Steenrijke zakenlui regelen factuur Olympische Winterspelen in Sotsji
In Sotsji gaan veruit de duurste Olympische Winterspelen van start. Bij de toewijzing van de Spelen in 2007 zei de Russische president Vladimir Poetin dat hij er 12 miljard dollar voor zou vrijmaken.
Het prijskaartje is volgens diverse bronnen opgelopen tot 51 miljard dollar, waarbij mogelijk een derde zou zijn opgegaan aan smeergeld. En dat terwijl de vorige Winterspelen in het Canadese Vancouver 8,7 miljard dollar kostten.
Niet dat Poetin zelf de facturen moet regelen. Hij heeft staatsbedrijven zoals Gazprom en de Russische spoorwegen gemobiliseerd om te sponsoren, maar heeft vooral ook een handvol steenrijke ondernemers ingeschakeld.
Een van die oligarchen is aluminiumkoning Oleg Deripaska, die de modernisering van de luchthaven Adler, de bouw van het olympische dorp in het skigebied Krasnaja Poljana en een haven in Sotsji voor zijn rekening nam. Hij betaalde naar schatting 1,3 miljard dollar. Viktor Vekselberg, wiens holding Renova een conglomeraat van machinebouw, energie en grondstoffen controleert, nam de bouw van een hotelcomplex voor zijn rekening.
Iskander Makhmudov, die met de ontginning van koper en zink in de Oeral steenrijk is geworden, heeft via zijn holding UGMK de bouw van de olympische ijsbaan gefinancierd. Nikkelkoning Vladimir Potanin moest opdraaien voor de financiering van de wegen in en rond het olympische gebied. Het zou hem 2 miljard dollar kosten. Vooral Poetins jeugd- en judovriend Arkady Rotenberg verdiende goed aan de Spelen. Zijn bouwconcern Mostotrest heeft het gros van de infrastructuur van Sotsji verzorgd. Poetin zou Rotenberg contracten ter waarde van ruim 7 miljard dollar toegeschoven hebben.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier