Daar is het eenheidsstatuut
De sociale partners bereiken in 2013 een akkoord om het onderscheid tussen het arbeiders- en bediendestatuut weg te werken. Maar de federale regering moet meer dan een handje toesteken.
8 juli 2013. Volgens het Grondwettelijk Hof moeten tegen dan de verschillen tussen het arbeiders- en bediendestatuut verdwenen zijn. Eigenlijk gaat het arrest over de verschillen in opzegtermijnen (die van bedienden zijn een stuk langer dan die van arbeiders) en de eerste ziektedag (de zogenaamde carensdag, die voor arbeiders meestal niet wordt vergoed). Over de manier waarop de statuten geharmoniseerd kunnen worden, staan de vakbonden en de werkgevers lijnrecht tegenover elkaar. In het voorjaar van 2011 zorgde een wet ervoor dat de statuten wat naar elkaar konden toegroeien, maar de verschillen blijven groot. Vooral de opzegtermijnen liggen gevoelig. Het maximum voor een arbeider is ruim 120 dagen. Voor bedienden kan het oplopen tot 750 dagen.
De vakbonden zeggen al jaren dat de opzegtermijnen voor arbeiders moeten opklimmen naar die van bedienden. Werkgevers zeggen al even lang het omgekeerde. Aangezien de opzegtermijnen voor bedienden al tot de meest genereuze van Europa behoren, kan daar wat van worden afgeknabbeld. Maar dat is dan weer een brug te ver voor de machtige bediendevakbonden BBTK en LBC.
Toch zullen de sociale partners in het voorjaar aan een compromis werken waarbij de vakbonden en werkgevers elkaar halverwege ontmoeten. De federale regering speelt daarbij tussenpersoon. Al enige tijd is een aantal ministeriële kabinetten op verzoek van premier Elio Di Rupo bezig voorstellen te formuleren voor het eenheidsstatuut. Het resultaat wordt wellicht een iets minder aantrekkelijk statuut voor bedienden en een bredere ontslagbescherming voor arbeiders.
Juridische onzekerheid
Een compromis moet er sowieso komen, want tegen 8 juli 2013 moeten de discriminaties weggewerkt zijn. Als dat niet gebeurt, is het hek van de dam. Specialisten in arbeidsrecht hebben al gewaarschuwd dat arbeiders in dat geval naar de arbeidsrechtbank kunnen stappen om een herkwalificatie tot bediende te eisen. Het maakte dat de vakbonden geen haast maakten met de onderhandelingen. De rechtbanken zouden wel zorgen voor een upgrade van het arbeidersstatuut. Maar in de loop van 2012 lieten meer en meer juristen weten dat wellicht niet alle rechtbanken zo zouden redeneren. Het zou dus best kunnen dat een arbeidsrechtbank een eis van herkwalificatie van arbeider tot bediende zou verwerpen. Vandaar dat de vakbonden stilaan tot het besef komen dat onderhandelingen toch te verkiezen zijn boven afwachten.
Ook voor de regering is het dossier belangrijk. Open Vld zegt steevast op te komen voor de belangen van de werkgevers en aandacht te hebben voor de Belgische concurrentiekracht. Maar met het akkoord om in 2013-2014 geen reële loonstijgingen toe te laten, kon de partij de werkgevers niet overtuigen. Met een eenheidsstatuut dat voor iedereen verteerbaar is, hoopt de partij wel te scoren bij haar achterban. Twee typische arbeiderssectoren, de bouw en Fedustria (textiel-,meubel- en houtsector), hadden in de herfst van 2012 al de alarmklok geluid. Ze zouden zich niet kunnen verzoenen met een regeling die de personeelskosten in hun sector verder omhoog jaagt. Dus mogen de opzegtermijnen voor arbeiders niet opgetrokken worden tot hetzelfde niveau van de bedienden. Een tussenoplossing zien de werkgevers wel zitten.
ALAIN MOUTON
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier