We zijn allemaal slachtoffer van het goedkope geld
Terwijl KBC de rente voor bedrijven op 0 procent zet, breekt AXA zijn belofte van een levenslange rente, en verdubbelt BNP Paribas Fortis de dossierkosten voor wie zijn hypotheeklening wil herzien. Wat staat er ons nog te wachten? Een toelichting.
KBC zet de rente voor bedrijven op 0 procent. AXA breekt zijn belofte van een levenslange rente, en sust gedupeerde klanten met een afkooppremie van 25 procent. BNP Paribas Fortis verdubbelt de dossierkosten voor wie zijn hypotheeklening wil herzien. Het zijn drie nieuwsberichten van de voorbije week, die het rechtstreekse gevolg zijn van het beleid van de centrale banken om geld lenen zo goedkoop mogelijk te maken.
Om de context nog eens te schetsen: de Belgische banken parkeren het overschot aan spaargeld dat zij hebben bij de Europese Centrale Bank (ECB). Die rekent daarvoor 0,4 procent aan. Om zo weinig mogelijk cash op overschot te hebben, is het voor de banken zaak zoveel mogelijk leningen te verstrekken. Het is een van de vele maatregelen die de ECB nam om de bedrijven en gezinnen aan te moedigen meer geld te spenderen en te investeren. Kort samengevat: wie geld heeft, wordt daarvoor gestraft met weinig rente. Wie schulden aangaat, wordt daarvoor beloond met een lage rente.
KBC omzeilt het wettelijke minimum voor de spaarrente van 0,11 procent. De bank doet dat door gereglementeerde spaarrekeningen van bedrijven om te vormen tot niet-gereglementeerde spaarrekeningen. Kan dit ook gebeuren met de spaarrekeningen van particulieren?
In theorie kan dat. De bank moet wel de klanten twee maanden op voorhand op de hoogte brengen van de wijziging van gereglementeerd naar niet-gereglementeerd. Ze zal ook de getrouwheidspremie moeten betalen voor geld dat al op de spaarrekening stond (toen die nog gereglementeerd was) en dat twaalf maanden op diezelfde rekening blijft staan. Dat is namelijk iets wat ze beloofd hadn. De basisrente op een spaarboekje kan op elk moment wijzigen en geldt vanaf dan voor stortingen uit het verleden en de toekomst. Maar de premie staat vast op het moment van de storting.
In de praktijk ligt het heel delicaat om de Belgische spaarder zijn weinige rente volledig af te pakken. Maar zeg nooit, nooit. Particulieren kunnen makkelijker dan bedrijven al hun geld verhuizen naar een andere bank, of zelfs afhalen om het onder de matras te steken of in een put of een kluis. Vooral bij grote bedrijven gaat het om veel grotere bedragen. De kosten om zoveel cash te vervoeren en te beveiligen zijn niet min. De banken kunnen het riskeren die bedrijven een negatieve rente aan te rekenen.
KBC liet op zijn jongste persconferentie overigens weten dat het grote multinationals nu al laat betalen voor het bewaren van hun ‘spaargeld’. Belfius liet via mail weten dat het voor grote bedrijven en overheden geregeld een rentetarief van 0 procent toepastn. “Met de actuele rentevoeten is dit nog altijd 0,4 procentpunt meer dan de ‘vergoeding’ die de banken ‘krijgen’ van de Europese Centrale Bank en hoger dan het overgrote deel van de vergoeding op staatsobligaties die vandaag worden uitgegeven”, reageerde de woordvoerder van Belfius.
Banken kunnen ook subtieler hun ‘probleem’ met de wettelijke minimumrente voor spaarboekjes oplossen. Ze kunnen de kosten optrekken. BNP Paribas Fortis verdubbelt de dossierkosten voor wie zijn lening wil herfinancieren van 350 naar 700 euro. Eerder dit jaar verhoogden en verdubbelden andere banken de dossierkosten voor hypotheekleningen tout court.
Wat is het verschil tussen een gereglementeerde en een niet-gereglementeerde spaarrekening?
U betaalt 27 procent roerende voorheffing op de intresten op een niet-gereglementeerde spaarrekening. Op de eerste 1.880 euro intresten van een gereglementeerde spaarrekening betaalt u als particulier geen roerende voorheffing. Op de intresten boven dat plafond betalen particulieren 15 procent roerende voorheffing. Bedrijven betalen 15 procent roerende voorheffing op alle intresten op een gereglementeerde spaarrekening.
Een niet-gereglementeerde spaarrekening is aan veel minder regels gebonden. Bij een gereglementeerde spaarrekening moet er een basisrente en een getrouwheidspremie uitgekeerd worden. Die moeten een bepaalde hoogte hebben. In de praktijk zijn die minima vandaag 0,01 procent basisrente en 0,1 procent getrouwheidspremie. Bij de niet-gereglementeerde spaarrekeningen is er vaak één transparant rentetarief. Er is soms een opzegtermijn bij niet-gereglementeerde spaarrekeningen, terwijl het geld op een gereglementeerde spaarrekening onmiddellijk opvraagbaar is.
Het geld op zowel gereglementeerde en niet-gereglementeerde spaarrekeningen valt onder de depositogarantie, waardoor 100.000 euro per bank en per persoon gewaarborgd is.
Er zijn overigens vandaag al niet-gereglementeerde spaarboekjes voor particulieren op de markt. Vier internetbanken bieden zo’n spaarboekje aan, met 0,55 procent of meer nettorente.
Welke alternatieven zijn er voor spaarboekjes?
Weinig tot geen. Op zichtrekeningen is het geld ook onmiddellijk opvraagbaar, maar daar is de rente al langer nul. Als de bank kosten aanrekent, dan hebt u de facto een negatief rendement op uw zichtrekening.
Geldmarktfondsen zijn misschien een alternatief voor grote bedrijven, maar niet voor particulieren. Ook hier riskeert u geld aan toe te schieten. Deze fondsen investeren uw geld in heel kortlopende obligaties, die nauwelijks of niets opbrengen. Die fondsen maken ook kosten en rekenen die door aan u. Er zijn misschien nog instapkosten aan verbonden.
Alle andere spaar- en beleggingsproducten hebben een langere looptijd. Tak21-levensverzekeringen, ofwel verzekeringen met een gewaarborgd rendement, wonnen sinds Nieuwjaar veel aan populariteit. Maar dat zijn beleggingen voor minstens acht jaar, want anders betaalt u daar enorm veel belastingen op.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier