Aanspreekpunt voor de overheid

Sinds een paar maanden maakt Philip Van Eeckhoute (34) deel uit van de ‘Public Sector’ –cel van het internationale auditkantoor Ernst & Young. De voormalige secretaris-generaal van het Instituut voor Accountants & Belastingconsulenten ( IAB) versterkte er de ploeg van zijn streekgenoot Guy Serraes, de gewezen schepen voor personeelszaken van de stad Gent. Als relationship manager krijgt hij de opdracht de dienstverlening van Ernst & Young aan de federale overheid verder uit te bouwen.

Na zijn rechtenstudie aan de Universiteit Gent behaalde Van Eeckhoute een bijzondere licentie vennootschapsrecht aan de Katholieke Universiteit Brussel. Hij startte zijn carrière in 1994, als fiscaal jurist bij de studiedienst van de Nationale ChristelijkeMiddenstandsvereniging (NCMV), vandaag de Unie van Zelfstandige Ondernemers ( Unizo). In opdracht van toenmalig Vlaams minister van Financiën Wivina Demeester ( CD&V) werkte hij mee aan het witboek over de Toekomst van de Vlaamse Fiscaliteit.

Van Eeckhoute: “Ook vertegenwoordigde ik de belangenorganisatie op tal van overlegorganen met de overheid, zoals de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, de Nationale Arbeidsraad en de Sociaal-EconomischeRaad voor Vlaanderen. Voor de federatie van vrije beroepen – een dochter van het NCMV – volgde ik vooral de dossiers over bedrijfsrevisoren, accountants en boekhouders.”

Na de fusie met de belastingconsulenten benoemde IAB-voorzitter Johan De Leenheer hem in 1999 tot topman van het Instituut. Daar leidde Van Eeckhoute de integratie van de verschillende economische beroepen in goede banen. Veel van zijn tijd besteedde hij aan de nieuwe reglementering voor de toegang tot het beroep en de concrete uitwerking van de stage voor accountants en belastingconsulenten, die in oktober van dit jaar start. Ook haalde hij de banden met het Instituut der Bedrijfsrevisoren verder aan.

“De tijd van de onderlinge concurrentie tussen de instituten is voorbij. De concrete noden van de mensen op het terrein bepalen de agenda. En zo hoort het!” E.P.

W.R. n