Is een brandverzekering vereist voor een studentenkot?
Het Vlaams huurdecreet verplicht een brandverzekering voor huurwoningen, maar maakt een uitzondering voor studentenkoten. Is uw studerende zoon of dochter dan wel voldoende beschermd?
Casper studeert elektromechanica in Diepenbeek. Omdat hij vorig jaar geslaagd was, mag hij van zijn ouders op kot. In zijn huurcontract staat expliciet vermeld dat hij aansprakelijk is voor eventuele schade. Niet verwonderlijk, want een kookpot die te lang op het vuur blijft staan of een douchekraan die niet werd dichtgedraaid kan veel ellende veroorzaken. Volgens zijn contract – maar ook volgens de wet – kan Casper daar dus burgerlijk aansprakelijk voor gesteld worden. Tenzij hij kan bewijzen dat de schade het gevolg is van overmacht of van een fout door derden.
Als hij effectief verantwoordelijk geacht wordt voor de schade aan het gehuurde pand, dan kan de verzekeraar van de kotbaas de kosten op Casper verhalen. Dat geldt ook voor gebeurlijke schade aan derden. Wordt dus bijvoorbeeld een bovenbuur getroffen door een brand in Caspers studentenflat, dan is de kans groot dat hij daarvoor aansprakelijk wordt gesteld.
Regionale bevoegdheid
Sinds de zesde staatshervorming is de Belgische regelgeving omtrent de woninghuur een regionale bevoegdheid. Dat betekent dat één nationale huurwetgeving heeft plaatsgemaakt voor drie afzonderlijke wetteksten, met verschillen naargelang de regio tot gevolg. In Vlaanderen trad het nieuwe woninghuurdecreet op 1 januari 2019 in werking. Het verplicht zowel huurders als verhuurders om zich te verzekeren tegen brand- en waterschade. Die dwingende regel geldt voor woninghuurcontracten die sinds begin 2019 werden afgesloten.
Het Vlaamse huurdecreet bepaalt ook de regels voor studentenhuisvesting, en stelt dat een brandverzekering daarvoor niet verplicht is. Ook in Wallonië moeten woninghuurders zich sinds 1 september 2018 verzekeren tegen brand, maar ook weer niet voor studentenverblijven. Voor huurwoningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bestaat er nog geen wettelijke verplichting van de huurder om een brandpolis af te sluiten, en dus al zeker niet voor studentenkoten.
Het feit dat een brandverzekering niet verplicht is voor een studentenkamer, heeft te maken met het feit dat zo’n verblijf in principe gedekt is via de brandverzekering die de ouders hebben afgesloten voor hun eigen hoofdverblijfplaats. Vermits Casper daar gedomicilieerd is, is zijn kot mee gedekt in die polis. Toch doen de ouders van Casper er goed aan om bij hun verzekeraar na te gaan wat de dekking precies inhoudt. Indien nodig kunnen ze een uitbreiding van de polis vragen voor een optimale bescherming.
Meerdere kinderen
Casper heeft nog een broer: Sander. Die studeert chemie in Leuven en zit daar op kot. Ook hij is dus aansprakelijk voor eventuele schade aan zijn studentenkamer. De ouders informeerden bij hun makelaar, en die verzekerde hen dat de koten van hun beide kinderen gedekt zijn via de brandpolis van hun woning. Dat blijkt ook bij andere verzekeraars vaak het geval te zijn. Maar wanneer u meerdere studerende kinderen heeft, kan even checken zeker geen kwaad om problemen nadien te vermijden.
Vergeet dan niet om in één moeite te informeren naar het feit of ook de inboedel van de studentenkamer gedekt is bij brand of waterschade. Dat is niet altijd het geval. Is het wél zo, dan is er mogelijk in een plafondbedrag voorzien. Als de dekking onvoldoende blijkt (bijvoorbeeld bij duur studiemateriaal), dan kunt u informeren naar extra waarborgen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier