ARCHITEKTUUR. His Master’s Voice (II)
In onze reeks interviews met befaamde Belgische architekten van bedrijfsgebouwen ditmaal aandacht voor Luikenaar Claude Strebelle.
“Architektuur ? Dat is kunst, ” steekt Claude Strebelle van wal nog voor we onze eerste vraag kunnen stellen. “Het is voor de mens van levensbelang. ” De toon is meteen gezet. Claude Strebelle vindt dat architektuur de taak heeft een omgeving te creëren. Een reisje door het universum van een kunstenaar.
– IMMOTRENDS. De integratie in de omgeving en de menselijke kant van projekten zijn uw stokpaardjes. Maakt dit de kontakten met bouwheren, die hier niet altijd oog voor hebben, niet extra moeilijk ?
– CLAUDE STREBELLE : Ik heb het geluk altijd met bouwheren te werken die voor mij kiezen omdat ze van mijn gebouwen houden. Een ideale situatie : bouwheer en architekt vormen in dat geval dadelijk een sterke ploeg. De verstandhouding is van het allergrootste belang. Het bouwen van een pand steunt steeds op een wisselwerking : bij een architekturaal interessant gebouw zal steeds een goede bouwheer betrokken zijn geweest.
De bouwheer wil zijn visie vertalen in een gebouw, de architekt vormt eigenlijk zijn werkinstrument.
– IMMOTRENDS. Is de taak van de architekt dan niet meer dan een verlengstuk vormen voor de bouwheer ?
– STREBELLE : Natuurlijk wel. De architekt moet inspelen op bepaalde eisen van de bouwheer. Maar hij moet het projekt ook een extra dimensie geven, de poëtische touch.
Oog hebben voor de invloed van het gebouw op de bewoners is bijvoorbeeld erg belangrijk. De bewoonbaarheid van een gebouw moet de hoofdbekommernis zijn van de architekt. Wat baat het een gebouw te hebben met de laatste technische snufjes, en met een uitzonderlijk uitzicht, wanneer het pand in kwestie onbewoonbaar is. Om dit te voorkomen, is een klimaat van vertrouwen nodig tussen bouwheer en architekt. Wat bewoonbaarheid precies inhoudt, valt echter moeilijk te zeggen. Er zijn geen regels voor. Ik ben steeds erg benieuwd de mensen te ontmoeten die in een gebouw van mijn hand zullen wonen of werken.
– IMMOTRENDS. Begrijpen bouwheren wat bewoonbaarheid en leefbaarheid precies inhoudt ?
– STREBELLE : Over het algemeen zijn ze nauwelijks geïnteresseerd in de bewoonbaarheid of de werkbaarheid. Ik zie met spijt in het hart hoe heel wat architekten als robotten blokkendozen bouwen, vaak hierin aangemoedigd door promotoren wiens enige bekommernis is snel geld te verdienen. Onze steden lijken op bepaalde plaatsen op naast elkaar gelegde voorwerpen. We moeten koste wat het kost een manier vinden om gezamenlijk projekten uit te werken, en ruimten te creëren die aan iedereen toebehoren.
– IMMOTRENDS. Dat maakt de rol van de bouwheer erg belangrijk.
– STREBELLE : Inderdaad. De promotoren zijn immers de mensen die het uitzicht van de stad van morgen bepalen. Ze nemen dus een belangrijke plaats in in de huidige samenleving. Ze moeten weten welke waarden van belang zijn, welke invloed de architektuur heeft op het leven in de stad, enz…
Er worden te veel standaardgebouwen neergezet, makkelijk om te bouwen, zonder inspanningen van de architekt. Vandaag de dag kiezen mensen hun huizen uit een catalogus. Vergeten wordt dat een gebouw de weergave van iemands visie moet zijn. Zulke panden realizeren, vraagt enorm veel werk.
Intelligente bouwheren hebben, is voor de architekt dus een zegen. Ik verwacht van een bouwheer dat hij zijn visie en filozofieën krachtdadig verdedigt, dat hij rechtlijnig en veeleisend is. Maar dat is precies een houding die veel intelligentie en wilskracht vergt. Ik denk dat dit alles ook een kwestie van kultuur is. Kijk maar eens naar Frankrijk, naar de Grote Biblioteek, of naar de Piramide van het Louvre.
– IMMOTRENDS. Hoe ziet u de plaats van niet-residentiële gebouwen in de architektuur ?
– STREBELLE : Als zeer belangrijk. Maar deze manier van bouwen mag ons de realiteit niet uit het oog laten verliezen : steden bestaan enkel dankzij de residentiële panden. De grote scheiding tussen wonen, werken en winkelen van de jaren ’60 was een levensgrote vergissing. De komst van de wagen in het straatbeeld heeft het effekt van deze vergissing nog versterkt. In Brussel liggen bepaalde kantoorwijken er vandaag de dag verlaten bij na het sluiten van de kantoren. Bovendien trekken veel ondernemingen weg uit de stad. Met de auto blijven ze toch bereikbaar. De auto doodt de stad.
We moeten terug naar een toestand waarbij wonen en werken verweven worden. De steden moeten opnieuw bewoonbaar gemaakt worden. Gelukkig zie ik dat deze visie hoe langer hoe meer opgang maakt.
– IMMOTRENDS. Wat vindt u van de “project manager” ? Is hij nodig of storend in de relatie tussen bouwheer en architekt ?
– STREBELLE : De waarde van de project manager moet geval per geval bekeken worden. Soms maakt deze tussenpersoon het werk makkelijker, soms moeilijker. Hij kan zijn taak van raadgever vervullen en toch de architekt de vrijheid laten een koncept uit te werken. Hij kan echter ook problemen oplossen zonder ze ernstig te bestuderen. In dat geval is zijn aanwezigheid eerder hinderlijk.
– IMMOTRENDS. Maakt het beroep van architekt een evolutie door ?
– STREBELLE : Wanneer ik aan mijn loopbaan begon, was de architekt de absolute baas op de werf. Vandaag de dag heeft een team de taak van de architekt overgenomen, en wel om verschillende redenen.
Het is eigenlijk een afspiegeling van wat er met de maatschappij als geheel gebeurt. De handwerklieden hebben de baan moeten ruimen voor de industrie. Projekten van enorme omvang hebben ervoor gezorgd dat een architekt van heel wat meer markten thuis moet zijn dan vroeger. Bovendien is de tijd om een projekt te realizeren veel korter geworden, zodat de architekt persoonlijk niet alles meer kan volgen. De snelheid van uitvoering houdt echter gevaren in : er kan nog onvoldoende overleg worden gepleegd over bepaalde zaken. Hetgeen dan weer de kwaliteit schaadt.
– IMMOTRENDS. Uw projekten zijn erg verscheiden van vorm en opzet. Hoe slaagt u erin al uw dossiers te beheersen ?
– STREBELLE : We beschouwen elk projekt als onze eerste opdracht. We kijken ernaar als een pasgeborene die voor het eerst de wereld ziet. We stellen dan onze verbeelding ten dienste van de anderen, de initiatiefnemers.
Om onze verbeelding te voeden, nemen we af en toe deel aan wedstrijden. Ook om ons te meten met anderen trouwens. Telkens zijn zulke wedstrijden erg verrijkend voor de hele ploeg.
F. Van Vlodorp
SART TILMAN Het eerste projekt van Claude Strebelle in België na zijn Afrika-periode.
CENTRE THERMAL DE SPA Opvallend in het werk van Strebelle is de grote verscheidenheid aan gebouwen van zijn hand.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier