Alain Debret
Alain Debret ontwerpt mode, maar analyseert en bekritiseert ze ook. Hij is onafhankelijk ontwerper, artistiek directeur bij Rodier Homme, maar ook fotograaf, stilist en redacteur. Debret pleit voor wat meer bescheidenheid en terughoudendheid in de modewereld.
TEKST : SERGE VANMAERCKE
Voor Rodier werken houdt een aantal positieve en negatieve verplichtingen in. Het is natuurlijk goed vaste voet te hebben in een huis dat bekend staat voor zijn kwaliteit. Maar een huis met zo’n verleden heeft ook de reflex aangekweekt vooral op zekerheid en een niet te ontkennen conservatisme te spelen. In een moeilijk economisch klimaat moet (of mag) men weinig fundamentele veranderingen verwachten. Er wordt alleen gekocht wat verantwoord is. Dit betekent dat vooral de meest neutrale collecties vlot verkocht worden.
Alain Debret (52), zoals gezegd artistiek directeur bij Rodier Homme, is tevens adviseur-ontwerper voor de collectie Karl Lagerfeld Homme in Duitsland en adviseert Cerutti over toekomstige trends.
“In mijn creaties heb ik vooral oog voor eenvoud, het rationele, het functionele. Als het op ontwerpen aankomt, ben ik meer Amerikaan dan Fransman of Italiaan. In Frankrijk zet men twee stappen voorwaarts… en daarna zet men er vaak twee of drie terug ! De meeste ondernemingen zijn in handen van financiële managers. Dat is prima voor een gezond beheer van de zaak, maar veel minder interessant voor de bedrijfscultuur en de know-how.”
“De Amerikanen zijn bikkelhard maar zitten boordevol energie. Men neemt een beslissing en gaat ertegenaan. Men groeit op de vooruitgang. Ik heb vijf jaar gewerkt aan de sportcollectie van Cacharel die in New Jersey vervaardigd werd. Ik heb er de beste herinneringen aan op het professionele vlak.”
“Ik heb mode nooit als iets vluchtigs of onzinnigs willen zien. Het is gewoon belachelijk iets te verguizen wat men zes maanden eerder heel goed vond. Maar zo zit het systeem nu eenmaal in elkaar. En de modecritici maken essentieel deel uit van dat systeem. See what I mean… Mijn grootste professionele problemen hebben te maken met de schaamteloosheid van het patronaat, de menselijke onrechtvaardigheid, de arrogantie van de beslissingsmacht. Zodra de mens in contact komt met macht en zelf macht kan uitoefenen, verliest hij alle zin voor realiteit. Al mijn problemen waren te wijten aan frontale botsingen met het onrechtvaardige patronaat. Ik ben zeer sterk gehecht aan een spirituele ethiek. Je moet tijd kunnen verliezen om tijd te winnen, geld kunnen verliezen om geld te winnen.”
Men heeft tegenwoordig de mond vol van werktijdverkorting.
“Dat zal een weerslag hebben op de kleding. Er zal meer aandacht aan de boodschap van de vrijetijdskleding besteed worden. Bij het allereerste contact tussen mensen is de kleding zeer belangrijk, ook al staat of valt dat contact met de inhoud van wat men zegt. Men bekijkt iemand in de mate dat zijn of haar kleding aantrekkelijk of interessant is. Het is wel het aangezicht dat doorslaggevend is in die mogelijke dialoog met iemand. Maar of men het nu wil of niet, de kleding heeft een grote, zij het onuitgesproken, communicatieve waarde. Iemand die beweert dat kleren hem (of haar) niet interesseren, zegt in feite ook dat hij of zij geen aandacht besteedt aan zichzelf. En dat verraadt een bepaalde vorm van onzekerheid, een gebrek aan zelfbewustzijn. Men hoeft zich helemaal niet te schamen omdat men eigen ideeën heeft over kleding en uitzicht. Kleding is allicht niet doorslaggevend maar maakt wel deel uit van de communicatie.”
Vooral bij mannen heerst nog steeds een bepaalde vorm van wantrouwen tegenover kleding.
“Dat is ongetwijfeld een probleem van viriliteit en van cultuur. Bij de beter bemiddelden stelt zich dat probleem veel minder.”
Als ontwerper is Debret dol op tekeningen. Hij was trouwens zelf tekenaar bij 20 Ans en voor Dépêche Mode. Hij illustreerde nieuwsberichten die hij vaak zelf geschreven had. En van zwartwitfotografie heeft de man ook verstand. Debret is van oordeel dat de wetenschap, veel meer dan mode, een belangrijke factor is in de hedendaagse wereld. Normaal dus, dat hij ook gefascineerd is door de ruimtevaart.
“Wat ik vertel over mode is van relatief belang en is minuscuul vergeleken bij de technologie. Mode en wat eromheen draait, zou wat bescheidener mogen zijn : het zijn niet de modemensen die een nieuw vaccin hebben uitgevonden of dé filosofische roman van de eeuw geschreven hebben. Wat meer terughoudendheid zou de modewereld wel sieren. Dat klinkt utopisch, maar het zou geen kwaad kunnen. De ware elegantie is in feite onzichtbaar voor het oog.”
Het zijn niet de modemensen die een nieuw vaccin hebben uitgevonden of dé filosofische roman van de eeuw hebben geschreven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier