De baas van het lingeriebedrijf

Ignace Van Doorselaere, de nieuwe CEO van de groep Van de Velde, heeft een jaar vol voldoening, maar ook een jaar met één grote verrassing achter de rug: “Nooit gedacht dat goede beha’s maken zo moeilijk was.”

Als we Ignace Van Doorselaere vragen wat hij vooral heeft onthouden na één jaar Van de Velde, volgt het antwoord bliksemsnel: “Ik heb me enorm geamuseerd. In zekere zin kies je altijd een beetje intuïtief voor een nieuwe stap in je carrière. Vandaag kan ik zeggen dat mijn intuïtie me niet in de steek gelaten heeft.”

Van Doorselaere had één groot geluk toen hij na een eerdere loopbaan bij Interbrew, de toppositie kreeg aangeboden bij lingerieproducent Van de Velde (bekend met de merken Marie Jo, L’Aventure en PrimaDonna). Dankzij zijn mandaat als bestuurder was hij de voorbije jaren al flink vertrouwd geraakt met het reilen en het zeilen van het Oost-Vlaamse textielbedrijf. “Als bestuurder kreeg ik op een mooie dag de opdracht om – samen met het managementteam van toen – een soort groeiplan uit te schrijven. Zo kreeg ik voeling met mijn huidige werkgever. Mijn verwachtingen als manager werden de voorbije 365 dagen ook helemaal ingevuld. Van de Velde is een goed geoliede machine. Ik hoefde alleen voor wat meer systematiek en tempoversnellingen te zorgen. Ik denk daarbij vooral aan onze relatie met onze klanten, en dat zijn de zelfstandige winkels. We trachten hen via seminaries te helpen hoe je nog beter kan verkopen en hoe je de producten nog beter kan promoten. We bieden de klanten ook soms financiële begeleiding aan bij hun expansie. Dat alles in het kader van een win-winoperatie.”

Over persoonlijke successen wil Van Doorselaere het liefst niet hebben. Om het in sporttermen te zeggen: bij Van de Velde heeft hij een hecht blok, een stevig collectief gevonden. Wat zijn grootste probleem of zijn grootste zorg is geweest? “Geen twijfel mogelijk,” luidt het antwoord meteen. “China en de importbeperkingen richting Europa was een kopzorg. Voor een deel was dat onterecht. Van de Velde werd in dit dossier aanvankelijk op één hoop gegooid met netto-invoerders van textielproducten. Terwijl de waarheid is dat we ginder alleen stikken, en dat alle producten en de hoge toegevoegde waarde Europees zijn.”

Eén zaak heeft de manager totaal onderschat. “Ik wist niet dat beha’s maken zo moeilijk is. Iedereen denkt dat het seriewerk is. Vandaag weet ik wat ik een jaar geleden nog onvoldoende besefte: elke vrouw een goede beha bezorgen, is niet eenvoudig. Het probleem is dubbel: je moet altijd opnieuw een modieus product maken én je moet altijd opnieuw een product maken dat telkens beantwoordt aan een perfecte pasvorm. De basiskennis om zo’n product te maken, is veel complexer dan de mensen denken.”

Finaal is ook de persoonlijke balans positief. Van Doorselaere: “Hier wordt efficiënt gewerkt. Ik ben al geen vergaderbeest en ik stel vast dat mijn omgeving dat ook zo wil. Als er vergaderd moet worden, gebeurt dat efficiënt. Bij Interbrew was dat anders. Ik denk dat ik nu 30 % efficiënter werk dan destijds in Leuven. Ook mooi meegenomen: mijn verplaatsingen van De Pinte (mijn thuisbasis) naar Schellebelle zijn ook veel minder tijdrovend.”

Kca

“Ik wist niet dat beha’s maken zo moeilijk is.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content