Uitbreiding hoogspanningsnet: ook Nederland heeft zijn Ventilus
Door de toevloed aan zonnestroom wordt het almaar moeilijker om het elektriciteitsnetwerk in balans te houden, waarschuwde de Belgische energieregulator CREG onlangs nog. Nederland is volop bezig met de uitbreiding van zijn hoogspanningsnet. Een kijkje achter de schermen van de Nederlandse netbeheerder TenneT.
De komende jaren gaat het landschap in Nederland opnieuw veranderen. Een uitbreiding van het elektriciteitsnet is hard nodig, omdat het huidige net niet is berekend op de grote toename van levering en afname van elektriciteit. Om aan de toekomstige elektriciteitsvraag te voldoen, zijn duizenden kilometers aan kabels en bovengrondse verbindingen nodig. Een enorme klus in Nederland, waar de ruimte zeer beperkt is. De problemen zijn vergelijkbaar met degene waarmee onder andere het Ventilus-project in België kampt.
De landelijke netbeheerder van het hoogspanningsnetwerk TenneT heeft verspreid in heel Nederland (en delen van Duitsland) projecten lopen. Het ene is al in aanbouw, het andere bestaat nog slechts op de tekentafel. De projecten kenmerken zich door de complexiteit en de lange aanlooptijd. Doorgaans nemen ze tien jaar in beslag, en soms nog langer.
Projecten van TenneT zijn zo tijdrovend doordat de hoogspanningsverbindingen dikwijls tientallen en soms honderden gemeenten, dorpen, steden en woonerven doorkruisen. Iedereen aan boord krijgen, duurt gemiddeld zo’n zeven jaar; het bouwen van de verbindingen meestal zo’n drie jaar. “Zeven jaar praten, drie jaar bouwen”, luidt het credo bij TenneT.
We proberen zoveel mogelijk te bouwen waar mensen er het minste last van ondervinden
Matthijs Coops,
TenneT
Dat praten gebeurt onder meer bij een drukbezochte informatieavond in Avenhorn, op een avond in september. In het noorden van Noord-Holland is TenneT bezig met de verkenning van een nieuwe verbinding. “Om het duidelijk aan mensen uit te leggen, maak ik de vergelijking met snelwegen”, zegt Robbert-Jan Metselaar, communicatieadviseur Noord-Holland bij TenneT. Wijzend naar de kaart legt hij uit wat het plan is. “Op dit moment ligt in dit gebied alleen een tweebaans snelweg, een verbinding van 150.000 volt. De bedoeling is een vierbaans snelweg aan te leggen van 380.000 volt, om de file op het stroomnet – congestie – op te lossen.”
Dat project is een verbinding tussen twee hoogspanningsstations. Om die aan elkaar te koppelen moet er een hoogspanninglijn van hemelsbreed 42 kilometer komen, dwars door Noord-Holland.
Complexe puzzel
Om dat allemaal te verwezenlijken, was TenneT midden september op tournee, onder meer in Avenhorn. In een zaal van restaurant Villa Groet is het een drukte van belang. Er staan in een halve cirkel informatieborden uitgestald. Naast elk bord staat een expert om uitleg te geven, zoals omgevingsmanager Mike Lucacevich. “Eerst is in samenspraak met overheden gekeken naar mogelijke locaties voor een hoogspanningsverbinding”, zegt hij. “Daaruit is dit zoekgebied voortgekomen. Na uitgebreide studies en overleg met lokale overheden zijn tracé-alternatieven bedacht.”
TenneT zit in de verkenningsfase. Op basis van de beschikbare ruimte ontwierp het vijf mogelijke routes. Lucacevich: “Het is een ongelooflijk complexe puzzel, waarbij we rekening moeten houden met veel factoren, zoals beschermde natuurgebieden, cultuurhistorisch erfgoed en uiteraard de belangen van de omgeving.”
Negen jaar
De informatieavonden van TenneT in september leiden, samen met reacties die bezoekers indienen, tot een onderzoeksplan: de Notitie Reikwijdte en Detailniveau. Het project staat nog in de kinderschoenen. Op zijn vroegst staat de hoogspanningsverbinding er over negen jaar. Vindt Lucacevich het, gezien de congestie, niet zorgelijk dat zulke projecten zo lang duren? “Het proces moet zorgvuldig zijn. Naast gesprekken met belanghebbenden moeten we ook zorgvuldig onderzoek doen”, zegt hij. “De lange aanlooptijd hoort erbij. Nederland is nu eenmaal het polderland bij uitstek.”
Polderen is dan ook wat er gebeurt in Avenhorn. Met een kop koffie of thee in de hand lopen tientallen geïnteresseerden en belanghebbenden langs de informatieborden, om het gesprek met de experts aan te gaan. De meeste gesprekken klinken constructief, maar hier en daar leiden de plannen tot stevige discussies. “Wat zou u er zelf van vinden als er ineens zo’n ding in uw achtertuin staat?” zegt een vrouw tegen een medewerker. Die probeert de vrouw gerust te stellen: “Het is nog niet zeker of de verbinding daadwerkelijk langs uw woning wordt geplaatst.”
Bij de kaart met daarop de verscheidene tracé-alternatieven staan Jan Stapel en André Kooij. Ze wonen allebei in Sijbekarspel. De kans dat zij de toekomstige hoogspanningsverbinding vanuit hun huis kunnen zien, is erg groot. Sijbekarspel is een knelpunt waarlangs diverse tracé-alternatieven lopen, en een locatie waar TenneT wellicht het hoogspanningsstation wil bouwen. De plannen van TenneT maken veel los in het dorp, zeggen zij.
“Dat het nodig is om het elektriciteitsnet te verzwaren, begrijp ik hartstikke goed”, zegt Jan Stapel. “Maar dat het bovengronds moet, begrijp ik dan weer niet. Waarom trekken ze niet een kabel met gelijkstroom onder de grond door? De verbindingen naar Engeland en Noorwegen lopen ook door de zee.” Stapel zegt dat hij dat idee heeft voorgesteld bij TenneT, maar zonder resultaat. “Dat kan dan weer niet vanwege een beschermd natuurgebied. Tegelijk loopt een van de beoogde routes door de Beemster, en dat is Unesco-werelderfgoed. En dat kan dan wel?”
Ultiem middel
Buiten het project in Noord-Holland moeten de komende jaren nog honderden kilometers aan verbindingen worden aangelegd. Wie bij TenneT al die projecten overziet, is Matthijs Coops. Hij hoort wat er speelt bij de omwonenden: “Sommige mensen maken zich zorgen over waardevermindering van hun huis als er een hoogspanningslijn in de buurt wordt gebouwd. Daar zijn regelingen voor. In Nederland hoeft niemand onder de lijnen te wonen. In het uiterste geval koopt TenneT de woningen op. Dan worden ze afgebroken, of toch weer op de markt gebracht.” Een andere zorg is de blootstelling aan magneetvelden. Coops: “We werken volgens de strikte richtlijnen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.”
Ondanks het oneindig praten verlopen de projecten van TenneT niet altijd in harmonie. De netbeheerder drukt wel degelijk plannen door. Als een eigenaar weigert in te stemmen met de plannen – om bijvoorbeeld een mast te plaatsen op het perceel – kan de minister van Infrastructuur en Waterstaat, op verzoek van TenneT, een gedoogplicht opleggen. “Dat is wel echt een ultiem middel”, zegt Coops. “In de praktijk proberen we zoveel mogelijk tot een oplossing te komen waarmee beide partijen kunnen leven. Maar als wij een afspraak hebben met 99 grondeigenaren, en de honderdste weigert, dan moeten we wel.”
Recht op uitzicht
De eigenaren van de grond krijgen een vergoeding. Maar de grootste zorg van omwonenden is volgens Coops het veranderde uitzicht. “Het is logisch dat mensen het vervelend vinden dat er een hoogspanningsverbinding in hun gezichtsveld wordt gebouwd”, zegt hij. “Maar in Nederland bestaat er niet zoiets als het recht op een mooi uitzicht. Het landschap verandert, en dit zijn projecten van nationaal belang. Overigens proberen we zoveel mogelijk te bouwen waar mensen er het minste last van ondervinden.”
Tot 17 oktober hadden belanghebbenden de tijd om een reactie in te dienen. Mede op basis daarvan wordt de Notitie Reikwijdte en Detailniveau gemaakt. Uiteindelijk moet de minister van Klimaat en Groene Groei over ongeveer zes jaar een keuze maken over het definitieve tracé. Als alles meezit, gaat de eerste schop in 2030 in de grond.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier