David versterkt Goliath

Wat te doen als in één klap zestig procent van je omzet in de greep komt van een gigant ? Je zwakte omturnen tot sterkte, vond TB Verhoeven nu Gea België dat na de overname een pioniersrol vervult in de wereldstrategie van de Duitse technologiereus.

Wie kent Gea ? De Duitse groep draait 80 miljard frank omzet en is via zijn 150 bedrijven wereldwijd en 18.000 medewerkers wereldklasse in drie technologiedomeinen : energie-uitwisseling, luchtbehandeling- en koeltechniek en voedingsproces-engineering. In dat laatste, goed voor 62 % van de groepsomzet, staat Gea aan de top. Maar niemand die deze prestatie met het drieletterwoord associeert. Het Zweedse Alfa Laval, in proces-engineering de belangrijkste rivaal van Gea, is daarentegen een begrip. Om die frustratie uit te wissen en Alfa Laval naar de kroon te steken, doktert Gea AG een nieuwe strategie uit. Daarbij vervult TB Verhoeven ( TBV) uit Schoten een sleutelrol.

Eind ’93 kwam het familiale engineeringbedrijf voor vloeistofbehandelingen en procestechnologieën TB Verhoeven door een management buy-out (mbo) in handen van Luc Van den Eynde, Koen Beerten en een stille partner. Enkele maanden later, na de overname van Westfalia Separator door Gea AG voelde het mbo-team de hete adem van het Duitse conglomeraat : Westfalia stond voor niet minder dan 60 % van de omzet van TBV. Het bedrijf in Schoten geniet sinds jaren naambekendheid, vooral op het vlak van vloeistofbehandelingen, en vertegenwoordigt een waaier van gespecialiseerde firma’s met specifieke technieken voor de voedings-, farma- en chemische industrie.

Nadat Gea achtereenvolgens in ’93 en ’95 nog twee van dergelijke firma’s opkocht, de Deense Niro-groep en het Duitse Tuchenhagen, mét inbegrip van hun Belgische dochters, voelde TBV de dreiging onafwendbaar worden. Tussen ’93 en ’95 had Gea in ons land drie steunpunten verworven : Niro België in Brussel, Westfalia in Langdorp (landbouwtechniek- en melkmachines, 100 % Westfalia) en Schatten Technology in Diegem (centrifuges, platenwarmtewisselaars en ventielen, 100 % Tuchenhagen).

OFFENSIEF.

Het mbo-trio opteerde voor een pragmatische maar offensieve aanpak. De Duitsers lieten verstaan dat ze de vertegenwoordigingen niet zouden intrekken, maar vroegen 25 % en inspraak in de raad van bestuur van TBV. Gea staat echter bekend om zo snel mogelijk naar een 100 %-participatie te streven, hoewel het tegelijk voor het dagelijks beleid de autonomie van haar dochters respecteert voorzover zij de vooropgestelde cijfers halen. “TBV heeft in België een sterk imago, Gea is onbekend. We hebben er dan maar het beste uitgehaald voor de beide partijen : heropstarten zou hen veel geld kosten en wij zouden het op halflange termijn moeilijk krijgen,” zegt Koen Beerten. “TB Verhoeven heet voortaan Gea Process Technology Belgium nu 100 % Gea , maar Schoten wordt het hoofdkwartier van Gea in België. Dat betekent 108 werknemers en een voor dit jaar vooropgestelde groepsomzet van 1,3 miljard frank.”

Terwijl Gea met een gebrek aan merkerkenning kampt, hebben de dochterbedrijven uit het concern in hun procestechniek meestal een naam als een klok. De Duitse familiale onderneming evolueerde, vooral na een succesvolle beursnotering in ’89, via zijn agressieve overnamepolitiek tot nichespecialist in technologieën voor de agro-voedingssector (meer dan 100 bedrijven, goed voor 50 miljard frank omzet, actief in proces-engineering : distillatie en extractie, koeling en verhitting, scheiding en homogenisatie, indamping en droging van voeding over dranken en zuivel tot afvalwaterstromen).

Gea is nu toe aan consolidatie van de reeks overnames en wenst in de kortste keren op al die activiteiten zijn naam te kleven en wereldwijd uit te dragen. In plaats van de vele acquisities (die voordien vaak elkaars concurrenten waren) te laten fuseren met alle problemen en cultuurschokken vandien, wil Gea in elk van de 50 landen de bedrijven uit de groep onder één dak brengen in zogenaamde Gea-huizen. “In zo’n neutraal Gea-huis is er plaats voor een maximale synergie en kunnen de bestaande capaciteiten maximaal worden benut,” zegt Luc Van den Eynde, de kersverse algemeen directeur van Gea België. Het vroegere TBV vervult in dit concept een pioniersrol. “Dat wij niet alleen kennis en ervaring hadden met Westfalia-producten, maar ook in tal van andere domeinen die in het brede gamma van Gea thuishoren, was een sterke troef. Het Gea-huis zal kosten drukken, volumes omhoogduwen en zo wordt de omzet groter dan de som van alle bedrijven. Producten van Franse, Duitse of Deense dochters zullen in de deelmarkten terechtkomen via Gea-huizen. Dat zal in sommige landen, producenten van sterke merken, niet eenvoudig zijn. Gea wil zo snel mogelijk een voorbeeld van hoe het kan en moet. Gea België zal dat nu zo snel mogelijk gaan bewijzen.”

E.B.

GEA BELGIE ONDER ÉÉN DAK Michel Davreux (ex-Niro-België), algemeen directeur Luc Van den Eynde, Jos Aerts (ex-Westfalia-België), Koen Beerten (ex-TBV), Christian Dinaux (ex-Schatten Technology).