Aansluiting gezocht

De vervanging van de topman bij Telenet illustreert dat de telefoonmaatschappij nog altijd op zoek is naar de juiste lijn. Niet enkel tegenover de markt, ook tegenover de aandeelhouders.

Enkele dagen nadat de zakenbank Dresdner Kleinwort Benson een nieuwe aandeelhouder begon te zoeken voor Telenet, raakte bekend dat algemeen directeur Paul van der Spiegel moest opstappen bij het Mechelse kabeltelefoniebedrijf. De Amerikaan Chuck Carroll (zie de rubriek Mensen achter de Cijfers), in september vorig jaar als directeur operaties ingebracht door afscheidnemend aandeelhouder MediaOne International zal het nieuwe bedrijfsplan van Telenet uitvoeren. Hij krijgt Etienne Blomme, de voormalige algemeen directeur van de zuivere kabelintercommunale Integan mee als nieuwe directeur operaties.

TRENDS: Hoe ziet de nieuwe top de ontwikkeling van Telenet?

CHUCK CARROLL: “We willen onszelf duidelijk profileren als dé concurrent voor Belgacom in de telefonie. Daarnaast willen we de referentie zijn voor snelle Internet-toegang in Vlaanderen. We zien een fantastische opportuniteit en een voortgezette groei in die business. Onze eerste focus in de komende maanden is om het netwerk gebouwd te krijgen – en goed gebouwd te krijgen – de klanten aan te sluiten en onze diensten op de markt te duwen. Tegen eind dit jaar zit dat werk er half op. Dat laat ons nog twee jaar om het af te maken. Het zal een lang proces geweest zijn, maar dat is niet ongewoon voor dit type van business. Ik zou durven zeggen dat het vooruitgaat zoals we het verwachtten.

Op langere termijn komt het erop aan om op diezelfde infrastructuur meer diensten te leveren: zowel in telefonie als op het gebied van Internet, waar we denken aan elektronische handel, de mogelijkheden van portaalsites en dergelijke.”

Telenet investeert 50 miljard frank over 15 jaar en moet nu al zijn kapitaal van 13,1 miljard frank optrekken om door te kunnen gaan. Andere telecommaatschappijen, zoals British Telecom, spreken van een investering van 6 miljard frank in hun Belgische netwerk.

CHUCK CARROLL: “Vergelijkbare operatoren in de VS spenderen sommen die vergelijkbaar zijn met de onze. Het is gewoon een dure business waarin we zitten. De kosten zijn niet noodzakelijk out of line. Het gaat gewoon over grote getallen. UPC ( nvdr. – dat over een jaar via de Leuvens-Brusselse teledistributeur TVD ook in ons land telefonie over de kabel gaat aanbieden) gebruikt technologie die erg gelijkt op de onze: standaard Hybrid Fiber Coax-technologie. Er zijn niet veel operatoren of leveranciers wereldwijd die telefonie en Internet op Hybrid FiberCoax doen en het gebeurt op een relatief vastgestelde manier. Er is weinig verschil tussen hoe zij en wij het doen.”

ETIENNE BLOMME: “Het netwerk is future proof. Wat ook de ontwikkelingen zullen zijn in interactieve televisie, welke settop boxes er ook komen, we zullen ze op het netwerk kunnen zetten.”

UPC zal kabeltelevisie, Internet en telefonie aanbieden binnen een geïntegreerde commerciële aanpak. Moet Telenet niet dezelfde weg opgaan en dus nauwer gaan samenwerken met haar aandeelhouders-kabeldistributeurs?

ETIENNE BLOMME: “De kabeloperators zijn één van de distributiekanalen die Telenet opzet, ze bieden hun klanten Telenet aan. De basisafspraak is dat de communicatie “van punt tot punt” exclusief voor Telenet is en dat alle distributiediensten – de klassieke radio en tv-distributie – bij de kabelmaatschappijen blijven. Van video op aanvraag af hebben we een right of first refusal ( nvdr. – lees: een recht om de dienst zelf aan te bieden) omdat video op aanvraag vanuit technisch standpunt gedefinieerd is als een dienst van punt tot punt. Hoe die samenwerking in de toekomst zal evolueren, blijft een open vraag. Het probleem zal niet zozeer te maken hebben met telefonie of Internet, maar met de ontwikkeling van wat ik multimediadiensten noem ( nvdr. – denk aan interactieve reclame). Zullen we die samen ontwikkelen, samen op de markt brengen? Meerdere scenario’s zijn denkbaar.”

Hoe staat u tegenover samenwerking met een mobiele operator?

CHUCK CARROLL: “Mobilofonie neemt geen “vaste” telecommunicatieminuten weg, het betekent integendeel dat er meer getelefoneerd wordt. Gebruikers willen graag een synergie tussen hun vaste en mobiele lijnen – dan denk ik aan éénnummerdiensten en dergelijke, iets wat we zeker moeten bestuderen. Maar samenwerking betekent dat een vaste en een mobiele operator één inkomstenstroom moeten verdelen en uit ervaring weet ik dat daar de grootste moeilijkheid ligt. Wie bezit de klant? De mobiele en de vaste operator hebben beide hun business case: ze weten hoeveel inkomsten ze uit elke klant moeten halen en ze willen dat die klant hún klant is. Als je wereldwijd niet méér integraties ziet tussen vaste en mobiele operators, dan zit daar het probleem. Technisch is de samenwerking niet moeilijk, zakelijkerwijs wél. Hopelijk komen we daar overheen, want het is een dienst die de klanten willen.”

Telenet blijft prioriteit geven aan de consumentenmarkt?

CHUCK CARROLL: “Je kan niet alles tegelijk doen. We leggen om te beginnen onze focus op de massamarkt. Naargelang we onze capaciteiten versterken, kunnen we ook naar de zakelijke klanten gaan. Die hebben eigen behoeften en vragen en een langere verkoopcyclus. U moet er meer in investeren, maar ze geven een groter rendement. We zullen ons opwerken vanuit de massamarkt naar de kleinere zakelijke klanten – helemaal het tegenovergestelde van de meeste telecomspelers, die van de multinationals uit naar beneden werken. In Groot-Brittannië boren de kabelmaatschappijen pas de jongste drie jaar het zakelijke segment aan.

De kmo’s worden een belangrijke opportuniteit voor ons. De grote klanten die we zullen hebben, zullen firma’s zijn die op vele kleinere lokaties verspreid zitten over Vlaanderen, zoals banken. Zodra we Vlaanderen dekken, zullen we competitief zijn op dat domein.”

Vanaf 1 januari zullen klanten hun bestaande nummer kunnen behouden als ze overschakelen naar Telenet. Wat verwacht u daarvan?

CHUCK CARROLL: “Het zal onze zaken vooruit helpen, dat is zeker. Aan sommige types klanten – vooral zelfstandigen – kan u gewoon niets verkopen, als ze hun nummer niet kunnen houden. Maar zeggen hoeveel is moeilijk. Het zal enkele procentpunten schelen in onze marktpenetratie.”

U heeft niet permanent zitting in de raad van bestuur. Had u daar niet liever een vaste stoel gehad?

CHUCK CARROLL: “Ik heb de twee situaties gekend. In Japan ( nvdr. – bij Titus Communications, zijn vorige baan) zat ik niet in de raad, bij TeleWest Communications zat de topdrie van het management er wel in. In beide gevallen wordt je erbij betrokken. Het enige verschil is dat je als lid van de raad van bestuur van een beursgenoteerde onderneming (nvdr – zoals TeleWest) je foto krijgt in het jaarverslag.”

RAF PAUWELS BRUNO LEIJNSE