Een elektrische wagen is zelden de goedkoopste optie. Meestal is het prijsverschil tussen elektrisch aangedreven wagens en wagens op fossiele brandstoffen nog erg groot. Elektriciteit is goedkoper dan diesel en benzine om een voertuig aan te drijven, maar je moet al heel veel kilometers afleggen om dat prijsverschil terug te verdienen.
De overheid zou een handje kunnen helpen door wat belastingen uit de elektriciteitsfactuur te halen. Die is een verkapte belastingbrief geworden. De Belgische elektriciteitsfactuur is al jaren bij de hoogste van Europa. Hoe goedkoper de elektriciteit, hoe interessanter de elektrische wagens.
Daarnaast valt ook op dat er voor werknemers met een bescheiden budget voor een bedrijfswagen geen verschil is in het voordeel van alle aard, ongeacht of ze voor de elektrische of de klassiek aangedreven wagen gaan. Het voordeel van alle aard is de basis waarop de belasting wordt bepaald die een werknemer betaalt. Werknemers met een groter budget voor een bedrijfswagen worden via de fiscaliteit wél aangemoedigd om voor de milieuvriendelijke optie te gaan.
Zowel de Vlaamse als de federale overheid promoot elektrische wagens. Vlaamse gezinnen betalen geen belasting op inverkeerstelling en geen jaarlijkse verkeersbelasting voor een elektrische wagen. De aankoop van elektrische wagens is voor vennootschappen voor 100 procent aftrekbaar. Als het de overheid menens is met het promoten van elektrische wagens, zouden de minst vervuilende bedrijfswagens voor de werknemer altijd het voordeligst moeten zijn. De weg naar meer elektrische wagens loopt via het wagenpark van de bedrijven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier