Op hoeveel vakantiegeld heeft u recht?

© National
Roel Van Espen medewerker Trends

Als werknemer kreeg of krijgt u in principe vorige of deze maand uw vakantiegeld uitbetaald. Hoe wordt het bedrag berekend? En hoeveel moet u minstens hebben gewerkt om er recht op te hebben?

Karen werkt als voltijdse consultant in loondienst voor een grote hr-dienstengroep. Net zoals elke werknemer komt ze in aanmerking voor wettelijke vakantiedagen en het bijbehorende vakantiegeld. Hoeveel vakantie ze precies kan opnemen en hoeveel vakantiegeld ze daarvoor krijgt, hangt af van haar prestaties gedurende het voorbije kalenderjaar. Wettelijk gezien moet ze minstens een maand in loondienst hebben gewerkt, maar in de praktijk kan ook een kortere periode al recht geven op wettelijke vakantie in het volgende jaar.

Omdat Karen vorig jaar voltijds aan de slag was binnen een vijfdagenstelsel, krijgt ze nu de volledige twintig wettelijke vakantiedagen, samen met het bijbehorende vakantiegeld. Deeltijds werkende arbeiders en bedienden bouwen hun vakantierechten pro rato op. Karens collega Demi werkte bijvoorbeeld vorig jaar halftijds en dit jaar voltijds: zij heeft nu recht op de helft van de wettelijke vakantiedagen en het bijbehorende vakantiegeld. Had ze slechts drie maanden gewerkt, dan zou dat maar een kwart zijn.

Merk op dat het wettelijke minimum kan worden aangevuld met extralegale vakantiedagen die werknemers vanuit hun bedrijf opbouwen. Ook daarvoor ontvangen ze dan vakantiegeld.

Er is enerzijds het enkele vakantiegeld…

Werknemers zoals Karen hebben recht op zowel enkel als dubbel vakantiegeld. Het enkele vakantiegeld is een vergoeding die zij krijgt elke keer dat ze een wettelijke vakantiedag opneemt. Het is dus eigenlijk een doorbetaling van haar gebruikelijke loon. Het enkele vakantiegeld wordt op het einde van de maand bij het salaris gevoegd, waardoor Karens maandloon gelijk blijft en ze de impact van haar vakantie dus financieel niet voelt (uiteraard buiten de kosten die ze daarvoor maakt).

Als Karen geen maandwedde maar een uurloon ontving, dan zou dat worden doorbetaald per opgenomen uur vakantie. “De doorbetaling van het loon geldt enkel voor bedienden”, weet Matthias Debruyckere, expert bij de hr-dienstengroep Liantis. “Arbeiders kennen geen verlof dat doorbetaald wordt op het moment dat ze vakantie nemen. Zij hebben wel recht op vakantiegeld, maar daarvoor is een apart systeem uitgewerkt. Dat voorziet in een eenmalige uitbetaling – samen met het dubbel vakantiegeld – voor een volledig jaar.”

…en anderzijds het dubbele vakantiegeld

Naast enkel vakantiegeld heeft Karen ook recht op dubbel vakantiegeld, ook weer op basis van het aantal gewerkte dagen in het voorbije kalenderjaar. Dat is een jaarlijkse toeslag op het normale loon die in één keer wordt uitbetaald. Wettelijk gezien wordt het berekend op het brutoloon van de maand waarin Karen haar hoofdvakantie neemt, maar in de praktijk wordt het gebaseerd op het brutoloon van de maand waarin het dubbele vakantiegeld effectief wordt uitbetaald.

Voor een bediende zoals Karen komt het bedrag overeen met 92 procent van haar brutomaandloon (inclusief eventuele vaste premies voor prestaties en vaste bedragen voor voordelen in natura), op voorwaarde dat ze het voorgaande jaar volledig aan de slag was. Haar collega Demi, die vorig jaar halftijds gewerkt heeft en dit jaar voltijds, krijgt nu de helft van 92 procent van haar maandloon.

Weet wel dat het hier om brutobedragen gaat, en dat het dubbel vakantiegeld netto minder oplevert dan normaal loon. Dat komt doordat de bedrijfsvoorheffing hoger ligt dan die op het gewone salaris.

“De werkgever van Karen dient het dubbele vakantiegeld in één keer uit te betalen”, merkt Matthias Debruyckere op. “Volgens de wet moet dat voor bedienden gebeuren bij de opname van de hoofdvakantie, maar doorgaans gebeurt dat in het voorjaar: veel werkgevers storten het dubbele vakantiegeld in mei of juni boven op het reguliere loon.”

Arbeiders krijgen hun enkel en dubbel vakantiegeld voor het hele jaar samen in één keer uitbetaald tussen 2 mei en 30 juni. Het bedraagt 15,38 procent van het brutoloon van het voorbije jaar. De uitbetaling gebeurt niet door de werkgever, maar door de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV), een fonds waarin de werkgever onrechtstreeks sociale bijdragen stort, of door een bijzonder sectoraal vakantiefonds. Voor de dagen waarop een arbeider effectief vakantie opneemt, ontvang hij op dat moment dus geen bijkomende vergoeding of loon meer.

Wat met ziektedagen of tijdskrediet?

Officiële ziektedagen worden beschouwd als een zogenoemde gelijkgestelde periode: ook tijdens die afwezigheidsdagen bouwen werknemers vakantierechten op. Er is wel een begrenzing: na twaalf opeenvolgende maanden van ziekte stopt de opbouw.

Bij tijdskrediet, zoals ouderschapsverlof of een landingsbaan, bouwen werknemers voor de niet-gewerkte periode geen vakantierechten op.

Bij tijdelijke werkloosheid om economische redenen blijven werknemers dan weer wél vakantierechten opbouwen, maar bij tijdelijke werkloosheid wegens overmacht is dat in principe niet het geval. De regering voerde in het verleden wel al enkele uitzonderingen in, onder andere tijdens de corona- en de energiecrisis. Matthias Debruyckere licht de laatste wetwijziging toe: “Heel recent werd de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in het kader van de Oekraïnecrisis, de overstromingen en corona tot 30 juni 2022 opnieuw gelijkgesteld met gewerkte dagen voor vakantierechten.”

Wat als u van werkgever verandert?

Veranderen van werkgever heeft een impact op het vakantiegeld. Stel dat Karen vorig jaar uit dienst was getreden bij haar toenmalige werkgever, dan zou ze op dat moment al een afrekening ervan hebben gekregen. Enerzijds het enkele vakantiegeld voor alle wettelijke vakantiedagen die ze dat jaar nog niet had opgenomen en voor de vakantierechten die ze voor 2023 al had opgebouwd. Anderzijds zou ze ook het dubbel vakantiegeld bij haar uitdiensttreding gekregen hebben, voor zover dat op dat moment nog niet was uitbetaald. De berekeningen zouden dan gebaseerd zijn op haar toenmalige loon.

Het spreekt voor zich dat het om een voorafbetaling gaat: de nieuwe werkgever brengt de reeds vergoede rechten in mindering van het volgende vakantiegeld.

Speciale regeling voor jonge werknemers

Junior is een nieuwe collega van Karen. Als pas afgestudeerde ging hij begin oktober 2022 aan de slag bij dezelfde hr-dienstengroep. Daardoor heeft hij nu slechts recht op 3/12de van de twintig wettelijke vakantiedagen en van het bijbehorende vakantiegeld. Om dat ongemak te compenseren werd het systeem van de jeugdvakantie in het leven geroepen. Dat stelt hem in staat alsnog een aanvullende betaalde vakantie te genieten. “De voorwaarde is wel dat Junior op 31 december van het voorgaande jaar jonger dan 25 jaar was”, vult Matthias Debruyckere van Liantis aan.

De uitkering van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) die Junior daarvoor krijgt, ligt weliswaar lager dan zijn loon. Zijn extra vakantiedagen worden dan weer gelijkgesteld met gewerkte dagen, zodat die ook meetellen voor de vakantiedagen die hij voor 2024 opbouwt.

Goed om te weten is dat een studentenjob zonder gewone socialezekerheidsbijdragen géén vakantierechten opbouwt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content