De werkloosheidsgraad in de eurozone is in april opgelopen tot een nieuwe recordhoogte.
De werkloosheidsgraad in de eurozone is in april opgelopen tot een nieuwe recordhoogte. In de eurozone zat in april 12,2 procent van de actieve beroepsbevolking zonder werk. Daarmee is de werkloosheidsgraad op het hoogste cijfer sinds de lancering van de eenheidsmunt beland, blijkt uit een rapport van het statistiekbureau Eurostat.
In vergelijking met maart – toen het werkloosheidscijfer op 12,1 procent uitkwam – zijn er in de eurozone vorige maand 95.000 werklozen bijgekomen. De muntunie van 17 landen telt nu 19,37 miljoen geregistreerde werklozen, van wie 3,6 miljoen jongeren onder de 25 jaar.
Griekenland en Spanje blijven het zwaarst getroffen door de kaalslag op de arbeidsmarkt. In Griekenland piekte de werkloosheid in februari – dat zijn de recentste cijfers – op 27 procent, in Spanje in april op 26,8 procent. De jongerenwerkloosheid in die landen bedraagt respectievelijk 62,5 procent en 56,4 procent. Volgens de berekeningen van Eurostat bedroeg de werkloosheidsgraad in ons land in april 8,4 procent.
De werkloosheidsgraad in de (27 landen van de) Europese Unie is stabiel gebleven op 11 procent. Van de 26,59 miljoen werklozen in Europa bevinden er zich 19,37 miljoen in de eurozone.
Oostenrijk (4,9 procent), Duitsland (5,4 procent) en Luxemburg (5,6 procent) tellen het minst aantal werklozen. (BO)
