De balans tussen flexibiliteit en zekerheid
De arbeidsrelatie staat nog altijd voor een stabiel en monogaam huwelijk tussen een werknemer en een werkgever. Scheiden is mogelijk, maar het modale huwelijk is duurzaam. Voor polygame relaties is weinig ruimte, al wordt wel geëxperimenteerd met meerpartijenrelaties. Vooral arbeidspooling krijgt aandacht.
Een arbeidspool is een groep werknemers die naargelang van de behoefte voor tijdelijke opdrachten wordt ingezet bij de deelnemende werkgevers. De werkgeversgroepering biedt daarvoor het juridische kader. De werkgevers vormen samen een autonome juridische structuur om, als groep, werknemers in dienst te kunnen nemen. De werkgeversgroepering stelt die werknemers vervolgens ter beschikking van haar leden.
Een arbeidspool creëert een balans tussen flexibiliteit en zekerheid. De werknemer geniet van zekerheid. Door de opeenvolging van opdrachten bij de aangesloten bedrijven kan de poolwerknemer een contract van onbepaalde duur krijgen. De werkgever geniet van flexibiliteit. Hij kan de vaste personeelscapaciteit verlagen en zo problemen van overbezetting inperken en vaste kosten besparen. Piekt de vraag, dan doet hij een beroep op de pool. Poolwerknemers zijn flexibel inzetbaar én hebben dankzij de langetermijnrelatie met de arbeidspool voldoende bedrijfskennis en betrokkenheid.
Maar wat op papier als een win-win oogt, komt in realiteit nauwelijks voor. Werkgevers hebben voor de meeste van hun behoeften makkelijker organiseerbare alternatieven ter beschikking. Bovendien staan tussen droom en daad veel praktische bezwaren. Aangezien de deelnemende werkgevers vaak gelijkaardige piek- en dalperiodes kennen, kampen arbeidspools met aanhoudende problemen van onder- of overbezetting. Dat brengt de vraag mee wat te doen als er onvoldoende werk is. Het loon zomaar doorbetalen maakt een pool onredelijk duur.
De buitenlandse ervaringen tonen dat poolarbeid voor de werknemers nog veraf staat van het comfort van de monogame arbeidsrelatie. Ze hebben wel de stabiliteit van een contract van onbepaalde duur, maar niet de voorspelbaarheid van een vast loon. Dat loon kan fluctueren als bedrijven uit verschillende sectoren betrokken zijn. Poolwerknemers blijven op zoek naar de échte vaste baan, waardoor de pool snel leegloopt. Voor werkgevers heeft een arbeidspool vooral nut als de arbeidsmarkt krap is en de zoektocht naar tijdelijk inzetbaar personeel lastig. Laat dat nu net ook de situatie zijn waarin poolwerknemers vlot een vaste baan vinden en dus snel weer uitstromen.
Nederlands onderzoek leert verder dat werkgevers de verwachtingen vaak zo hoog leggen dat de arbeidspool ze nauwelijks kan inwilligen. Werkgevers willen via de pool soepel problemen van onder- en overcapaciteit kunnen opvangen, verzekerd zijn van een goede prijs-kwaliteitverhouding en altijd kunnen terugvallen op dezelfde werknemers. Ze verwachten dat die poolwerkers zelfstandig, flexibel en sociaal zijn en een goede vakkennis hebben.
Dan maar terug naar af met de polygame arbeidsrelatie? Die conclusie is voorbarig. Ook al wordt er zelden gebruik van gemaakt, het is goed dat de mogelijkheid van een werkgeversgroepering bestaat. In sommige sectoren, zoals transport, kan pooling zeker nuttig zijn.
Daarnaast moeten we eenvoudiger formules verkennen, zoals het collegiaal in- en uitlenen. Neem het voorbeeld van de Nederlandse Ondernemersvereniging voor Afbouwbedrijven. Bij tijdelijk overschot aan personeel, kunnen NOA-bedrijven werknemers bij Randstad Bouw aanbieden. Bedrijven met een tekort kunnen hen vervolgens tijdelijk lenen. Het uitlenende bedrijf geeft op voorhand aan welk tarief het wil ontvangen. De minimale uitleen is twee weken en gedurende één dag is er een recht om de werknemer terug te sturen. Het inlenende bedrijf betaalt alleen de tijd dat er gewerkt wordt. Verzuim door ziekte is voor rekening van het uitlenende bedrijf.
Vraag je juristen of dat ook in België mogelijk is, dan variëren de antwoorden tussen “neen, maar” en “ja, maar”. De ene wijst op het principiële verbod op terbeschikkingstelling, de andere op de uitzonderingen en op het feit dat al wat niet expliciet verboden wordt, toegelaten is. We hebben dus twee opties: we benutten de flexibiliteit van de grijze zone, of we kleuren ze volledig wit of zwart. Ik prefereer wat meer wit.
De auteur is decaan van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen aan de KU Leuven.
LUC SELS
Voor werkgevers heeft een arbeidspool vooral nut als de arbeidsmarkt krap is. Laat dat nu net ook de situatie zijn waarin poolwerknemers vlot een vaste baan vinden en dus snel weer uitstromen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier