Raad van State wordt duurder

Het wordt duurder om naar de Raad van State te trekken. Op 1 maart 2014 worden de tarieven verhoogd. Bovendien moeten de kosten op voorhand worden betaald.

Wie een zaak wil voorleggen aan de Raad van State moet over anderhalve maand 200 euro neertellen in plaats van 175 euro nu. Dat laatste tarief is van kracht sinds 2002 en werd sindsdien niet meer geïndexeerd. De stijging is kleiner dan de som van de indexeringen. Ook wie als belanghebbende wil tussenkomen in een zaak zal meer moeten ophoesten. Zijn kosten stijgen van 125 euro naar 150 euro. De tussenkomst moet binnen de dertig dagen via aangetekend schrijven worden aangemeld. De kosten moeten bovendien op voorhand worden betaald. Op die manier wil de overheid zeker zijn dat ze worden voldaan. Nu gebeurt de afrekening achteraf, waarbij de FOD Financiën voor de invordering moet zorgen. Als de betrokkenen gelijk krijgen voor de Raad van State worden de kosten terugbetaald. Nieuw is ook dat de Raad van State zelf een schadevergoeding zal kunnen bepalen. Tot nog toe kon hij zich immers alleen uitspreken over een vernietiging van een maatregel of een beslissing en diende de winnaar van een geding nadien voor de klassieke rechtbank een schadevergoeding af te dwingen indien hij schade had geleden door een onrechtmatige maatregel. Dat extra rechtsgeding zal nu dus niet meer nodig zijn. (Belga)