Creatief in een container

Voor jonge bedrijven is deelnemen aan een beurs vaak onhaalbaar. Daarom pakt de bouwbeurs bis dit weekend uit met een opmerkelijk initiatief. Zeven starters doen hun ding in een omgebouwde zeecontainer.

Tussen de 470 standhouders op de 26ste editie van de bouwbeurs bis (van 4 tot 12 oktober in Flanders Expo) zijn zeven opvallende nieuwkomers. Ze nemen deel aan het project Jong!. Dat riep organisator Artexis in het leven om meer starters te bereiken. “We willen graag jonge bedrijven aantrekken, zodat ze kunnen uitgroeien tot een vaste waarde”, vertelt organisator Catherine Degreef. “Zeker voor een regionale bouwbeurs als bis is dat erg belangrijk. We zijn veel meer dan een toonzaal. We willen aannemers en particulieren met elkaar in contact brengen. In negen op de tien gevallen staat de zaakvoerder zelf in de stand.”

Toch is het niet gemakkelijk om starters te overtuigen van een deelname aan de beurs. “Ze willen wel, maar hebben er noch de tijd, noch het geld voor. Onderschat het niet: een goede beursdeelname weegt zwaar op een bedrijf. Er is de communicatie op voorhand, de bouw en inrichting van de stand en de opvolging achteraf. Daarom zochten we een creatieve oplossing. Zeven startende bedrijven, die maximaal drie jaar bestaan, mogen zich voorstellen in een opengewerkte zeecontainer. Wij regelen alles, van de elektriciteit tot de verlichting. Het enige wat we vragen, is creativiteit voor de inrichting.”

Dat mag geen probleem vormen voor Leen Kuyken en haar vriend Kenney Martens. Zij richtten in 2011 Maku Interieur op en nemen dit jaar deel aan Jong! om hun naambekendheid te vergroten. “In het begin werkten we veel voor vrienden en kennissen, maar daarna viel het wat stil bij de overgang naar een ruimer publiek. Door de appreciatie van klanten, bijt je toch door”, zegt Kuyken.

Of ze tips heeft voor startende bedrijven? Leen Kuyken: “Een goede boekhouder is cruciaal en voor bepaalde zaken waar je zelf minder van kent, zoals publiciteit of webdesign, kun je beter specialisten inschakelen. Ik raad ook aan in het begin niet te veel risico’s te nemen en niet te veel te lenen. Wij hebben alles zelf gefinancierd. In onze branche weegt de aankoop van machines voor houtbewerking zwaar. Maar in plaats van onmiddellijk veel te investeren, kun je op kleine schaal starten en samenwerken met andere bedrijven. Zo werken we samen met een schrijnwerker uit de buurt. Die kleinschaligheid willen we behouden. Al is een kleine groei welkom, zodat we iemand extra kunnen aanwerven om vlotter te werken.”

Isolatie troef

Jong! blijkt een schot in de roos. Bis lokt jaarlijks zo’n 76.000 bezoekers. Hoeveel van hen je als standhouder bereikt, hangt af van wat je te vertellen hebt. Jurgen Goeteyn en Johan Naessens mikken met hun bedrijf IsoCrafts op 1 procent van het beurspubliek.

“Dat lijkt me realistisch, als je het goed aanpakt”, zegt Catherine Degreef. “Al speelt het onderwerp ook een rol. Een paar jaar geleden was zonne-energie een hot topic, vandaag ligt isolatie enorm goed in de markt.”

Dat treft. Goeteyn en Naessens werkten al ruim twintig jaar in de isolatiesector, toen ze eind 2012 de koppen bij elkaar staken in IsoCrafts. “We vertrokken vanuit het besef dat je als particulier zelfs voor de kleinste verbouwingen enorm veel materialen nodig hebt”, vertelt Goeteyn. “Om daar verandering in te brengen, hebben we twee producten ontwikkeld. Enerzijds een isolatiepaneel met ingefreesde groeven en bijpassende houten latten, waartegen je de wandafwerking rechtstreeks kunt aanbrengen. Anderzijds een scheidingswand die is opgebouwd uit een isolatiepaneel met aan weerszijden een geïntegreerd houten frame. De isolatie doet tegelijk dienst als dragende constructie, waardoor je ons systeem snel kunt opbouwen.”

IsoCrafts leeft met gespannen verwachtingen toe naar bis. “Na twee jaar staan we al verder dan we hadden vooropgesteld. Dit wordt de ultieme test om af te toetsen in welke mate we verder kunnen groeien. We willen IsoCrafts uitbouwen tot een groot bedrijf. Onze producten hebben het potentieel om internationaal door te breken.”

Investeren in kwaliteit

Ook Evy Verroeye komt voor het eerst naar bis. Na twaalf jaar loondienst startte hij in 2012 zijn eigen eenmanszaak in dakwerken, zwembaden en vijverdichting. Ondertussen leidt hij een bvba met een vaste werknemer en een onderaannemer. Voor Verroeye geldt in de bouw slechts één regel: investeren in kwaliteit. “Alles draait om vakkennis. Ik lees alle voorschriften van het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf en volg de energieprestatieregeling op de voet. Met theorie alleen kom je er niet. Je hebt ook technisch inzicht en ervaring nodig. Pas als je theorie en praktijk kunt samenbrengen, zit je goed.”

Is het door alle nieuwe regelgeving moeilijker om te starten dan vroeger? “Dat niet, maar wat vandaag speelt, zijn de hoge loonlasten. Het nettoloon van mijn personeel ligt tweeënhalf keer lager dan wat ik betaal. Bovendien moet je van alles op de hoogte zijn: je moet je werk door en door kennen, de bedrijfsvoering verzorgen, contacten met leveranciers onderhouden en op de centen letten.”

En dat geldt ook voor zijn eerste deelname aan bis. “Het project Jong! is zeer aantrekkelijk. Het gaat om een volledig pakket, waardoor je nergens van wakker moet liggen. Anders was het niet haalbaar geweest. Nu kan ik me op de beurs volledig toeleggen op het netwerken met klanten en collega’s uit de sector.”

Bedrijven kunnen slechts één keer deelnemen: “Vanaf volgend jaar hopen we hen te verwelkomen als reguliere standhouders”, zegt Degreef. “We zien dat de meeste bedrijven mooie resultaten boeken op bis. Anders zou 70 procent zich niet elk jaar opnieuw inschrijven.”

TOM MONDELAERS

“Onderschat het niet: een goede beursdeelname weegt zwaar op een bedrijf”

Catherine Degreef