorbije twee jaar waren slapjes, zodat het geen goed moment was om een exit te organiseren. In de crisis van 2010 en 2011 hebben we projecten met verlies afgewerkt. Het was een struggle for life. Pas vorig jaar haalden we normale marges. Onze aandeelhouders geven ons nog twee tot drie jaar tijd om internationaal sterker door te groeien. Het is nog niet zeker wat er dan zal gebeuren. Misschien onderhandelen we wel een nieuwe managementbuy-out. Ook een verkoop aan een sectorgenoot is mogelijk. Ik weet dat we de komende vier jaar enkele mooie projecten mogen bouwen. Dat is het belangrijkste.”

HANS BROCKMANS, FOTOGRAFIE JELLE VERMEERSCH

“Mocht Wetteren als productie-eenheid onderhevig zijn aan de wereldwijde concurrentie, dan kwam de vestiging pas echt in gevaar door de hoge arbeidskosten”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content