Belgische bedrijfsoorlog in het peloton
Zaterdag 9 augustus wordt het wielerseizoen voortgezet met de wereldbekerwedstrijd in het Baskische San Sebastian. In het peloton wedijveren niet alleen de renners, maar ook de teammanagers en sponsors.
Oorlog. Zo typeert Patrick Lefevere de strijd tussen de laminaatproducenten Quick-Step en Berry Floor. Wielerfans kennen Lefevere als de teammanager van Quick-Step/Davitamon met klasbakken als Johan Museeuw, Frank Vandenbroucke en Richard Virenque. Het laminaatmerk behoort tot het West-Vlaamse Unilin, een groep met een jaaromzet van 620 miljoen euro, die dit jaar 4 miljoen euro investeert in de wielerploeg. Omega Pharma van Marc Coucke legt er 2 miljoen euro bij om vitaminemerk Davitamon te promoten.
Met sportsponsoring mik je op naamsbekendheid, al is de directe meerverkoop mooi meegenomen. Dat ondervond de ondernemende apotheker Coucke met Davitamon. Volgend jaar wil hij dat succes nog opkrikken via een tweede, bescheidener wielerploeg Bodysol-Brustor. Coucke schuift zijn merk van huidverzorgingsproducten Bodysol naar voren en krijgt steun van het Menense zonneweringsbedrijf Brustor. Ook het contract van Davitamon voor de topploeg is met een jaar verlengd. Het budget voor de topper bedraagt 7,5 miljoen euro. Enkele andere sponsors, waarbij vooral de Tieltse matrassenfabrikant Latexco opvalt, brachten nog 1,5 miljoen euro samen om die begroting rond te krijgen.
Nog opvallend is de sterke aanwezigheid van West-Vlaamse sponsors in het peloton. Zo prijkt er naast de Amerikaanse post US Postal op het shirt van de Texaanse wielervedette Lance Armstrong ook laminaatmerk Berry Floor. Dat is een tak van de Berry Group met hoofdzetel in Oostrozebeke. De topman woont in de buurt van Châteauroux in Frankrijk, maar heet wel degelijk Luc De Clerck, zoon van Roger De Clerck, de stichter van het textielimperium Beaulieu. Diens andere zoon, Jan De Clerck, sponsort met zijn bedrijf mee de Lotto-Domo-ploeg (met klassiekerkoning Peter Van Petegem).
Eén grote familiezaak? Niet noodzakelijk. De familie opereert al jarenlang niet meer onder één banier. Dan is er nog Noël Demeulenaere, rechterhand van stichter Roger en voormalig burgemeester van Beaulieu-dorp Wielsbeke. Renners en teampersoneel kloppen graag bij hem aan. “Noël Demeuelenaere plaatste sommige jaren 30 tot 40 Belgische profrenners die zonder werk dreigden te vallen in wielerploegen waaraan hij op een of andere manier steun verleende,” schrijft sportjournalist Eddy Soetaert in Coaches en kampioenen (Van Halewyck, 223 blz., 17,50 euro).
Geen folklore meer. Aan de hand van gesprekken met vier Belgische teammanagers ( Johan Bruyneel van het Amerikaanse US Postal, Walter Godefroot van het Duitse Telekom, Rudy Pevenage van het Italiaanse Bianchi en Patrick Lefevere van Quick-Step/Davitamon) geeft Eddy Soetaert behoorlijk wat inside-informatie over het wielerwereldje. Al hebben Belgische renners in de Tour de France voorlopig geen schijn van kans meer, Vlaamse sportdirecteurs, managers, technici en verzorgers maken nog altijd de dienst uit in de meest succesvolle teams. Het ellebogenwerk achter de schermen, de budgetten en de vriendschap of rivaliteit van de managers – alles wordt keurig onthuld en toegelicht. Zo groeit deze uitgave uit tot één van de schaarse achter-de-coulissen-wielergetuigenissen die beklijven.
Puik werk, al blijven er nog te veel vragen onbeantwoord. Zo is deze uitgave een gemiste kans om de structuren van de vennootschappen achter de teams bloot te leggen. Grijp die kritische noot evenwel niet aan om het boek ongeopend te laten. Zowel de geïnteresseerde leek als de kandidaat-sponsor vindt hier een vat vol revelaties. Voor de wielerfan is dit een must met gretige anekdoten en pikante achtergrondinfo.
Blijkt ook dat de grote ploegen de flandrien-folklore ver achter zich gelaten hebben. Marketing en management zijn nu de ordewoorden. Patrick Lefevere: “Komt daarbij dat ik niet alleen denk aan geld en sportief succes bij de samenstelling van een ploeg, ik denk ook publicitair.”
Mislukte zakenavonturen. Welgeteld 100 jaar na de eerste Tour de France verscheen een stortvloed aan wielerboeken. We plukken er nog een paar lezenswaardige uit. In 100 jaar wielrennen (Forte, 176 blz., 22,50 euro) borstelt William Fotheringham portretten van wielervedetten van vroeger en nu. Hij geeft uitleg over bekende wedstrijden en brengt de essentie van de wielergeschiedenis samen.
In Parijs is nog ver – Zintuiglijke sensaties uit 100 jaar Tour de France (Arbeiderspers, 317 blz., 17,95 euro) hanteert de Nederlandse journalist Peter Ouwerkerk niet de grove borstel, maar het fijne penseel. Hij zoekt niet de synthese, maar de uitvergroting van de pakkende details.
We besluiten met het BV-fenomeen Eddy Planckaert, de ex-renner die in De helse tocht van een flandrien (Van Halewyck, 173 blz., 17,50 euro) onder meer vertelt over zijn mislukte zakenavonturen in Litouwen en Polen.
“Komt daarbij dat ik niet alleen denk aan geld en
sportief succes bij de samenstelling van een ploeg,
ik denk ook publicitair.”
(Patrick Lefevere)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier