2020 wordt een rampjaar voor de horeca
De horeca kijkt aan tegen een verlies van een zevende van de jaaromzet, of 2,3 miljard euro. “De economische schade zal enorm zijn.” En toch is de horeca een blijver, als het coronavirus is uitgewoed.
De horeca klaagt graag. Over de moeilijke zoektocht naar personeel, want flexibiliteit is een must. Over de witte kassa, die veel horecamensen de handdoek in de ring deed gooien. Over de al decennia aanhoudende daling van de bierconsumptie in de horeca. Over de ‘wurgcontracten’ van gewiekste brouwers en drankenhandelaars. Over de torenhoge huurprijzen, aangewakkerd door het duurdere vastgoed.
De cijfers geven de klagers gelijk. Uit onderzoek van de financiële-informatieverschaffer Trends Business Information blijkt dat bijna de helft van de cafés in ons land verlieslatend is ( zie tabellen). Niet eens de helft van de cafés heeft een solvabiliteit van meer dan een kwart. Ze hebben dus vooral veel schulden en weinig eigen middelen. “Banken hanteren als minimum een solvabiliteitsgraad van 25 à 30 procent om te bepalen of bedrijven voldoende kredietwaardig zijn”, duidt Pascal Flisch, analist bij Trends Business Information. “Om de solvabiliteit te berekenen gebruiken de banken strengere criteria.” De analyse van Trends Business Information stoelt op de cijfers van de publiek neergelegde balansen over het boekjaar 2018. De mokerslag van de coronacrisis zit dus nog niet eens in die cijfers. Minstens vijf weken, tot en met zondag 19 april, zijn alle horecazaken op slot. En terwijl ons land de maatregelen schoorvoetend versoepelt in een aantal sectoren, geldt dat niet voor de horeca. Volgens diverse scenario’s zou die als een van de laatste mogen heropstarten. De belangenvereniging Horeca Vlaanderen gaat ervan uit dat de deur zeker op slot blijft tot 3 mei.
Enorme impact
“Deze crisis heeft een nooit geziene impact op de Belgische horeca”, zegt Matthias De Caluwé, gedelegeerd bestuurder van Horeca Vlaanderen. “Als we veronderstellen dat de horecazaken tot 3 mei dicht blijven, verliezen we 2,3 miljard euro omzet, ruim een zevende van onze jaaromzet. Dat is tien keer zoveel als het omzetverlies na de aanslagen in 2016”. De Belgische horeca is goed voor 135.000 arbeidsplaatsen. “We hebben het traditioneel al moeilijk. In 2019 gingen 34 op de 1000 horecaondernemingen failliet, terwijl het gemiddelde over alle sectoren 11 op de 1000 is.”
Ook Guy Dewulf, de directeur van de Vereniging van Belgische Drankenhandelaars Febed, merkt “een enorme impact”. De 500 leden hebben bijna 2700 werknemers en draaien een omzet van 2,1 miljard euro. “Onze leden verliezen gemiddeld 90 procent van hun omzet door de sluiting van de horeca. De zaken die open blijven, zijn de drankenwinkels en de leveranciers aan ziekenhuizen en woon-zorgcentra. Daarnaast zijn er nog wat leveringen aan huis. Die activiteit is nu toegenomen, maar de volumes zijn beperkt. De leveringen aan bedrijven zijn ook sterk teruggevallen. De alternatieve kanalen compenseren de zware terugval in de horeca helemaal niet.”
Ook Filip Sevens, de CEO van Prik & Tik, ziet “een terugval met 55 procent van de omzet”. Prik & Tik is de grootste Belgische aankoopgroepering, waarbij 117 drankenhandelaren zijn aangesloten. Ze leveren aan meer dan 9000 horecazaken en hebben 144 winkels. “Onze leden draaien een omzet van 465 miljoen euro. Daarvan is 250 miljoen euro weggevallen, de leveringen aan de horeca en evenementen. Bovendien is de winkelomzet gemiddeld achteruitgegaan.”
“De schade voor de Belgische brouwers en de Belgische economie in het algemeen zal enorm zijn”, vreest Jean-Louis Van de Perre, de voorzitter van de Belgische Brouwersvereniging. “De Belgische biersector is goed voor maar liefst 1 procent van het bruto binnenlands product. En daarin is de horeca essentieel, goed voor 42 procent van de Belgische consumptie, of bijna 3 miljoen hectoliter in 2018. Al onze brouwers zijn zwaar getroffen: zowel die van pils als die van speciaalbieren. Veel brouwers hebben hun productie moeten stoppen of drastisch terugschroeven. En er is niet enkel het verlies in de horeca. Ook de export, goed voor 70 procent van de bierproductie, is sterk gedaald.”
De thuisconsumptie verzacht het leed evenmin. “Er wordt niet meer thuis gedronken. Het hamstereffect van in maart is bovendien alweer verdwenen.”
HorecaComeback
De meeste horecapanden zijn in handen van brouwers of drankenhandelaars. Diverse eigenaars hebben de huur al kwijtgescholden. “Wij nemen onze verantwoordelijkheid”, vindt brouwersvoorzitter Jean-Louis Van de Perre. “Dat kan een uitstel van betaling zijn, de lancering van een ondersteunend internetplatform, de kwijtschelding van huur of een terugname van producten.” De hele sector lanceerde bovendien de campagne HorecaComeback. Daarmee kunnen consumenten waardebonnen bestellen in hun favoriete café of restaurant. Dat geeft inkomsten aan de horecazaken, zodat die toch enigszins hun vaste kosten kunnen dekken tijdens de sluiting.
“Wij namen verschillende maatregelen voor de huur”, zegt Guy Dewulf van Febed. “Ofwel de volledige of gedeeltelijke kwijtschelding van één maand huur. Ofwel hoeft de huur niet te worden betaald zolang de zaak verplicht gesloten blijft. De onbetaalde huur wordt dan gespreid over de resterende maanden van 2020, zodra de horecazaak opnieuw opengaat.”
Matthias De Caluwé is tevreden met de overheidsmaatregelen: de hinderpremie, het overbruggingsrecht en de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht. “Maar gezien de penibele situatie, zal dat niet voldoende zijn. Er is behoefte aan meer. We willen bij de banken vlot toegang krijgen tot overbruggingskredieten. Daarnaast kan de periode van tijdelijke werkloosheid door overmacht worden verlengd. Of kan een verlaagd btw-tarief voor non-alcoholische dranken tot 6 procent worden ingevoerd, zoals in de supermarkten. Dat geeft onze ondernemers 250 miljoen euro per jaar extra marge.”
Kloppend hart
Ondanks de mokerslag zal de horeca terugkomen. “Het is misschien nog wat vroeg voor conclusies. Maar ik verwacht niet dat de mensen hun consumptiegedrag fundamenteel zullen veranderen”, denkt Jean-Louis Van de Perre. Voor Matthias De Caluwé is de horeca “het kloppend hart van een samenleving. Onze sector komt altijd terug. Maar het vertrouwen van de consument zal gestaag moeten groeien. De impact zal groot zijn en het herstel langzaam.”
Ook Guy Dewulf verwacht “dat de heropstart moeilijk zal verlopen. Het zal een tijd duren vooraleer de consument weer vertrouwen heeft. Eerst moet de vrees voor besmetting wegebben. Als de horeca weer opengaat, verwacht ik dat de omzet de eerste weken op een derde van de normale omzet blijft steken. Daarna zal de omzet weer stelselmatig groeien. Het zal enkele maanden duren voordat we opnieuw het niveau zullen bereiken van vóór de crisis.”
Filip Sevens ziet “niet onmiddellijk een fundamentele wijziging. Zodra het virus volledig bedwongen is en de consumenten weer horecazaken en events kunnen bezoeken, zal zo’n sociaal gebeuren wel overleven.”
Overzicht: de economische impact van het coronavirus
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier