ALLE INDUSTRIETERREINEN VOLZET
Industrie vlucht weg.
Oost-Vlaanderen, dat is Gent en de rest. Als je de havengebieden niet meetelt, heeft Gent in oppervlakte bijna drie keer zoveel bedrijfsgronden als de gemiddelde provinciestad: 2730 hectare of ruim een derde van de totale oppervlakte aan bedrijventerreinen in de provincie. “Dat overwicht is historisch gegroeid,” weet Marc Ulens, directeur investeringen van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij ( GOM) van Oost-Vlaanderen. “Het vloeit voort uit de aanwezigheid van de haven. Driekwart van de provincie is aangewezen op Gent, dat instaat voor 60% van de tewerkstelling.”
In de komende jaren zal daar weinig aan veranderen. Gent, hoekpunt van de Vlaamse ruit, en grootstedelijke regionale gebieden Aalst en Sint-Niklaas worden verondersteld de Vlaamse economische ontwikkeling te schragen en industrieterreinen te voorzien. Maar de acute schaarste aan bedrijventerreinen in de hele provincie creëert een schier onoverkomelijk probleem. Ulens: “1998 en 1999 waren recordjaren wat betreft informatieaanvragen over vestigingsplaatsen, maar door de grote schaarste kunnen we absoluut niet aan de vraag voldoen.” Oost-Vlaanderen kent namelijk, behalve een tekort aan bedrijventerreinen, nauwelijks industriële leegstand – amper 35 hectare buiten de haventerreinen en 201 in de havens, voor wie de terreinen aan het Deurganckdok meetelt.
De groei lijkt dus geblokkeerd. Gent is uitverkocht, ook in de omliggende gemeente is er nog nauwelijks ruimte voor nieuwe bedrijven. Ook in de streek rond Aalst is er een investeringsstop: in Erpe-Mere, een industrieel centrum bij Aalst, is al tien jaar geen grond meer beschikbaar, andere plannen werden afgeblazen. “Het gevolg,” zegt Ulens, “is een vlucht van de industrie. Naar Nijvel, Louvain-La-Neuve of, zoals in het geval van Amylum, naar het Franse Saint-Quentin, waar de ruimte wel voorhanden is en de milieu-eisen minder stringent.”
Noord-Franse en Waalse steden zijn trouwens met een intensieve prospectie bezig om Oost-Vlaamse bedrijven naar hun grondgebied te verkassen. Ulens stelde in de voorbije maanden bij enkele tientallen bedrijven zijn industriële mogelijkheden voor in Sint-Niklaas en Oudenaarde, Charleroi riep alle Oost-Vlaamse geïnteresseerden bij elkaar in het Gentse Sofitel-hotel. Limburg blijkt een andere geduchte concurrent. Ulens: “Ze hebben een goede ligging, de bedrijven krijgen er expansiesteun en er is ruimte in overvloed. De terreinen kosten er bovendien maar 400 frank per vierkante meter. In Oost-Vlaanderen het driedubbele. Dan is voor een investeerder de rekening vaak snel gemaakt.”
De enige echte groeipool van Oost-Vlaanderen ligt op de Linkeroever van de Schelde en paalt aan de Antwerpse haven. De gronden rond het toekomstige Deurganckdok zijn erg gegeerd en zullen dat nog meer worden als de ontsluiting via de verbinding tussen de E17 en de Liefkenshoektunnel een feit wordt. Oost-Vlaanderen zal daar mee van profiteren: Beveren, Doel en Kallo liggen er op Oost-Vlaams grondgebied, wat de provinciale autoriteiten van Oost-Vlaanderen al inspireerde tot campagne rond “de provincie met twee zeehavens.”
f.d.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier