7 november en de 200.000
Het moet u toch minstens een glimlach ontlokt hebben. Formateur Yves Leterme (CD&V) en zijn oranje-blauwe coalitie willen ook 200.000 jobs scheppen. Herinnert u zich nog hoe premier Guy Verhofstadt (Open VLD) uitpakte met dezelfde ambitie. Hem werd al lachwekkend voluntarisme verweten. Leterme reageerde toen cynisch: “Ik creëer geen jobs, bedrijven creëren jobs.” Wat we dus weer mogen verwachten, als er ooit een regering wordt gevormd, is een krampachtige zoektocht naar juist die cijfers die uiteindelijk het gelijk van het getal bewijzen. Leterme heeft al beloofd de gesubsidieerde jobs, zoals bijvoorbeeld deze die voortvloeien uit de dienstencheques, niet mee te rekenen. Eerlijk toch. Maar u weet: worden de 200.000 gehaald, dan is dat de verdienste van de politici. Worden ze niet gerealiseerd, is het natuurlijk de schuld van de economie. Gelijk krijgen ze altijd in hun ogen, de politici.
Leterme gaat dus 200.000 jobs creëren. De Vlaamse minister-president Kris Peeters wil dat Vlaanderen zijn bedrijven meer verankert. De uitgangspunten zijn nobel, maar voorbijgestreefd. Uitgezonderd in het ambtenarenapparaat kunnen politici niet rechtstreeks jobs creëren. Net zoals ze niet direct bedrijven zouden mogen of moeten oprichten of controleren. Het is niet aan hen de economie te leiden, wel te begeleiden. Een overheid moet haar strategische sectoren erkennen en er via een flankerend beleid voor zorgen dat deze het land niet verlaten of via hun prijszetting de economie beschadigen. Die taak is lastig want onder meer Europa kijkt nauwlettend toe op het vrije verkeer van kapitaal en de niet-discriminatie regels. In Duitsland werd het gouden aandeel met de grond gelijk gemaakt. In Vlaanderen kreeg de vrijstelling van successierechten op de erfenis van aandelen in een familiale vennootschap, een tik. Vlaanderen introduceerde deze maatregel om het voortbestaan van kmo’s en hun tewerkstelling te vergemakkelijken. Wil Vlaanderen deze maatregel behouden, dan zal het de modaliteiten in overeenstemming moeten brengen met de EU-regels, maar daar hangt dan ook een kostenplaatje aan vast.
Niet alleen België maar ook andere EU-landen worstelen met de zoektocht naar de juiste manier om hun economie te begeleiden. Het protectionisme laait meer als vroeger hevig op. De meeste andere landen hebben evenwel wat België niet heeft: een coherente bevoegdheid om fiscale en andere maatregelen te kunnen treffen. In België liggen de belangen regionaal ver uit elkaar en zijn de bevoegdheden vandaag te versnipperd om eensklaps het verschil te kunnen maken.
Maar terug naar de 200.000 jobs. Het Planbureau becijferde dat er bij ongewijzigd beleid 150.000 jobs bijkomen. Dus eigenlijk willen de oranje-blauwen er 50.000 extra scheppen. Of niet. Oranje-blauw besliste ook al het ambtenarenapparaat af te slanken met 10.500 eenheden. Dus zijn het er 60.500 die Leterme nastreeft met zijn eigen beleid. De onderhandelaars hebben een rits aan maatregelen die het arbeidsbeleid nieuw leven moeten inblazen. Het gaat van het versoepelen van de 38-urenweek tot het al dan niet schrappen van werkloosheidsuitkeringen. De debatten tussen de onderhandelaars verliepen schijnbaar niet al te stroef. Maar de angel steekt in twee zaken: de werkgelegenheidsconferentie die in 2008 wordt georganiseerd én de beslissing dat een reeks maatregelen eerst wordt voorgelegd aan de sociale partners. Met andere woorden, de beslissingen zijn niet beslist. Het betrekken van de sociale partners bij het uitwerken van wetgevingen is zinvol. Maar de sociale partners zouden wel eens een even groot probleem kunnen worden als het communautaire. Herinner u de staking bij de NMBS die werd geïnitieerd door de socialistische vakbond omdat de regeringsonderhandelaars er nog maar aan dachten te gaan spreken over het invoeren van een minimale dienstverlening bij stakingen. Vandaag is ook de christelijke vakbond al ‘not amused’ over de sociaal-economische voorstellen die op tafel liggen. Hun macht is groot en het is te hopen voor Leterme & Co dat ze bij deze partijen ook niet steeds op een ‘non’ stuiten.
De onderhandelingen over de sociaal-economische thema’s zijn van fundamenteel belang. Langs de andere kant is het ook gewoon spielerei. 7 november is de communautaire D-Day. De onderhandelingen die zogezegd akkoord na akkoord aan elkaar rijgen, staan niet in de schaduw, maar gewoon in het donker van de communautaire besprekingen. Het is of het is niet Brussel-Halle-Vilvoorde. De rest is tot dan gewoon tijdverdrijf.
de auteur is adjunct-hoofdredacteur
An Goovaerts
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier