België klaagt Duitse loondumping aan
De klacht van de federale ministers Johan Vande Lanotte en Monica De Coninck tegen de loondumping die Duitsland in een aantal sectoren toepast, is terecht, zegt advocate An Vangompel. Maar de discussie is niet los te zien van de hoge loonkosten.
Oost-Europese arbeiders die tegen een schamele 5, 4 of 3 euro per uur een hele dag werken in Duitse slachthuizen, zonder respect voor de minimale rustperioden en zonder enige rechten in de sociale zekerheid op te bouwen. Ze zijn minister van Economie Johan Vande Lanotte (sp. a) en zijn collega van Werk Monica De Coninck (sp.a) een doorn in het oog. De ministers dienen bij de Europese Commissie een klacht in tegen die loondumping.
Ze beroepen zich op een Europese richtlijn die bepaalde arbeidsvoorwaarden en omstandigheden waarborgt. Ze voorziet bijvoorbeeld in de mogelijkheid dat een land het respecteren van de minimumlonen bepaald door het werkland oplegt. “Maar uiteraard is er een probleem als een lidstaat geen of bijna geen systeem van minimumlonen kent”, zegt An Vangompel, advocate bij Monard-D’Hulst. “Het is begrijpelijk dat een andere lidstaat de situatie in Duitsland met lede ogen bekijkt. Maar Duitsland kent geen algemeen minimumloon. Er is enkel sprake van een minimumuurloon in een beperkt aantal sectoren. De ministers hebben wel een punt als ze kritiek hebben op de loonvoorwaarden en de werkomstandigheden in bepaalde slachthuizen. Het probleem rijst trouwens in verschillende sectoren in Duitsland. Ook uit de transportsector komen verhalen over een scherpe loonconcurrentie.”
Volgens Vangompel zal de Europese Commissie deze klacht in eerste instantie onderzoeken. Daarna kan ze beslissen de inbreukprocedure op te starten, waarbij ze Duitsland zal vragen standpunten in te nemen over de weerhouden inbreuken. “Dan kan Duitsland op een bepaald moment een termijn krijgen om zich in regel te stellen. Maar als dat niet gebeurt, kan het dossier aanhangig worden gemaakt bij het Europees Hof van Justitie. En dan zijn we al snel twee jaar verder eer er een uitspraak is. Het is een lange procedure. Intussen wordt in Duitsland volop gediscussieerd over de invoering van een algemeen minimumloon. Het zou dus kunnen dat die precaire loonvoorwaarden snel tot het verleden behoren.”
Beide richtingen
Ook op Europees niveau is het debat over een minimumloon voor de hele Unie losgebarsten. Maar daarover is geen eensgezindheid. “Het zal niet vanzelfsprekend zijn. De verschillen tussen de lidstaten zijn erg groot”, weet Vangompel. “Men zou wellicht moeten komen tot een relatief minimumloon, rekening houdend met de economische situatie van een lidstaat en de koopkracht van een individuele werknemer in die lidstaat.”
Volgens Vangompel staat de Belgische klacht ook in rechtstreeks verband met de hoge Belgische loonkosten. “Wellicht hopen de Belgische ministers met hun initiatief de te respecteren lonen in Duitsland op te krikken, om zo een verschil in loonhandicap weg te werken. Maar moeten de loonlasten in eigen land ook niet lager? Is een beweging in beide richtingen niet de absolute noodzaak? Het is overigens opvallend dat Frankrijk en Nederland geen klacht indienen. Misschien omdat in die landen de loonkostenhandicap ten opzichte van Duitsland veel kleiner is.”
ALAIN MOUTON
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier