Bedrijfsverkiezingen: stem uw baas weg

Vandaag, donderdag 30 oktober, begint de Boekenbeurs in Antwerpen. Uit de duizenden boeken selecteerden we enkele relevante werken. Op deze bladzijde: een kwartet managementboeken om zeker te lezen. En, managers, het venijn zit in de staart: een pleidooi voor managersverkiezingen.

(°) De besproken boeken zijn verkrijgbaar bij Acco Leuven. tel. 016 29 11 00, fax: 016 20 73 89.

Geen enkele soap kan tegen de smeuïge bedrijfswerkelijkheid op. Neem nu Eckhard Pfeiffer, een tijdlang ongenaakbaar nadat hij begin jaren negentig computerbouwer Compaq redde. Door het strategische roer om te gooien en te focussen op het hele klantenspectrum (niet langer alleen de grote ondernemingen, maar ook KMO’s en gewone consumenten), spurtte Compaq drie jaar na Pfeiffers aantreden al IBM voorbij op de pc-markt. Hij had de juiste ommezwaai gemaakt. Dat is het geheim van de overlevers, legt Harvard-prof Donald Sull uit in Revival of the Fittest (Harvard Business School Press, 205 blz., 35,90 euro) (°).

Merk op dat Sull het niet over een survival (overleving), maar een revival (wederopleving) heeft. Hij analyseert kerngezonde bedrijven, die het zo voor de wind gaat, dat ze denken de juiste formule gevonden te hebben. Die gemoedsrust is evenwel rampzalig in de zakenwereld. Door stug vast te houden aan hun succesrecept, reageren ze te laat op cruciale veranderingen. Sull noemt dat active inertia: ze volharden in hun strategie, zelfs al vergt de markt, technologie of concurrentie een radicale koerswending. Zo kon Pfeiffer het tij bij Compaq keren door niet langer af te stemmen op grote ondernemingen. Ironisch genoeg ging Pfeiffer nog in hetzelfde decennium zelf ten onder aan active inertia. De markt was omgeploegd door prijsvechters als Dell enerzijds en een strategie van integrale oplossingen à la IBM anderzijds. Pfeiffer glansde nog wel op de cover van Forbes in 1997, maar werd minder dan twee jaar later de laan uitgestuurd. Inmiddels is Compaq al opgeslorpt door Hewlett- Packard.

Help, de directeurs vechten. In ons selecte kwartet managementboeken mocht het knappe en prettig leesbare strategieverhaal over vallen en opstaan van Donald Sull niet ontbreken. Toch kan ook een bedrijf dat de juiste strategische bochten op de juiste momenten maakt, in het zand bijten. Niet zelden is de fatale val te wijten aan ruziënde directeurs. Intriges zijn maar al te menselijk en over het tapijt rollende topmanagers kunnen niet altijd vermeden worden. Maar je kan conflicten op de bovenste verdieping ook bespreekbaar maken en leren uit de oorzaken van wrijvingen of botsingen. Hoe dat kan, legt voormalig Johnson & Johnson-manager en huidig consultant Howard Guttman geduldig uit in When Goliaths Clash (Amacom, 250 blz., 35,90 euro) (°).

Het boek onderscheidt zich niet zozeer door de tips om kemphanen te verzoenen en de blauwdrukken om hechte teams samen te stellen (daarover is al een uit zijn voegen gebarsten bibliotheek volgeschreven), maar door de scherpe analyse van conflicten. Daarbij gebruikt Guttman reële voorbeelden waarbij de ware namen genoemd worden. Zo leren we, bijvoorbeeld, hoe Sara Lee Corporation de aanslepende baroniedisputen van een aantal Europese fabrieken beslechtte.

Verkiezingen. Het vermijden van conflicten en verzoenen van tegenstrijdige belangen is een kenmerk van bekwame leiders. Hun knepen kunnen we leren bij auteurs als Guttman, maar wie lessen zoekt van de meest markante leiders, kan beter terecht bij Great Communication Secrets of Great Leaders (McGraw-Hill, 220 blz., 17,25 euro) (°). Consultant John Baldoni beperkt zijn grandioze voorbeelden niet tot de bedrijfswereld, hij betrekt er ook iconen als Winston Churchill, Moeder Teresa en zelfs tv-ster Oprah Winfrey bij. In een dozijn hoofdstukken legt hij evenveel communicatie- en leiderschapslessen uit. Bij elke les hoort de bespreking van de stijl van één of meer larger-than-life-figuren.

Maar wat betekent leiderschap in een wereld waarin kennis, creativiteit en motivatie het verschil maken? Management werd ontworpen om slaven te controleren, maar inmiddels heeft de geschiedenis bewezen dat democratie de meeste vooruitgang brengt op elk gebied. De Amerikanen Kenneth Cloke en Joan Goldsmith trekken die redenering door naar de bedrijven in The End of Management and the Rise of Organizational Democracy (Jossey-Bass, 310 blz., 34,70 euro) (°). De consequentie van hun pleidooi voor zelfsturende teams en bedrijfsdemocratie is dan ook dat alle personeelsleden de managers kiezen. Ook andere betrokkenen (zoals de buurtbewoners) moeten inspraak krijgen. Meteen een boek dat pal ingaat tegen de nieuwe trend die ingeluid werd door Judith Mair in Het is mooi geweest. Mair schrijft een duidelijke hiërarchie voor (ook in het belang van de efficiëntie én de medewerkers, zie Trends van 18 september 2003).

Luc De Decker

De consequentie van het pleidooi van Cloke en Goldsmith voor zelfsturende teams en bedrijfsdemocratie is dan ook dat alle personeelsleden de managers kiezen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content