‘Kwijt is kwijt’, geldt meestal op de trein
U neemt de trein en laat er iets liggen? De kans dat u het ooit nog terugziet, is niet groter dan 30 procent, zo blijkt uit een reportage gisteren in het VRT-consumentenprogramma Volt.
De mensen van Volt gaven een tiental verschillende voorwerpen af aan medewerkers van de NMBS: strijkijzers, smartphones, horloges en ga zo maar verder. “Gevonden op de trein”, vertelden zij de medewerkers. Nadien vulde een reporter van Volt op de website van de NMBS een onlineformulier in om het zogenaamd vergeten voorwerp te rapporteren. Er werd netjes vermeld om welk voorwerp het precies ging en op welke trein het was vergeten. Wat bleek? Twee van de tien voorwerpen werden binnen de week teruggevonden. De reporter kreeg een telefoontje waarin hem uitgelegd werd wat hij moest doen om het verloren kleinood weer in zijn bezit te krijgen. Zowat een maand later werd een derde voorwerp teruggevonden. Over de zeven andere werd niks meer vernomen. Dan maar zelf op zoek, en Volt ontdekte dat drie binnengebrachte voorwerpen nog steeds ergens in een kast of achter een loket lagen. Van de overige ontbrekende voorwerpen werden er uiteindelijk nog eens twee teruggevonden, maar toen was de NMBS al op de hoogte van de Volt-test. De conclusie is dat wie iets verliest op de trein (jaarlijks worden 40.000 gevallen gerapporteerd bij de NMBS), er niet al teveel op moet rekenen het voorwerp ooit nog terug te zien, ook al vervult hij/zij correct alle formaliteiten. (Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier