Werknemers kunnen binnenkort vrijwillig aanvullend pensioen opbouwen
Werknemers die geen toegang hebben tot een aanvullend pensioen, of van wie dat aanvullend pensioen erg laag is, zullen binnenkort zelf een bedrag naar keuze opzij kunnen zetten. De Kamercommissie Sociale Zaken zette het licht daarvoor woensdag op groen.
Het Belgische pensioensysteem kent drie pijlers: het wettelijke pensioen, het aanvullend pensioen (waarvoor een bedrag van het loon wordt ingehouden en dat de werkgever deels financiert), en het individueel pensioensparen. Maar niet elke werkgever biedt die tweede pijler aan. Voor andere werknemers is het aanvullend pensioenbedrag dan weer erg laag.
Daar past de Kamer nu een mouw aan. Werknemers zullen er binnenkort voor kunnen kiezen zelf een deel van het loon opzij te laten zetten als aanvullend pensioen. Het bedrag is vrij te kiezen, al geldt er wel een beperking van 3 procent van het jaarlijkse brutoloon, en wordt gestort aan een pensioeninstelling naar keuze. De eventuele pensioenrechten die in de referentieperiode in de tweede pijler als werknemer worden opgebouwd, zullen er dan van worden afgetrokken. Het wetsontwerp van minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine voorziet ook in dezelfde fiscale voordelen als in de aanvullende pensioenstelsels die door werkgevers zijn ingesteld.
Open Vld-Kamerlid Vincent Van Quickenborne reageert tevreden. ‘Dit is opnieuw een belangrijke stap vooruit. Elke werknemer kan nu zelf een deeltje van zijn loon laten inhouden en opsparen voor een bijkomend appeltje voor de pensioendorst.’
Het vrijwillig aanvullend pensioen voor werknemers is een volgende stap in de veralgemening van de aanvullende pensioenen. Eerder werd al beslist dat zelfstandigen een aanvullend pensioen kunnen opbouwen.